Willem Jan Otten

Toon alleen recensies op Leestafel van Willem Jan Otten in de categorie:
Willem Jan Otten op internet:

 

Specht en zoon


Specht en zoon




Felix Vincent schildert vooral portretten. Hij vindt het belangrijk om 'naar leven' te werken, dus met levende modellen als voorbeeld. Hij heeft een naam als portretschilder, maar zijn droom is om eens een groot schilderij te maken, heel voorzichtig denkt hij aan een Pieta. Hij koopt er zelfs al een doek voor dat doel :
'een Zeer Dicht Geweven Vier Maal Universeel Geprepareerd'.
Dat doek is echter voorlopig niet aan de beurt, want er moet geld verdiend worden. Felix Vincent woont met zijn vriendin Lidewij in een huis dat aan haar familie toebehoort. Als de laatste tante overleden zal zijn, wordt het huis verkocht. Aan Vincent, als het aan hem ligt, maar dan moet hij dus zijn droom nog even in de ijskast zetten.
Even dreigt het doek toch beschilderd te gaan worden, een vermogende vrouw die zodanig door de plastische chirurgen onder het mes genomen was, dat het zou zijn alsof Vincent niet naar het leven zou werken. Maar de schilder verandert van gedachten, en het doek verdwijnt weer naar de zijkant van het atelier.
Pas als Specht, een kunstverzamelaar, het atelier binnenkomt, met een heel aparte opdracht, kan Vincent geen weerstand meer bieden; er is veel geld mee gemoeid, en de tante is dicht bij haar dood. Op het doek zal een levensgroot portret van de zoon van Specht geschilderd worden. Omdat de jongen dood is, moet er geschilderd worden naar foto's en een video. Vincent denkt er niet erg lang over na, ook al gaat schilderen naar de dood tegen zijn principes in, het geld is te belangrijk.
Al snel blijkt dat er iets anders meespeelt bij het vervaardigen van dit schilderij, een voorval uit de jeugd van Vincent. Door deze persoonlijke noot krijgt het schilderij een meerwaarde, en heeft het meer impact op de schilder, en op Lidewij, dan een Pieta zou kunnen hebben. De schilder 'Schepper' genoemd door het doek, heeft zijn schuldgevoel over die gebeurtenis van zich afgeschilderd.
Het doek blijft afgedekt wachten in het atelier, tot Specht het zal komen halen... maar op de afgesproken dag komt er niemand.
Na een ontmoeting met een niet al te integere journaliste, met wie hij een faux-pas begaat, voelt de schilder zich zodanig misbruikt, vernederd en teleurgesteld dat hij het doek wil vernietigen.

Wat het boek apart maakt is dat het doek, oftewel de drager, de verteller is. Dat beperkt het perspectief enorm, maar verhoogt tegelijk de spanning.
Het lijkt een flinke basiskennis te hebben (hoe komt het daaraan?) en is een snelle leerling, maar het kan niet als een alwetende verteller om hoeken en in andere ruimten kijken.
"Ik was gaan begrijpen dat voor een doek als ik maar één ding telt in het leven. Zelfs wanneer je geen Pieta wordt, blijft het de ene vraag: wie komt er op mij terecht? Wie word ik? Wiens gelaat wordt mijn gelaat? Ja, heus, in zulke bewoordingen begin ik te mijnmeren. Gelaat. Alsof het niets kost. Door wiens of wier ogen zou ik de wereld gaan zien?"
Als er dan eindelijk een gelaat op het doek staat blijkt het niet met diens ogen te zien, het weet zelfs niet wat er op hem geschilderd is. Dat dringt pas door als er een spiegel in het atelier verschijnt. Het concept van de spiegel is iets wat het doek niet kent, maar razendsnel zal leren kennen. Het idee maakt het boek heel apart, met een magisch tintje. Het heeft de schrijver mogelijkheden geboden, die misschien soms wel wat gekunsteld zijn, maar op het moment dat je het boek leest val je daar niet over. Je leest een mooie psychologische roman, over liefde in diverse verschijningsvormen.


ISBN 9041706771 | Paperback | 176 pagina's | Uitgeverij Maarten Muntinga | 2007

© Marjo, mei 2007


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Specht en zoon


Het stond twee jaar terug op de lijst genomineerden voor de Gouden Doerian, de prijs voor het slechtste boek. Als ik nu in die lijst boven dit boek dat boek van Saskia Noort zie staan, stijgt mijn verbazing over de keuze van de genomineerden. Want ondanks enkele aanmerkingen vind ik dit boek de moeite waard. Toch heeft het boek heeft me nooit getrokken. De titel denk ik. Is een specht een vogel dat mijn sympathie niet opwekt? Dat kan ik me nauwelijks voorstellen, want het is een mooi beest en aan zijn geklop heb ik geen hekel. Maar het woord 'specht' is geen prettig woord. In zoverre als woorden al of niet sympathiek kunnen zijn...

Van het verhaal wil ik niet teveel vertellen, het zou een toekomstige lezer een deel van het plezier ontnemen.
De hoofdpersoon is een doek. Eerst nog even op een rol van twee meter brede Zeer Dicht Geweven Vier Maal Universeel Geprepareerd, wordt er een doek van gesneden:
"Had ik de gave van het woord, dan zou ik nu beschrijven hoe het voelt om eindelijk een doek te zijn, een doek met maten, een afgemeten, met het vlijmendste stanleymes afgesneden, onherroepelijk strak stuk linnen, gespannen om een stevig raam met latten van zes en maar liefst drie punt zes dik, met spieën en met in zijn rug een kruis."
Dit doek belandt in het atelier van de 'schepper', en moet- tegen een muur gezet- lijdzaam ondergaan hoe de schilder Felix Vincent allerlei portretten schildert, maar geen pogingen onderneemt om iets met hem te doen. Het doek weet dat het speciaal is, en dat de schilder iets speciaals van plan is, maar omdat die geld nodig heeft, blijft hij portretten maken.
En dan komt Specht op bezoek. Hij vraagt de schilder een schilderij te maken van een gestorven jongen. "je redt er een leven mee", zegt hij. Schilderen naar de dood? Dat is iets wat Vincent niet wil, maar er wordt grof voor betaald...

Een heel apart verhaal, vooral natuurlijk omdat het doek vertelt. Dat staat soms met de rug naar alles toe, soms wordt het omgedraaid. Soms staat het, dan weer ligt het. Het verandert het perspectief en hetgeen verteld kan worden.. Het doek heeft eigen gevoelens, en ervaringen, en kan beperkt zien.
Het concept van een spiegel - iedereen die er in kijkt ziet wat anders?? - begrijpt hij pas, als er eentje neergezet wordt tegenover hem. Er is dat verschil tussen ergens in kijken, en ergens naar kijken. En voelen..want het doek kan niet zien wat er op hem geschilderd wordt, maar hij kan het wel voelen. Als dit verhaal zonder het perspectief van het doek verteld was, was het een verhaal van niets geweest. Helaas is Otten niet altijd even consequent in wat het schilderij wel weet en begrijpt, en wat niet. Die spiegel snapt hij niet, maar hij weet wel wat een polaroid is. Nou ja.
Het thema is het verlies van de onschuld. Dat zit in het doek, in de combinatie Specht en zijn zoon, maar ook en misschien wel vooral in de schilder zelf..
Op het einde is er een minder geloofwaardige wending - die ik nu niet kan vertellen - maar het blijft een fascinerend verhaal.
In 2005 heeft Willem Jan Otten met dit boek de Librisprijs gewonnen.


ISBN 9028240373 | Paperback | 142 pagina's | Uitgeverij Van Oorschot | 2005

© Marjo, augustus 2006


Lees de reacties op het forum en/of reageer: