Isabelle Quinn
Suni
Isabelle Quinn
Nikita heeft vaak dromen waarin een bepaald meisje voorkomt, een meisje met rood krullend haar. Ze vindt het reuze irritant dat het zo levensecht lijkt, maar dat ze niet weet wie het is of hoe ze heet. En dat ze soms huilend wakker wordt als ze weer eens zo’n droom heeft gehad. Maar als Wesley komt logeren is dat roodharige meisje even niet zo belangrijk. Wesley is haar neef, ongeveer even oud, en een etter eerste klas. ‘Een trol met een kort lontje’, zegt Nikita.
Het is zomervakantie, en de vader van Wesley, oom Bart, woont al een tijdje bij hen in huis, tot zijn nieuwe huis klaar is. Er is geen ontkomen aan, dat de jongen bij hen komt.
Al snel is het duidelijk dat Nikita niet helemaal beseft wat het betekent met zo’n joch in hetzelfde huis te wonen. Hij deinst er niet voor terug in haar kamer te neuzen. Nou ja, zij doet hetzelfde in zijn kamer, als ze terug wil wat hij gepikt heeft: haar dagboek, dat ze niet goed verstopt heeft. En verstoppen had ze echt moeten doen: ze heeft daar namelijk in geschreven over haar grote geheim. Ze heeft iets heel ergs gedaan wat ze niet durft te vertellen aan haar moeder. En er staan ook kleinere geheimpjes in. Ze heeft er bijvoorbeeld in op geschreven dat ze haar vriendin Sophie wel wat mollig vindt. Er staat wel bij dat ze vindt dat het Sophie goed staat, maar dat vertelt Wesley niet, als hij dit luidkeels gaat verkondigen! Het kost Nikita bijna de vriendschap. En ze wil Sophie niet kwijt, ook al is intussen een ander persoon opgedoken die haar handlanger kan en wil zijn: het roodharige meisje, Suni. Zij blijkt Nikita’s vroegere fantasievriendin te zijn!
En terwijl niemand anders Suni kan zien, is ze wel echt genoeg om heel vervelend te doen tegen Wesley. Ze stelt ook het Grote Crisis Plan op, om de jongen terug te pakken. Maar het lijkt er meer op dat Nikita erger in de problemen komt...
‘Ik haatte Wesley, echt waar, ik was niet ineens een watje geworden, maar Suni ging te ver. Dit was gevaarlijk.
Ik rende naar de heuvel. ‘Nee! Stop!’ schreeuwde ik, precies op het moment dat de wateroorlog mijn kant op kwam. Een meisje gilde. Wesley hoorde me niet.
Toen was het te laat.’
Nu heeft Nikita twee problemen, drie eigenlijk, want dat geheim is er ook nog.
Het wordt een memorabele vakantie...
Grappig verhaal met serieuze ondertoon: Als je geheimen hebt moet je er goed voor zorgen dat niemand die te weten komt, maar veiliger is het gewoon geen geheimen te hebben. Een onzichtbare vriendje hebben veel kinderen, maar - gelukkig! - loopt het daarmee niet zo uit de hand als bij Suni! Zij veroorzaakt veel leuke, maar ook moeilijke situaties.
Zou een van de dochters van Isabelle Quinn een onzichtbaar vriendje gehad hebben? Het is duidelijk dat de basis van dit verhaal een solide basis heeft. Daarna is de fantasie op hol geslagen, maar dat wordt gelukkig in goede banen geleid.
Isabelle Quinn (1967, Creil, Frankrijk) woont in Nederland sinds 1993. Ze volgde Nederlandse les en werkte als administratief medewerker.
ISBN 9789044827088 | Hardcover | 147 pagina's | Clavis Uitgeverij | maart 2016
Leeftijd vanaf 10 jaar.
© Marjo, 28 april 2016
De laatsten
‘Wit, overal. Sneeuwvlokken op mijn gezicht. Stilte. Daar, ver weg, fel licht... Pijn in mijn ogen. Pijn aan mijn handen. Overal pijn... Koud. Geknerp onder mijn voeten. Steeds zachter. De pijn zakt weg. Alles vervaagt.’
