Jaap Robben

 

Birk Birk


Het verhaal kan kort verteld worden: op een afgelegen eiland ergens tussen Schotland en Noorwegen woont een jong gezin, vader, moeder, en zoon. Er is één buurman en er woonde ooit nog een vrouw die intussen overleden is. Als het verhaal begint verdwijnt de titelgever, Birk, in de zee. Wat er precies gebeurd is, wordt pas later duidelijk, feit is dat de man niet terugkomt. Blijven over de moeder en de zoon. Mikael is een dromerig joch, die misschien mede door zijn opvoeding, niet zoveel begrijpt van het leven. Een coming of ageverhaal dus.

Maar dit verhaal is zoveel meer. Het is prachtig geschreven, poëtisch haast, en dat is niet gek natuurlijk als je weet wie Jaap Robben is. Maar vooral is het de sfeer die het boek maakt tot wat het is. Robben blijkt een meester in het oproepen van een naargeestige sfeer die tegelijk romantisch is. Of moet ik zeggen: een romantiek die steeds  somberder wordt?

‘Mama wacht altijd met het eten van haar pap tot de melk alles verzadigd heeft en het een bord gemalen touw is geworden. Ondertussen bladert ze door een tijdschrift. Ik wil zeggen dat ik geen visser wil worden en dat het me spijt, maar ik houd mijn lippen op elkaar. Met een diep bord voor mezelf ga ik tegenover haar zitten. Het melkpak is bijna leeg, ik schud ermee en slurp het bodempje eruit.
Sloffend ga ik naar de trapkast voor een nieuw pak, daar knip ik een zuinig mondje in en schenk mijn bord vol. Nu het pappoeder nog in de kartonnen doos zit, lijkt het zaagsel. Ik  strooi er een beetje van bij mijn melk, wacht tot het geen zaagsel meer is maar zeker nog geen touw, en schep het dan vlug naar binnen.’


Terwijl het verhaal zich ontwikkelt tot de climax, zien we de jongen opgroeien in een eigen wereld. Er is eigenlijk alleen zijn moeder. Zeker, de buitenwereld komt binnen: een keer per twee weken meert er een boot aan die de voorraden brengt, en in de periode dat de jongen zijn seksualiteit ontdekt komt er ook een leeftijdsgenoot mee. Één keer vaart hij mee met de buurman, naar de overkant.

Maar het verhaal speelt zich voornamelijk af op het eiland, in het huisje met moeder Dora, en in het lege huis van mevrouw Augusta. Met name zijn moeder die haar man erg mist eist hem op. Als de buurman vraagt of Mikael mee mag om te helpen, verbiedt ze dat. Hij moet bij haar blijven. Dit claimen wordt erger en erger...

De manier waarop Robben de jongen schetst is prachtig. De fantasiewereld, de eigen manier van verwerken is heel overtuigend neergezet. Het is een kleine roman, in de zin dat er niet echt veel gebeurt. Maar intussen gebeurt er heel veel. Prachtig van taal, een indringend verhaal, dat belooft nog wat.

‘De meeuw krijst als een alarmbel. Tussen het riet van haar nest pikt ze naar voedsel dat er niet ligt en beweegt onrustig heen en weer. Ik pomp als een stofje door haar bloed. Gevaar, gevaar, gevaar...’


Jaap Robben (Oosterhout, 1984) is schrijver/dichter en theatermaker. Hij wilde vroeger eigenlijk Afrikaan worden en archeoloog, maar rondde eerst zijn studie Milieu- Maatschappij wetenschappen af en ging vervolgens naar de Koningstheater Akademie in Den Bosch. Van september 2008 tot oktober 2010 was Jaap de Stadsdichter van Nijmegen.
'Birk' is zijn romandebuut.


ISBN 9789044532777 | Hardcover | 255 pagina's | Uitgeverij De Geus | april 2014

© Marjo, 02 september 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer: