Relikwie van het kwaad
Siebe Huizinga

Het is tegelijk een pluspunt en een minpunt: de hoeveelheid. Niet de pagina's, dat zijn er ook niet weinig, maar vooral de avonturen. Het een is nog niet afgelopen of het volgende is er al. Nauwelijks tijd voor reflectie, geen rustpunt in dit verhaal, we gaan door!  Maar daardoor vlieg je dus geboeid door het verhaal, en lees je maar door, er is geen houden aan. Je wilt weten!

Het is een magisch verhaal, dat af en toe doet denken aan de Lord of the Rings. In dit verhaal draait het om de hoorn, die het relikwie van het Kwaad bevat. Alle akelige eigenschappen die een mens kan hebben lijken er in verzameld. Als je het vasthoudt, krijg je vreemde visioenen. De verleiding om het toch vast te houden kan groot zijn, dan moet de drager van de hoorn zich verzetten tegen zijn hunkering. De hoorn, afkomstig van de eenhoorn, is magisch, en velen azen er op.

Raaf krijgt het voorwerp door een monnik in zijn handen gestopt met de boodschap het met zijn leven te bewaken. Terwijl Raaf wegrent, valt de monnik in de handen van zijn achtervolgers, die Raaf gelukkig niet hebben gezien. Bij het huisje aangekomen waar hij samen met zijn broer woont, verstopt hij de met goud versierde hoorn, want die beelden van vier grote ruiters beangstigen hem. Niet alleen hij, ook zijn broer lijkt visioenen te hebben gehad, hij heeft het over een ridder zonder hoofd, en over een meisje dat op een gruwelijke manier vermoord is. Maar Job is een beetje raar in zijn hoofd, sinds hun moeder het moeras ingelopen is, dus Raaf hecht er geen waarde aan. Job blijkt evenwel niet zo gek: hij steelt de hoorn en verdwijnt. Naar Coevorden waarschijnlijk, om handel te drijven. Maar nu heeft hij de hoorn, en dat is, weet Raaf, levensgevaarlijk!

Voor de lezer dan in het avontuur gestort wordt, krijgt hij eerst nog wat achtergrondinformatie over de hoorn: een cursiefje uit het boek van de hoorn, dat vertelt over de hoorn in 950. Er volgen meer van zulke cursiefjes.

Het verhaal van Raaf speelt in 1350, de tijd van de zwarte Pest die over Europa heerste. De tijd van kloosters, kruistochten. Ridders en geselmonniken. Raaf is 'de hoeder van de hoorn'. Flauwekul, denkt hij, maar als anderen denken dat hij dat is, dan wil hij het wel beschermen. Zijn opdracht is het terug te brengen naar Munster, naar de bisschop. Want eenmaal in handen van de Kerk zijn het geen kwade eigenschappen meer die de Hoorn uitstraalt, maar dan zal het een medicijn zijn tegen de Grote Dood. Maar 'de vader' zit Raaf achterna, hij heeft er snode plannen mee. En dan is er broeder Momme, voor wie werkt hij? De Bastaard van Ruyne met zijn leger is ook al zijn vijand. En die heeft de sterkste troef in handen, hij houdt Job gevangen. Maar gelukkig heeft Raaf ook vrienden: de dwerg Tobias, en het meisje Beatrijs.
Volop belevenissen, akelige avonturen en vele ontmoetingen zal Raaf moeten doormaken, voor hij een kans krijgt om te doen wat hij moet doen. Intussen evenwel is hij de drager van de hoorn, en moet hij diens krachten weerstaan.

Geloof en bijgeloof, Latijnse teksten, het geeft een indruk van die tijd, waarin monniken nu eenmaal een grote rol speelden. Volop verwijzingen, in de namen en in de personages. Tijl Uilenspiegel komt bijvoorbeeld ook nog langs. Er is een woordenlijst, en een topografische kaart op de binnenzijde van de omslag. Een heerlijk avonturenboek, met een magisch tintje. En een tikje historie...

ISBN 9789026127823 | Hardcover | 318 pagina's | Uitgeverij De Fontein | maart 2010
Leeftijd: 13+

© Marjo, 13 april 2010

Lees de reacties op het forum en/of reageer:

Het verraad van Holland
Siebe Huizinga

Ten tijde van de tachtigjarige oorlog wordt er in Amsterdam een jongetje geboren. Zijn moeder is een Spaanse, en zijn vader een Hollandse Geus, de liefde heeft de godsdienstoorlog overwonnen. Maar er is iemand die niet wil dat het jochie leeft, een man met een masker probeert hem te vermoorden. Dat lukt niet, maar wel vinden de ouders de dood.
Het jongetje, Thomas, wordt naar de Schoolmeester gebracht die hem opvoedt, en les geeft. De oorlog duurt nog voort.
Op een dag wordt Thomas door ene Hans meegenomen naar het galgeneiland, waar veroordeelden terechtgesteld worden. Bij hen is ook de Fries. Hans heeft gehoord dat een van de gehangenen een kaart verstopt heeft in zijn laars, maar als hij de laars te pakken heeft, reageert het lijk, en Hans schrikt zo dat hij er vandoor gaat, met de boot. Daar zitten Thomas en de Fries. Ze zijn gedwongen er de hele nacht te blijven.
Voor straf moet Thomas een week bij een huidenviller werken, maar daarna is er ene sieur Bitter, die wil dat hij bij hem komt werken als comptoirknecht. Hij moet stadskaarten tekenen. Thomas denkt dat alles nu goed is, maar het is het begin van een hoop ellende. Van vele avonturen ook.
Doordat hij en de Fries een gesprek tussen sieur Bitter en een vreemde met een masker afluisteren, en daarbij betrapt worden, worden de twee jongens gedwongen te vluchten. Sieur Bitter blijkt met verdachte zaakjes bezig, maar wat precies dat weet Thomas niet. Hij en zijn vriend worden gescheiden, Thomas komt in het leger van de Spanjaarden terecht.
Hij wordt verschillende keren gevangen genomen, door een Spanjaard met een masker. Wie is die man? Wat moet hij van hem? Maar voor hij dat ontdekt, moet hij het geheim van de stadskaarten oplossen, en al doende het verraad van Holland.


Het is een boek dat je niet zomaar weglegt, zo spannend is het. Huizinga heeft geschiedenis gestudeerd en dat zullen we weten. Er wordt ontzettend veel verteld over de 16e eeuw, over de tachtigjarige oorlog, en over hoe mensen toen geleefd hebben. Maar dat gebeurt niet op een vervelende manier, het zit in het verhaal geweven. Omdat er zoveel verteld moet worden moet Thomas ook veel meemaken. Hij valt dan ook van het een in het ander. Mij stoorde het niet, ik heb het met veel plezier gelezen.

ISBN 9026131763 | Hardcover | 245 pagina's | Uitgeverij De Fontein | 2006
Leeftijd: 11+

© Marjo, augustus 2006

Lees de reacties op het forum en/of reageer:

Het verraad van Holland
Siebe Huizinga

1575
Thomas Maraan wordt onder zeer extreme omstandigheden geboren. Zijn moeder is net van hem bevallen als Don Rodriquez haar vindt. Hij wil het geuzenkind doden. -Het is de tijd van de Spaanse inquisitie. De Spanjaarden rukken op. De geuzen zijn gehaat en moeten uitgeroeid worden.- Gelukkig wordt Thomas op het laatste nippertje gered, het enige wat hij bezit van zijn moeder is een geuzenpenning.


1587
Thomas groeit op in Amsterdam bij 'de schoolmeester', een oudere man die hem alles leert wat belangrijk is. Op een dag dagen jongens Thomas en zijn vriend Fries uit om naar het galgenveld te gaan, daar moet een dief een schatkaart in zijn laars verstopt hebben. De jongens varen hen er naar toe maar vluchten weg, Thomas en Fries voor de nacht op het galgenveld achterlatend. Wat de beide jongens niet weten is dat dit bezoek verstrekkende gevolgen zal hebben.
Na die nacht blijkt koopman Bitter ineens belangstelling voor Thomas te hebben. Thomas kan goed tekenen en hij mag zelfs daar komen werken, hij moet stadskaarten natekenen. De koopman vertrouwt hem zo dat hij een kaart mag wegbrengen naar Haarlem maar dan blijkt dat er meerdere mensen interesse hebben in de kaart. Thomas komt erachter dat de koopman zich met vreemde en verdachte zaken bezighoudt. Hij ontdekt dat er een samenzwering gaande is die de vrijheid van Holland in gevaar brengt. Maar ook wordt ontdekt dat Thomas daarvan weet en hij moet Amsterdam uit vluchten.


Na vele gevaarlijke omzwervingen komt Thomas in de zuidelijke Nederlanden terecht en daar merkt hij dat er een vreemde gemaskerde man is die het op hem voorzien heeft. Hij snapt er niets van, heeft het te maken met de geuzenpenning die hij nog steeds bij zich draagt? Niemand weet daarvan op enkele goede vrienden na, maar zijn dat dan wel vrienden?


Het is een spannend verhaal dat zich afspeelt in de tachtigjarige oorlog.
Persoonlijk vond ik de beschrijvingen soms wel akelig realistisch. Lijken die in kuilen gegooid moeten worden. Veel bloed, gespieste soldaten enz. Het is feitelijk een kinderboek, is dit wel wat voor kinderen? Maar gebleken is dat kinderen gruwelijkheden anders zien dan volwassenen, dus wie weet zien zij het niet zoals ik.
Erg goed is dat er, voor het verhaal begint, een korte inleiding is over de toestand in Nederland in 1957 en de betekenis van de geuzen.
Het einde van het verhaal is in mijn ogen een beetje afgeraffeld. Ook vond ik enkele overgangen wat verwarrend. Maar dat wil niet zeggen dat het een slecht boek is, integendeel. Je moet wel goed je aandacht erbij houden wil je alles kunnen volgen maar het is boeiend geschreven.
Thomas zelf is erg goed neergezet, hij blijft in alle omstandigheden de wat naïeve jonge jongen die probeert te begrijpen wat er allemaal gebeurt. Kortom, een spannend en gevarieerd verhaal.

ISBN 9026131763 | Hardcover | 245 pagina's | Uitgeverij De Fontein | 2006
vanaf ca. 11 jaar

© Dettie, juli 2006

Lees de reacties op het forum en/of reageer: