Stefan Boonen

 

De Reus van de zomerflat De Reus van de zomerflat


"Op de eerste dag van de vakantie viel er een hond uit de lucht. Het arme mormel heette Fluffie. Een geen-merkhond met een bruine vacht en te korte pootjes."


Als je dit leest dan weet je al dat je een bijzonder boek in handen hebt. Het is Stefan Boonen weer gelukt om een heel apart verhaal te schrijven.

Fluffie is de hond van mevrouw Urgel, die in de Zomerflat woont, net als Albert Loofloos. Albert is elf jaar en woont met zijn moeder en vijf zussen op de zevende etage. Het flatje is heel klein, net als alle flats in de Zomerflat. Er is een keukentje, een badkamer zo groot als een zakdoek en twee slaapkamers. In de ene slaapkamer slaapt moeder, en in de andere de vijf zussen. Albert slaapt op de bank. Albert is gek op de Zomerflat, hij kent elk hoekje en gaatje van de flat. In feite is het een haveloze flat in een armoedig wijkje. Enkele verdiepingen staan leeg, maar dat vindt Albert juist wel spannend. Op de 5e etage heeft Rosie een winkeltje in haar huiskamer gemaakt, ze verkoopt alles, van brood tot balpennen, postzegels, kruiden, worst, zeep en wintersokken. De flat staat op een heuveltje en vlakbij is iets wat op een park lijkt.

Eigenlijk is Albert een beetje eenzaam, er wordt thuis nauwelijks naar hem omgekeken. Moeder is veel te druk om van zijn lange, magere zussen beroemdheden te maken, wat steeds maar niet lukt. 'Ik denk dat jij een vergissing bent' had zijn moeder ooit eens tegen hem gezegd. Misschien had de verpleegster in het ziekenhuis twee baby's verwisseld... Albert moet zichzelf maar zien te vermaken. Gelukkig heeft hij fantasie genoeg maar toch denkt hij dat het best wel eens een lange saaie vakantie kan worden.
Maar... op die eerste vakantiedag komt Kalinda, een meisje van Alberts leeftijd, in de flat wonen, op de 3e etage. Ze vindt de piepkleine flat vreselijk, wat moet ze hier? 's Nachts kan ze er niet van slapen en staart naar buiten en dan ziet ze hem! Ze gelooft haar ogen niet. Dat kan niet! denkt ze. Vier verdiepingen hoger ziet Albert hem ook, en hij weet zeker dat echt is. Hij ziet een reus!
De twee kinderen durven het nauwelijks aan elkaar te vertellen maar als ze het eenmaal weten dat hij en zij ook echt, eerlijk waar een reus gezien hebben gaan ze de reus zoeken. Waar weten ze niet maar hij moet toch ergens zijn. Ze maken plannen maar waar is de reus gebleven? Ze zoeken overal maar vinden hem niet.

Als de niet zo gevaarlijke bende van Snelle Djie op een dag Albert en Kalinda weer eens plaagt en ze moeten vluchten voor die vervelende bendejongens, ontdekken de twee kinderen de voetafdruk... een heel grote voetafdruk, de voetafdruk van de reus! En de reus komt tevoorschijn en praat met ze! Hij heet Frikxswald Pjiep, noem me maar Pjiep, zegt hij. De reus spreekt een apart taaltje maar ze begrijpen hem wel. Pjiep vertelt waar hij vandaan komt en wat hij komt doen. Maar de kinderen moeten beloven dat ze niemand vertellen over hem, en dat doen ze, hoewel Albert het wel héél jammer vindt. Hij wilde al zo lang dat er iets gebeurde waarvan de wereld zou opkijken... vooral zijn moeder. Dat ze zouden zeggen: 'Wow, dat is Albert Loofloos van de Zomerflat!'
Wat volgt is een verhaal dat deels ontroerend, deels vermakelijk maar vooral heel fantasierijk en bijzonder is. Er gebeurt van alles rond de Zomerflat, er komt zelfs een enorme storm langs de oude flat razen, zal dat allemaal wel goed gaan? Kunnen de kinderen hun geheim bewaren? Waar moet de reus heen en hoe komt hij ongezien aan eten? Blijft de bende van Snelle Djie de twee kinderen plagen? En hoe gaat het verder met Fluffie? Maar vooral hoe gaat het verder met Albert?

Stefan Boonen raakt precies de juiste toon zodat je meeleeft met de flinke, stoere, beetje eenzame Albert, met de bijdehante, slimme Kalinda en de vriendelijke goedige reus. Het is een verhaal met een vleugje melancholie maar ook veel humor.
De afbeeldingen van Tom Schoonooghe stralen precies dezelfde sfeer uit. Aan een kant is er die geestigheid en vrolijkheid en aan de andere kant zie je dat er zich meer afspeelt rond de personages dan alleen maar de vrolijke en uiterlijke zaken.
Het is een boek om te koesteren en vele malen te herlezen. Een prachtig verhaal!


ISBN 9789022327333 | Hardcover | 165 pagina's | Uitgeverij Manteau | oktober 2012
Leeftijd: 10+

© Dettie, 21 november 2012


Lees de reacties op het forum en/of reageer: