Aline Sax

Toon alleen recensies op Leestafel van Aline Sax in de categorie:
Aline Sax op internet:
 

Het meisje en de soldaat Het meisje en de soldaat


prenten: Ann de Bode
tekst: Aline Sax

Schrijven is schrappen, show don't tell, zijn de adviezen die veelal aan schrijvers gegeven worden. Het is Aline Sax wonderwel gelukt.
In bijna poëtische, verstilde taal vertelt ze over het blinde meisje dat met haar moeder en tante in een herberg woont. Buiten is het mooi weer, eindelijk is hij er, die eerste zonnige voorjaarsdag.

Het meisje schuift haar stoel naar achter en staat op. Ze wil niet binnenblijven met dit mooie weer. Door de keukendeur loopt ze naar buiten. Zelfs het hout van de deur is al opgewarmd door de lentezon. [...]
Het meisje steekt de weg over. Met vaste pas loopt ze naar het houten bankje dat recht tegenover de herberg staat. Het is haar bankje. Hier kan ze uren zitten.[...] Zeventien stappen. Het meisje strekt haar handen en inderdaad, daar is het bankje. Ze gaat helemaal tegen de leuning zitten. En dan merkt ze het.

Er zit nog iemand op het bankje, Een soldaat. Hij ruikt naar zweet en modder en bloed. Zoals alle soldaten. Maar daaronder, heel diep, noch amper merkbaar, ruikt ze een andere geur. Een geur die zie niet kent. Ze snuift diep. Een warme geur zoals van gebrande noten. Maar noten die ze nog nooit geroken heeft.


De soldaat komt terug van het front, uit de loopgraven. De Eerste Wereldoorlog woedt in alle hevigheid. De soldaten moeten zes dagen op en mogen drie dagen af.

Aanvankelijk zijn het meisje en de soldaat stil, zeggen niets tegen elkaar. Maar de soldaat komt telkens terug en langzamerhand ontstaat er een band. Hij vertelt haar over zijn leven in Afrika, over zijn vrouw en zoontje. Het meisje luistert en vertelt over haar papa die ze zo mist. Ook hij zit ergens aan het front.

Het meisje wacht trouw elke dag dat 'haar' soldaat vrij is op zijn komst. Maar op een dag komt hij niet, ze wacht en wacht en wacht en dat terwijl ze samen met mama een brood voor hem gebakken heeft. Ook de volgende dag komt de soldaat niet en het meisje staat op, gaat de weg op, het brood onder haar arm, en loopt richting het front, ze móet hem vinden.
Het verhaal van het onschuldige, zonnige, kleine meisje is op wit papier afgedrukt. Maar ook de soldaat doet zijn verhaal, aanvankelijk over dezelfde situatie, maar zijn verhaal is op donker papier afgedrukt. Er is niets vrolijks aan een oorlog... Helemaal niet als hij niet meer naar het bankje met het meisje kan.

Het weinige wat er gezegd wordt, de korte zinnen, het mooie taalgebruik maken van het boekje een klein juweeltje.  Door het boek heen staan sobere zwart-wit prenten, die op een subtiele, ingetogen manier een impressie geven van de oorlog die gaande is. 
Het boekje is voor kinderen vanaf 10 jaar maar ook volwassenen zullen zeker geraakt worden door dit kleine meesterwerkje.


ISBN 9789058388421 | Hardcover | 85 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | april 2013
Afmeting 13,8 x 19 cm | Leeftijd 10+

© Dettie, 28 juli 2016


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

De kleuren van het getto De kleuren van het getto


Laatst las ik een artikel dat handelde over de oorsprong van het word ghetto/getto. Daarin stond vermeld dat het eerste joodse getto in 1516 in Venetië ontstond met de naam ‘ghectus’.
De conclusie van het onderzoek dat linguïst Anatoly Liberman deed, gaf geen bevredigend antwoord: het woord  kan zijn oorsprong hebben in het Hebreeuws , het Italiaans, of het Latijn. En misschien ook wel uit het Engels want een deel van de bevolking zal in die tijd Engels geweest zijn. Zij werden in de eeuwen daaraan voorafgaand verdreven uit Groot-Brittannië. Daarbij is het niet uit te sluiten dat er nog meer nationaliteiten aanwezig waren.
Doet de oorsprong van het woord er wat toe? Niet echt. Zeker niet voor de mensen die in 1940 in Warschau bijeengedwongen werden in een klein deel van de stad, later ook nog afgesloten – opgesloten - door hoge muren. Steeds meer Joden werden er heen vervoerd, het getto barstte uit zijn voegen. Dat was  natuurlijk precies de bedoeling. Honger, ziektes en later ook deportaties zorgden er voor dat hun aantal vanzelf minder werd.

Aline Sax  heeft samen met Caryl Strzelecki een boek gemaakt dat ‘De kleuren van het getto’ heet, maar geen spoor van kleur bevat. Er zijn veel zwarte pagina’s met daarop wat weinig tekst, in witte letters, veel tekeningen, maar het is net geen graphic novel: het verhaal wordt verteld door de tekst, de illustraties blijven illustraties. In het verhaal zijn kleuren dat wat verdwijnt…
Alina Sax vertelt het verhaal van Misja, die niet van plan is bij de pakken neer te zitten.

‘Janina zat onderuitgezakt op een keukenstoel. Ze had geen energie meer om te spelen. De honger had haar vriendinnetjes weggenomen. Ze lachte niet meer om mijn grapjes. Moeder werd elke dag tien jaar ouder. Ik wilde haar wangen zien blozen en haar ogen weer zien schitteren. Maar ik kon haar niet helpen. Ze gleed door onze vingers en ik kon haar niet vasthouden.
We moesten eten hebben.
Ik zou het getto uitkomen. Al moest ik over de muur vliegen.’


Misja ontdekt het riolenstelsel als uitweg, en ontmoet anderen, die hetzelfde idee hadden. Ze komen in verzet, hetgeen leidt tot de opstand van Warschau in 1943.
Eigenlijk is het boek, hoe mooi vormgegeven ook, alleen maar dit verhaaltje, en omdat het een boek voor jongeren is zou ik meer achtergrondinformatie verwacht hebben.
Aan de andere kant is juist dit korte, dit kleurloze misschien wel de kracht van het boek.


ISBN 9789058387363 | Paperback | 176 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | september 2011
Leeftijd 15 en ouder

© Marjo, 22 mei 2013


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Het meisje en de soldaat Het meisje en de soldaat


Het meisje en de soldaat
Aline Sax


Voor me ligt een heel mooi vormgegeven boekje, klein en dun. Een mooie omslag waarop een bankje getekend staat. Er zit niemand op. Een deel van de omslag is wit, en ik interpreteer dat als een verwijzing naar een van de hoofdpersonen in het verhaal: een jong blind meisje, dochter van een herbergierster. De eerste wereldoorlog woedt, de herberg staat niet ver van het front. Niet dat ze een idee heeft van dat front, zoals ze evenmin weet waar haar vader, die ten strijde is getrokken, precies is. Haar wereld is beperkt tot het bankje. Ze weet precies hoeveel passen ze moet zetten om er te komen en ze weet dat haar moeder haar door het raam in de gaten houdt.
Op een dag ruikt ze een vreemde geur: er zit iemand op het bankje.

‘Een soldaat. Hij ruikt naar zweet en modder en bloed. Zoals alle soldaten. Maar daaronder, heel diep, noch amper merkbaar, ruikt ze een andere geur. Een geur die ze niet kent. Ze snuift diep. Een warme geur van gebrande noten. Maar noten die ze nog nooit geroken heeft.
Hij zegt niets. En zij zegt ook niets. Ze draait haar hoofd naar de zon en voelt dat de soldaat naast zich hetzelfde doet.’


Even later volgt het verhaal van de soldaat, op zwartgekleurde pagina’s vertelt hij het zijne, steeds om en om met het meisje.

‘De soldaat kijkt haar aan. Over haar ogen ligt een melkwit waas. De soldaat vraagt zich af of hij soms iets moet zeggen. Weet ze dat hij hier zit? Maar hij zegt niets. Hij leunt achterover en sluit zijn ogen. Hij probeert, net als zij, de zon te voelen en de geluiden van de omgeving te proeven.’


De volgende dag, als ze er weer allebei zitten begint het meisje te praten. Langzaam ontwikkelt zich een vriendschap. Hij vertelt over het warme Afrika, over zijn vrouw en kind die hij achtergelaten heeft. Zij vertelt over haar vader. Soms moet de soldaat naar het front, maar het meisje weet dat hij terug zal komen. Na elke zes dagen krijgen de soldaten drie dagen rust, en de soldaat komt trouw.
Tot hij op een dag niet verschijnt. Het meisje heeft net die dag, omdat ze hem verwachtte, een brood voor hem gebakken. Wat nu? Ze besluit hem te gaan zoeken.
Een grimmig sprookje lijkt het wel, deze vriendschap van een blind meisje en een zwarte soldaat tegen de achtergrond van een gruweloorlog. Ann de Bode maakte er illustraties bij, waarbij ze een voorbeeld nam aan foto’s die er uit die tijd zijn, beelden dus van de oorlog.
Zoals ik al zei: een mooi boekje met een mooi verhaaltje, een kleinood om te koesteren.


ISBN 9789058388421 | Hardcover | 96 pagina's | Uitgeverij De Eenhoorn | april 2013
Illustraties van Ann de Bode Leeftijd vanaf 10 jaar.

© Marjo, 13 mei 2013


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Wij, twee jongens Wij, twee jongens


Een Vlaams boerengezin gaat emigreren. Vader, moeder, een jongenstweeling en een dochter gaan naar Amerika, waar alles beter is. Ze zullen er werk hebben, een boerderij kunnen kopen en een goed leven hebben. Maar het gaat al fout voor ze op de boot kunnen. Er is een gezondheidscontrole en het jongste zusje heeft longontsteking: ze mag niet mee. Dus blijft moeder ook thuis. De jongens en hun vader gaan verder.

Op de boot, waar ze tussen honderden anderen in een veelal bedompte ruimte zonder enige vorm van luxe moeten zien dat ze zich staande houden.
"Iedereen had zijn hele leven bij zich"

Eenmaal in New York blijkt dat er opnieuw een controle komt! Op Ellis Island wordt vader uit de rij gehaald: ziek, hij moet terug. De jongens zijn nog maar alleen. Maar het is net als de tien negertjes: een van de jongens misdraagt zich en moet ook mee terug met de boot.
Adriaan blijft alleen achter. In New York, een stad met hoge gebouwen en mensen die hij niet verstaat. En die hem niet verstaan, en ook geen geduld hebben met zo'n boerenjongen. Toch moet hij zich zien te redden.

Tot dusver is het een McCourtverhaal over Vlamingen, prima allemaal, historisch verantwoord en best wel aardig. Maar dan wordt het verhaal meer en meer een kloon van Floortje Zwigtman, en het boeit me steeds minder. Dit tweede gedeelte is ook een coming-of-ageroman, en dat vind ik prima, maar waarom moet dat met zulke expliciete beschrijvingen van seks?
Leuk voor de jeugd of zo? Ik knap er op af, het bedierf het toch wel aardige begin.
Wil ik dat vervolg nog lezen? Pff.


ISBN 9044807935 | Hardcover | 296 pagina's | Clavis Uitgeverij | oktober 2007
Leeftijd: 15+

© Marjo, april 2008


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Schaduwleven Schaduwleven


Dit boek is het vervolg op Wij, twee jongens (Clavis 2006), een boek dat ik niet gelezen heb maar de flaptekst is als volgt:

West-Vlaanderen, anno 1910.
Het gezin De Belder laat de armoede achter zich en zet de grote stap in het onbekende. Met het schip De Kroonland zullen ze de oversteek wagen naar Amerika. Maar de meningen over het land van belofte zijn verdeeld. Vader en Alexander zijn rotsvast overtuigd van het betere leven dat hen daar wacht. Maar moeder is bang, en ook Adriaan deelt het enthousiasme van zijn tweelingbroer niet. Zo onbesuisd als Alexander is, zo afwachtend is hij.
Toch is Adriaan de enige die daadwerkelijk in New York terechtkomt. Hij is moederziel alleen, wordt er meteen bestolen, kan niemand verstaan. Adriaan voelt zich doodongelukkig in de wereldstad. Hij haat de drukte, de massa, de smerigheid, de kleffe hitte en heeft heimwee naar de boerderij, de velden en de geur van vers stro. Het enige wat hij wil, is zo snel mogelijk geld verdienen om terug te keren naar zijn familie. Maar dan ontmoet hij Jack. En alles verandert.


Dit boek Schaduwleven (oktober 2007) gaat over het leven van Adrian in New York waar hij samenwoont met zijn grote liefde Jack. De titel slaat op homoseksualiteit dat niet geaccepteerd wordt en daar heeft Adrian het moeilijk mee. Niet te dicht tegen elkaar zitten, niet hand in hand lopen, niet elkaar in het openbaar een zoen geven, niet vertellen dat je samenwoont... Dat zijn de lastige aspecten maar over het algemeen voelt Adrian zich erg gelukkig met Jack en zijn leven.

Jack werkt als portier bij een hotel en Adrian werkt in een bar. Natuurlijk dromen ze over rijk worden, ze zullen het helemaal gaan maken. Als de gelegenheid zich voordoet dat Adrian samen met vrienden de bar kan kopen lijkt die droom bewaarheid te worden. Ze maken er een echte uitgaansgelegenheid van, met artiesten, en wat voor hen erg belangrijk is, homoseksuelen zijn zeer welkom. Het bedrag om de zaak te kopen wordt geleend, de zaak zelf wordt een hit.

Maar dan begint de ellende, door allerlei omstandigheden kan het geleende bedrag niet op tijd terugbetaald worden en krijgt de groep vrienden te maken met de New Yorkse onderwereldfiguren, die genadeloos zijn, er wordt zelfs iemand vermoord mede omdat diegene homoseksueel is. Vooral Frenchy, een vriend van Adrian en Jack en mede-eigenaar van de bar heeft het hier moeilijk mee. Hij wil wraak nemen voor de vermoorde man.

Het geld moet voor een bepaalde datum geleverd worden en iedereen probeert te helpen om het gevraagde bedrag bij elkaar te sprokkelen. Er worden hiervoor dingen gedaan die het daglicht niet kunnen verdragen...
En... Frenchy neemt op een verschrikkelijke manier wraak waardoor al het personeel en de vriendengroep ernstig in de problemen komen. Dan leert Adrian zijn vrienden pas echt kennen en begint zich er steeds onbehaaglijker bij te voelen.

Ik heb gemengde gevoelens over dit boek. Laat ik met het vervelende beginnen...

Storend vond ik dat de Engelse woorden steeds schuingedrukt stonden. Zoals bijv. op de eerste bladzijde elevated train. Aanvankelijk verwachtte ik dat achterin het boek een toelichting zou staan zoals later wel bij de woorden fairy en Maple syrup gedaan werd.
Er staan enkele gedichten in die allemaal in het Engels afgedrukt zijn. Als dit nu eenvoudige gedichten waren dan zou het nog kunnen, maar gedichten van Emily Dickinson, Conan Doyle etc. zijn niet echt in eenvoudig Engels geschreven. Waarom werden deze niet vertaald? Ze spelen wel een belangrijke rol in het boek. Je kan niet verwachten dat een 16-jarige deze gedichten in het Engels begrijpt.

De belevingswereld van Adrian wordt wel erg mooi en goed beschreven. Zijn twijfels, zijn oprechte liefde voor Jack, zijn zelfkennis, het twijfelen aan zijn eigen karakter... dat is allemaal erg boeiend en beeldend beschreven. Ook het omgaan met elkaar in de vriendengroep is treffend, elk karakter is goed uitgewerkt, het lijken vrienden die door dik en dun voor elkaar gaan.

Duidelijk is dat Aline Sax voor dit boek veel voorwerk heeft gedaan. De beschrijving van de woning van Adrian en Jack is gebaseerd op de appartementen in 97 Orchard Street. Op haar site staan alle bronnen die ze geraadpleegd heeft om dit boek te kunnen schrijven.

Het hele verhaal deed me erg aan de boeken Schijnbewegingen (september 2006) en Tegenspel  (januari 2007) van Floortje Zwigtman denken. Daar speelt alles zich weliswaar af in het Victoriaanse Engeland maar het toeval wil dat ook in haar boeken veel poëzie zit, het theater is eveneens belangrijk, ook daarin zijn enkele homoseksuelen die keihard zijn, wordt homoseksualiteit niet geaccepteerd en is er ook een jongen (ook een Adrian) die twijfelt. De armoedige omstandigheden zijn er evenals het excentrieke figuur (bij Zwigtman de heer Trops, bij Sax de heer Casey). Het moeilijke is nu om een oordeel te geven over dit boek zonder de boeken van Zwigtman in je achterhoofd te hebben, ze hebben erg veel van elkaar weg hoewel het boek van Aline Sax spannender is.

De boeken van Zwigtman zijn met veel publiciteit gelanceerd. Dit boek verdient ook meer aandacht, het is goed en inlevend geschreven. De schrijfsters doen absoluut niet voor elkaar onder.


Net als bij de boeken van Floortje Zwigtman vraag ik me trouwens wel af waarom dit als een boek voor jongeren geclassificeerd wordt. In mijn ogen kan het zeer goed doorgaan als een boek voor volwassenen. Hooguit de terugkerende bedenkingen van Adrian, 'is het wel goed wat ik doe?', maken dat het als een 'wijze les' voor jongeren opgevat kan worden.
Maar... dit boek is zeker een aanrader!


ISBN 9044807927 | Hardcover | 248 pagina's | Clavis Uitgeverij | oktober 2007
Leeftijd: 15+

© Dettie, februari 2008


Lees de reacties op het forum en/of reageer: