Oek de Jong

Toon alleen recensies op Leestafel van Oek de Jong in de categorie:
Oek de Jong op internet:
  Categorie: Taal en Letteren

Wat alleen de roman kan zeggen Wat alleen de roman kan zeggen


Hoewel Oek de Jong jarenlang van plan is geweest een 'lof van de roman' te schrijven, kwam hij niet veel verder dan enkele uitspraken van schrijvers noteren die hij eventueel in zijn betoog zou kunnen gebruiken. Maar toen kwam het verzoek een essay over de roman te schrijven en daar ging Oek op in. In zijn voorwoord schrijft hij:

"Mijn essay is geen lof van de roman geworden, want dat perspectief vond ik te beperkt. Ik was veel meer geïnteresseerd in de positie van de roman aan het begin van een nieuwe eeuw waarin, voor degenen die de vorige nog ruimschoots hebben meegemaakt, ook de cultuur een transformatie ondergaat. In die door digitalisering en mondialisering sterk veranderde cultuur heeft de roman niet meer de plaats die hij lange tijd heeft gehad."


De Jong begint zijn essay met de geschiedenis van de roman. Hij noemt de roman een van de grootste uitvindingen van de Europese beschaving, een uitvinding die de wereld veroverd heeft. Was een roman voorheen niet meer dan vermaak, in de achttiende eeuw kreeg de roman een hoger aanzien, mede door schrijvers als Swift, Defoe, Sterling, Goethe etc. het hoorde bij een goede opvoeding om romans te lezen. Maar in de twintigste eeuw deed de film zijn intrede en huidige jongeren zijn geen kinderen van de roman meer, maar kinderen van film, televisie en internet. Wat voor bestaansrecht heeft de roman nog in deze tijd van beeldcultuur? 'Schrijvers zijn figuren in de media geworden en gehoorzamen aan de wetten van de media.'

Volgens De Jong wordt de indruk die een kunstwerk maakt dikwijls mede bepaald door de tijd die je eraan geeft. In deze snelle, jachtige tijd is het nauwelijks voorstelbaar dat iemand twee weken aandacht aan één boek besteedt. Of is dat juist het kenmerk, de kracht van de roman? vraagt de Jong zich af. Je wordt al lezend uit het vluchtige, verbrokkelde leven van alledag getrokken door de taal van de schrijver. Een romantekst kan iets losmaken, kan je doen mijmeren. Elke lezer maakt zijn eigen beelden bij een roman. Hij herkent zichzelf in wat hij leest of juist niet.
Oek de Jong vertelt wat boeken met hem gedaan hebben, hij kreeg het gevoel dat hij vrienden had gevonden.

Oek schrijft over de evolutie van de roman, de nieuwe onderwerpen die in de roman gebruikt werden en worden. De roman doorbrak taboes over (homo)seksualiteit (Couperus, Reve), over racisme (De hut van oom Tom), de waanzin van oorlog voeren. Een romanschrijver 'moet het hedendaagse zien om te toveren tot iets universeels. [...] De romanschrijver moet zeggen wat nog niet gezegd is, hij moet zien door te dringen in werkelijkheden die nog niet zijn blootgelegd.'

Oek vertelt over zijn zoektocht naar nieuwe vormen. Hij vertelt over zijn boeken, zijn schrijfproces, het verlangen naar intense expressie. Hij vertelt over de schok die Marquez boek Honder jaar eenzaamheid hem gaf, het was een roman die niet meer in scènes werd verteld.
Hij schrijft over het belangrijke werk van Milan Kundera, J.M. Coetzee, James Joyce etc. Hij schrijft dat de roman het diepe innerlijk van de mens laat zien.

Maar toch kan Oek de Jong me met dit boekje niet overtuigen.
Hij kan mij bijvoorbeeld niet het verschil tussen een goede film en de roman aantonen. Volgens Oek de Jong blijft een goede roman lang bij je, denk je er over na, is een roman universeel maar dat kan in mijn ogen ook van toepassing op een film zijn, evenals de kracht van het woord, beelden oproepen of in het hoofd duiken van iemand.


Op zich is het boeiend genoeg wat Oek de Jong schrijft, maar misschien had hij dit niet in opdracht moeten schrijven, had hij nog even moeten wachten om daarna toch zijn eigen 'lof van de roman' moeten schrijven. Ik mis een passie over de roman, het lijkt erop dat Oek de Jong erg heeft gezocht om weer te kunnen geven wat hij wilde zeggen maar er nog niet helemaal klaar voor was. Er wordt veel verteld over romans maar weinig over 'wat alleen de roman kan zeggen'.
Het lijkt er zelfs op Oek de Jong daar zelf ook aan twijfelt, hij schrijft namelijk  'Uiteindelijk gaat het niet om het overleven van de roman, maar om het voortbestaan van de literatuur. De essentie is niet de vorm waarin de schrijver zich uitdrukt, de essentie is de literatuur.'

Zie ook de uitzending van boeken 20 oktober 2013 (start 16.34)


ISBN 9789025442132 | Paperback | 95 pagina's | Uitgeverij Contact | oktober 2013
5e deeltje uit de essayserie Over de roman

© Dettie, 09 december 2013


Lees de reacties op het forum en/of reageer: