Tine Mortier

 

Raar! Raar!


Er zitten mieren in mijn broek, zegt mama. In die van mij, niet in die van haar. Mieren in mijn broek en apen in mijn buik. Ze zegt ook dat ik rondhuppel als een kip zonder kop. Of als een hondje met te veel pit.


Ik verwachtte een verhaal over een jongen die veel met zichzelf te stellen heeft, en die het de omgeving lastig maakt. Maar dat blijkt niet de rode draad in het verhaal. Het gaat over kinderen die anders zijn. ’Raar’. Nu kan het best zijn dat Paco vanwege die mieren ook een buitenbeentje is, maar dat wordt niet verder uitgewerkt.
Het gaat om de nieuwe kinderen op school: een jongen uit Colombia, en als ze daar eenmaal aangewend zijn een jongen uit het kermismilieu, Benno, die tot het eind van het schooljaar zal blijven. Anders aan Carlito is zijn kleur, maar vooral het feit dat hij twee vaders heeft.
En Benno is nogal grof in zijn taal, snel met zijn vuisten, maar heeft een beeldschone moeder. Dat vindt Paco tenminste. De pestkoppen op school zijn het daar niet mee eens.

Een verhaal over vooroordelen, en hoe alles wat vreemd is, zo lekker gewoon kan zijn als je het met open ogen tegemoet treedt. Jammer is het dat die pestkoppen alleen maar willen luisteren als er geweld gebruikt wordt.
In het boek staan foto's, die bij de tekst passen.


ISBN 9789058386151 | Hardcover | 88 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | maart 2010
Leeftijd: 8+

© Marjo, 30 mei 2011


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Mare en de dingen Mare en de dingen


Mare werd geboren in een rieten stoel onder een kersenboom.
Ze groeit razendsnel op, met zes maanden draafde ze al door de tuin, en een paar weken later sprak ze al haar eerste woorden. Niet mamma, niet papa, maar “koek”.
Mare had altijd honger.
“Koek “zei ze. “Nu”
En ze vrat de hele koektrommel leeg.

Grootmoe is Mare’s beste vriendin. Ze is net zo ongeduldig als haar kleinkind, en net zo gulzig.
Samen draafden ze door de tuin bij de kersenboom, samen vraten ze alle koekjes op.

Maar op een dag ligt grootmoeder op de grond. Ze is gestruikeld zegt grootvader. Grootmoe is in een diepe slaap gevallen, en toen ze wakker werd wist ze alle woorden niet meer goed. Niemand begreep goed wat ze zei. Behalve Mare. Die begreep haar wel. Ze vond alleen dat grootmoeder wel heel stil zat, zo voor de televisie. En dus stampt ze op de grond en trapt ook nog een keer hard tegen een wiel van het bed.
Dan doet het maar pijn. Alsof dat haar wat kan schelen.
Maar het helpt niet, grootmoeder blijft stil en dus maakt ze maar tekeningen voor de kale muren, en scheve dingen voor het nachtkastje en een schaaltje voor de koek.

Kort daarna gaat ook nog grootva dood. Uit het niets. Hij zat in een stoel en is zomaar opgehouden met leven.
Grootmoe huilt haar wangen en haar jurk nat. Mare heeft geen handen genoeg om al dat water tegen te houden.
Als de tranen opgedroogd zijn wil grootmoe naar grootva... De verpleegsters willen haar tegen houden maar samen met Mare gaat ze toch, en samen nemen ze afscheid van grootva. En zo eindigt het verhaal.