Sam dwaalt door de stad. Hij weet nauwelijks wie hij is, of waar hij is. Mensen lijken er niet te zijn, dieren ook niet beseft hij. Alleen die witte mist... Wat is er gebeurd? Twee dingen weet hij: hij is Sam en er is mist. Dan komt hij gelukkig mensen tegen. Maar ze lijken wel krankzinnig. Iemand laat zijn hond uit...een pluche hond. Twee jongens zijn alleen maar uit op vechten. Een vrouw doet boodschappen, ze blijft haar karretje maar volladen met de meest onzinnige dingen. Harry, die oude man, lijkt nog helder, en Sam blijft maar bij hem. Ze dwalen door de stad, en langzaam wordt duidelijk wat er aan de hand is. Als lezer begin je te twijfelen aan Sam. De anderen zijn gestoord en Sam niet? Waarom zou hij de uitzondering zijn? Dan ontmoet hij Marianne...
Er is een proloog bij dit bizarre verhaal, een gebeurtenis die zich afspeelt in 1869. Er lijkt geen enkel verband met het eigenlijke verhaal, maar natuurlijk is er dat wel. Als je daar achter komt slaat ineens de betekenis van het hele verhaal om. Dacht je een apocalyptisch verhaal te lezen, dan gaat het nu een heel andere richting in. Ik kan me voorstellen dat niet iedere lezer dat prettig zal vinden, maar deze lezer vond het een geslaagde wending. Verrassend en kloppend. En ik heb iets geleerd: in het stuk tekst dat zich afspeelt in 1869 rookt iemand een sigaret. Huh? Dacht ik. Maar het klopt: de sigaret is ontstaan in de Krimoorlog.
Isabelle Quinn heeft bovendien een prettige manier van schrijven, al is het verhaal nog zo bevreemdend en raar, het lijkt alsof je in een sprookje rondloopt. In een mist. Met Sam. En dat is prettig.
Isabelle Quinn (1967, Creil, Frankrijk) woont in Nederland sinds 1993. Zo ontstond Operatie Boze Barbie, haar debuut.
ISBN 9789044823301 | Hardcover | 154 pagina's | Clavis Uitgeverij | januari 2015
Leeftijd vanaf 15 jaar
© Marjo, 18 maart 2015
Operatie boze barbie
Ze doet alsof Tim en Saar baby's zijn en ze vindt het belangrijker om te bellen met haar vriendje. Daar zitten de kinderen haar maar bij in de weg.
Dus ook al hebben papa en mama afgesproken dat Saar en Tim zelf een film mogen kiezen en die mogen afkijken met een grote bak popcorn: Zylvia zet gewoon de televisie uit en pakt de bak af. ’Naar bed jullie!’
Nou ja! Dat pikken ze niet en ze bedenken een plan. Zij zullen die vervelende Barbiemeid - want ze lijkt op een Barbie! - wel eens een poepje laten ruiken.
Hun plannetje, Operatie Boze Barbie, is goed, maar werkt toch iets anders dan de bedoeling was. En dan komen tot overmaat van ramp ook papa en mama eerder thuis dan gepland.
Het is een leuk verhaaltje, over kinderen die het leven in eigen hand nemen. Een beetje inventiviteit kan nooit kwaad, en al loopt hun plannetje ietwat verkeerd, het is natuurlijk wel een kinderverhaal, dus het komt allemaal wel goed. Of Barbie, pardon, Zylvia, nog eens komt oppassen is de vraag!
Waarom de omslag van het boek zo zoetig roze is, vraag ik me af. Het geeft de indruk dat het een meidenboek is, maar niet alleen is een van de hoofdpersonen een jongen, het verhaal is ook helemaal niet zoetig. Alleen even de kleur van die zitbank op de voorkant veranderen zal wonderen doen!
Isabelle Quinn (1967, Creil, Frankrijk) woont sinds 1993 in Nederland. Nederlands is haar tweede taal, maar daar valt niets van te merken. Als ze door gaat met schrijven, kan daar best veel leuks uit voort komen!
ISBN 9789044820089 | Hardcover | 68 pagina's | Clavis Uitgeverij | juni 2013
Leeftijd vanaf 10 jaar Illustraties door Babiche
© Marjo, 25 maart 2014