Theo Stokkink
Zwijgplicht
Hij beseft dat als hij carrière wil maken en zich aan de druk van de familie wil ontworstelen er een schijnhuwelijk plaats zal moeten vinden. Via zijn goede vriend Willem komt hij in contact met Sophie, een ex-prostituee die bij hem in het huishouden komt werken. Ze is zwanger maar wil het kind pertinent niet. Theo helpt haar om naar Amerika te gaan en daar een abortus te ondergaan en vraagt haar net voor vertrek vrij spontaan ten huwelijk. Hij gaat er vanuit dat Sophie begrijpt dat het om een platonisch verstandshuwelijk zal gaan, als zijn huishoudster heeft ze tenslotte al heel wat heren bij nacht en ontij zien vertrekken, maar in de loop van hun huwelijk blijkt dat Sophie toch op wat meer intimiteit gehoopt had.
Sophie is na de ingreep in Amerika onvruchtbaar geworden, dus een kind van hen beide zit er tot haar verdriet niet in. In de woelige tijden net voor de eerste wereldoorlog komt daarvoor uit onverwachtse hoek een onorthodoxe oplossing in zicht. De notaris waar Theo werkt is zeer actief in de opvang van Belgische vluchtelingen, en in de periode raakt er op een vluchtelingenboot van Antwerpen naar Rotterdam een baby zoek. Het kind wordt bij een vreemde vrouw aangetroffen, maar niemand weet wie het kind is en waar het vandaan komt. De notaris ‘reserveert’ het kind voor Theo en Sophie en zij adopteren het. Het meisje, ze noemen haar Hélene, groeit op met de gedachte dat ze een eigen kind van Sophie en Theo is en heeft geen besef van haar eigenlijke identiteit.
Vanaf het begin van het boek volgen we ook een familie in Vlaanderen die op de vlucht slaan voor het dreigend oorlogsgeweld. De vrouw, hoogzwanger, overlijdt, de baby, Florentine, overleeft de bevalling, maar als haar zusje van zeven haar op de vluchtelingenboot naar Rotterdam even uit het oog verliest, is de baby onvindbaar. De vader en het zusje blijven hun hele leven op zoek naar het kind, een lange zoektocht, die héél vaak heel dichtbij Hélene komt, maar die regelmatig door belanghebbenden wordt tegengewerkt.
De auteur van het boek, programmamaker en schrijver Theo Stokkink, is de zoon is van zoekgeraakte baby Hélene. Hij beschrijft dus het verhaal van zijn moeder. De Vlaamse schrijfster Elisabeth Marain begon in 1994 te schrijven aan een trilogie over de Grote Oorlog, de eerste twee delen werden gepubliceerd. Het derde deel zou gaan over de zoektocht naar Hélene maar is nooit tot publicatie gekomen. Met haar toestemming heeft Theo Stokkink dertig jaar later de draad weer opgepakt, maar nu vanuit Nederlands perspectief.
In het eerste deel van het boek ligt de nadruk behalve op de geschiedenis van Hélene vooral ook op de homosexualiteit van Theo en op de verscheurdheid, schaamte en dilemma’s die dat begin vorige eeuw met zich mee zich mee bracht. De liefde moest altijd in het verborgene plaatsvinden en door een nieuwe wet lag zelfs gevangenisstraf op de loer. Bovendien was er altijd de angst voor ontdekking waarmee je dan schaamte en blaam over je familie zou uitstorten. Twee van de mooiste passages in dit boek bevatten de conversatie over dit onderwerp tussen Theo en zijn vader en Theo en zijn familie. Liefde, schaamte, angst, onbegrip en onmacht strijden om voorrang en taal voor dit soort zaken vinden ze nauwelijks. Als lezer zóu je het gevoel kunnen bekruipen dat twee zulke grote thema’s en verhaallijnen misschien wel twee boeken hadden verdiend, maar Stokkink weet het evenwicht goed te bewaren en maakt er één groot verhaal van. Dat de vrij verbijsterende geschiedenis van een zoekgeraakte baby het verhaal van zijn eigen moeder is, geeft het boek een extra lading.
ISBN 9789062659807 | Paperback | 442 pagina's | Uitgeverij In de Knipscheer | december 2017
© Willeke, 16 januari 2018