Wat zou dit een prachtig, bijna monumentaal boek geweest zijn als de schrijfster zich bij één thema had gehouden. Het verhaal is prachtig; de dwarse Mare en de dwarse grootmoe die samen avonturen beleven, tot de grootmoeder haar taal verliest. Op ontroerende wijze beschrijft Tine Mortier de onmacht van een kind die ziet dat haar grootmoeder niet meer kan wat ze altijd deed. Ze stampt op de grond en trapt tegen het bed, en als dat niet helpt gaat ze vormen zoeken die wel lukken... tekeningen maken, en scheve dingen voor op het nachtkastje en een schaaltje voor de koek.
Ieder kind van vijf begrijpt dat, en ieder kind van vijf begrijpt denk ik ook dat je kunt communiceren zonder taal, en dat je iemand kunt begrijpen zonder dat je precies verstaat wat hij zegt. De tekeningen zijn ook nog eens prachtig, en lekker groot van formaat.

Wat zou je dit boek goed hebben kunnen gebruiken bij afasie of hersenbloedingen bij Opa’s en Oma’s. Wat zou je het goed kunnen gebruiken op de koffietafel van verpleegtehuizen waar de kleinkinderen van die Opa’s en Oma’s rondscharrelen.
Maar dan gaat ineens ook nog grootvader dood. En dat wordt teveel voor een kind van vijf. Sterker nog, dat werd mij ook teveel. Grootvader had een eigen boek verdiend. Net zo mooi en net zo bruikbaar. Maar door ze samen in één boek te stoppen schiet dit prachtige boek in mijn ogen alsnog zijn doel voorbij. Wat een gemiste kans.


ISBN 9789058386243 | Hardcover | 32 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | augustus 2010
Leeftijd: 5+

© Willeke, 01 september 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Mare en de dingen Mare en de dingen


Flaptekst:
Mare is een kleine, ongeduldige dondersteen. Alles wat ze bedenkt, moet meteen gebeuren. Haar oma is net als zij en de twee begrijpen elkaar volkomen. Op een dag wordt oma ziek en ze verliest haar woorden. De volwassenen zoeken naar manieren om met oma te praten, maar Mare begrijpt oma nog steeds als geen ander.
Een bijzonder verhaal over hoe sterk de band tussen een oma en een kleinkind kan zijn. 

----

Het boek is voor kinderen vanaf 5 jaar. Deze flaptekst geeft deels weer waar het verhaal over gaat. Je verwacht een verhaal over een oma die een hersenbloeding heeft gehad. Je kunt je er iets bij voorstellen hoe een kind daarop zal reageren en wellicht, juist door de onbevangenheid, de juiste toon weet te vinden om in contact met oma te komen. Door de flaptekst trok het boek me erg aan.
Toch is het wel een beetje vreemd en erg heftig boek. Het verhaal begint wel grappig.

Mare werd geboren in een rieten stoel onder de kersenboom.
Haar moeder zat te lezen. Het was een spannend boek. Zo spannend dat ze niet meteen merkte dat de baby eraan kwam. Zoals wanneer je moet plassen en je denkt: ik hou het nog wel even op.
Nog even ophouden? Dat had je gedacht!
Mare had geen greintje geduld.
Laat me eruit! Nu meteen!
Ze drukte en duwde en stampte tot ze er was.


Maar dan... Mare groeit als kool en na 6 maanden(?) rent ze door de tuin, een paar maanden later zegt ze haar eerste woordjes. Is ook apart, en het is een verhaal, en in een verhaal kan alles natuurlijk. Dat moet echter wel goed voelen, dan moet het hele verhaal afwijkend en speels zijn en dat is het niet. De rest van het boek is bloedserieus.

Mare is gek op haar grootmoe (oma). Met haar speelt ze en zit ze op de schommel. Grootmoe en Mare begrijpen elkaar volkomen. Maar dan valt grootmoe en slaapt ze heel lang. Mare kan haast niet wachten tot ze weer wakker wordt. Maar  als dat eindelijk gebeurt kan oma  haast niet praten en als ze wat zegt dan begrijpt niemand haar. Mare maakt allemaal tekeningen voor oma, de verpleegsters vinden het maar een troep. Ze tekent een boot en oma zegt soot.  Ze tekent een kip en oma zegt Fiep. Maar Mare weet van alles wat oma zegt precies wat haar oma bedoelt.  Erg ontroerend allemaal en vrij heftig, mede door de illustraties die behoorlijk realistisch zijn. Je ziet  bijvoorbeeld een droevige oma in een soort bak met ijzeren tralies zitten. En dan, alsof dit bovenstaande voor een kind van vijf nog niet genoeg is, gaat opa ook nog eens dood.  Mare begrijpt dat grootmoe van opa afscheid wil nemen en brengt oma in de ijskoude ruimte waar opa ligt opgebaard. Einde verhaal.

Ik was op zijn zachts gezegd nogal verbijsterd. Waarom  twee zulke heftige onderwerpen in één boek? Waarom op deze manier gebracht? Opa die geen wolkjes meer blaast in die koude ruimte. Opa in zijn kist afgebeeld met allemaal koukristallen om zich heen. Ik vind het erg heftig.
Het verhaal van oma is al pittig. De illustraties van Kaatje Vermeie zijn prachtig gemaakt maar erg aangrijpend.

Ik houd van droeve dingen en thema’s die kinderen niet altijd begrijpen zegt de illustratrice. Dat kan zijn maar ik vraag me wel af of ze nagedacht heeft over het kind dat haar illustraties te zien krijgt. Aanvankelijk zijn de prenten erg vrolijk, het zijn kleine kunstwerken, maar als oma gevallen is zien we een bijna zwarte pagina en een erg droevige Mare met haar opa. Ook de tekst is zodanig dat je denkt dat oma haar val niet overleeft heeft en dood is. Dat was gelukkig niet zo. Daardoor is de schrik eigenlijk des te groter dat opa ineens dood is.

De dood van opa wordt weergegeven in heel donkere kleuren. Je ziet de achterkant van een stoel met een in scherven gevallen kopje daarnaast. Mare begrijpt dat oma opa nog wil zien. Daarna zie je op een afbeelding opa nog in zijn kist liggen en na deze afbeelding is het verhaal afgelopen, er volgt geen tekst meer. 

Als dit boek bedoeld is om kinderen te leren omgaan met bepaalde situaties dan is het op zich een goed streven. Je kunt vertellen dat oma's of opa's zoiets kunnen krijgen of wie weet is het een grootouder van een kind overkomen. Dan vormt dit boek een mooie opening. Een oma of opa die zo erg veranderd is, of erg veranderen kan, lijkt me al vrij pittig om te verwerken voor een kind. Maar dan ineens... opa dood! Een kind krijgt er nóg een schrik bij... dat kan ook nog gebeuren. Opa of oma kunnen ook nog dood gaan!
Het is  eveneens goed dat zo'n onderwerp besproken wordt maar om dit in één boek van 32 pagina's te stoppen vind ik teveel van het goede.

De illustraties zijn wel schitterend gemaakt. Er is zelfs een erg mooie gratis poster bij van een vrolijke Mare in de tuin. Ik vroeg me wel af wie zo'n boek zou kopen. Zullen ouders dit boek kopen om hun kinderen voor te bereiden op de eventuele mogelijkheden? Zullen scholen dit kopen om een uitgangspunt te hebben als er een kind met een verhaal over opa of oma komt die haast niet meer kan praten? Maar waarom dan die dood van opa er ook nog eens bij? Waarom zijn er geen twee boeken met elk één onderwerp gemaakt?
Het kan ook zijn dat ik me te druk maak om het tere kinderzieltje, geen idee, maar dit bovenstaande is mijn persoonlijke mening.
Het is een heel mooi boek, met prachtige illustraties en inhoudelijk ook goed, maar naar mijn gevoel is het dus teveel, te heftig voor een kind van vijf.


ISBN 9789058386243 | Hardcover | 32 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | augustus 2010
Leeftijd: 5+

© Dettie, 26 augustus 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Raar! Raar!


De vakantie is voorbij en Paco moet weer naar school, echt erg vindt hij dat niet, school is best leuk. Op het schoolplein ziet hij een nieuwe jongen. Omdat Paco nog heel goed weet hoe het was toen hij als 'nieuwe' op school kwam loopt hij naar de jongen toe die dezelfde huidskleur als Paco en Yaori uit Equdaor heeft. Paco heeft een bruine vader en een blanke moeder. In zijn beste Spaans stelt Paco zich voor maar de jongen zegt niets terug. Zou hij zo verlegen zijn? Maar dan blijkt dat de jongen geen Spaans praat maar gewoon Nederlands. Hij heet Carlito en komt uit Colombia maar woont al zes jaar in Nederland. Hij is geadopteerd.
Een paar dagen later doen de kinderen op school heel raar, niemand wil bij Carlito staan, hij heeft twee vaders fluisteren ze en geen moeder...


Twee vaders. Hoe zit dat? Wat vindt Carlito daarvan?
Hij heeft het tegen niemand verteld. Dat had hij best kunnen doen op de eerste dag. Gewoon, hup, voor de dag ermee. Dan zou geen mens er wat over gezegd hebben. Misschien...
Zou hij zich erom schamen? Was hij misschien liever door gewone ouders geadopteerd?
'Heb jij twee vaders?'
Ik sla mijn hand voor mijn mond. het was helemaal niet de bedoeling dat die woorden uit mijn mond zouden komen. Vervelend hoor, als je gedachten zo maar naar buiten hollen.


Ruben, de beste vriend van Paco vindt de verhalen rond Carlito maar raar en wil liever niet omgaan met hem. Maar Paco vindt carlito wel een aardige jongen, gelukkig vindt Ruben dat later ook. Een tijdje daarna is de kermis garriveerd in de woonplaats van Ruben en Paco, de jongens zijn er gek van.
Op het schoolplein staat weer een nieuwe jongen, Benno. Hij komt van de kermis...


'Hé, Paco. Dit is Benno.'
Alsof ze elkaar al jaren kennen. Ik mompel iets.
Ruben grijnst. 'Paco is ook een beetje een rare. Dus we zijn hier wel wat gewend.'
Toe maar. Mij nog beledigen ook. Ik doe alsof ik Ruben niet hoor of zie.
'We hadden al van je gehoord,' zeg ik.
'Wat bedoel je? Ik ben er pas sinds vanochtend.'
'Je bent het nieuws van de dag. iedereen had het al over je voor de schoolbel ging. Over die vreemde.'


Benno blijft een paar maanden, zijn moeder reist verder. Hij wordt ook een vriend en met z'n vieren beleven ze heel wat op de kermis en daarbuiten.

Het is een boek over vooroordelen. Het begint al met Paco die denkt dat Carlito geen Nederlands spreekt, dan de heisa over eventueel twee vaders hebben in plaats van een vader en een moeder. Ook over Benno van de kermis zijn een hoop roddels op niets af verteld.
Gelukkig zijn de kinderen wijs en humoristisch genoeg om er doorheen te prikken of zelf te kijken wat wel of niet waar is. Ook vloeken komt aan bod, wat is er leuk aan en waarom doe je het?
Het is bij elkaar een prettig verhaal over vier kinderen die het erg naar hun zin hebben. Natuurlijk wordt er een les geleerd met dit verhaal maar het is niet met een streng geheven vingertje verteld. De jongens zijn echte kinderen die recht voor z'n raap alles tegen elkaar zeggen. Soms wordt er een eventjes kwaad maar voor het merendeel zijn ze gewoon goede vrienden.

In het boek staan vrij veel zwart-wit illustraties in de vorm van foto's.


ISBN 9789058386151 | Hardcover | 88 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | maart 2010
Vanaf 8 jaar

© Dettie, 12 april 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer: