Richard Osinga

Toon alleen recensies op Leestafel van Richard Osinga in de categorie:
Richard Osinga op internet:

  Categorie: Recensies Volwassenen

Een duivel met een ziel Een duivel met een ziel


‘Ik geloof nog steeds dat we een verschil maken. Alleen, het gaat niet in één grote stap, maar met honderden kleine stapjes. Die allemaal niets betekenen en waar je om kunt lachen. Dat duurt het vijftig jaar. Of honderd jaar. Maar dan verandert er echt iets. Over honderd jaar is dit een ander land.’


Oftewel de arrogantie van Europa, zeker van de koloniserende landen. Ook Marokko moest er aan geloven.
Een boek dat maar over een heel kort stukje uit de geschiedenis van Marokko gaat, maar dan op een manier die je hongerig maakt naar meer. Het beslaat de jaren 1909 tot 1912, met een kleine uitloopje in de 1916, als tijdens de Eerste Wereldoorlog de twee hoofdpersonen elkaar nog eens treffen. Dat zijn Franse officieren: Le Moine en Pisani. Samen hebben zij gediend in Marokko, ten tijde van de eerste pogingen van de Fransen om Marokko tot vazalstaat te maken. Marokko was vanwege de kolonisatiedriften van Europese landen al eerder al eerder in contact gekomen met Spanje. Engeland en Duitsland toonden ook interesse, maar in 1911 bleef alleen Frankrijk over.
Over een korte periode ten tijde van deze kolonisering gaat het verhaal. Richard Osinga heeft zijn verhaal gebaseerd op feitelijkheden, zoals we achterin het boek kunnen lezen. Het is overigens heel handig om met dat nawoord te beginnen. Mensen in West-Europa zijn doorgaans onbekend met het leven in Marokko, zeker in die tijd. Het is prettig om alvast te weten hoe de structuur was: de diverse stammen, het sultanaat, en de ontvangst van de Franse soldaten.

Pisani is, net als vele andere personages een gefictionaliseerd personage, dat wil zeggen dat ze gebaseerd zijn op mensen die werkelijk betrokken waren bij deze geschiedenis, le Moines verhaal daarentegen is volledig fictief. Tegen de achtergrond van de werkelijke gebeurtenissen waarvoor Osinga zich verdiept heeft in de Marokkaanse geschiedenis, schetst hij het avontuur van een Frans officier, die in de ban geraakt van een jong meisje. Als hij een heiligdom vernietigt met zijn kanon, zien de Marokkanen dat als een soort tovenarij: anders had de godheid het immers niet laten gebeuren?

Dan wordt hem een jong meisje in de armen geduwd dat hij moet zegenen. Hij doet dat tenslotte maar op een eigen manier, en denkt er van af te zijn. Maar het beeld van het meisje zet zich in zijn hoofd, als een vervanging voor zijn jongere zusje, een zwakzinnig kind, dat het hard te verduren heeft thuis, maar alles lijdzaam verdraagt. Colette heeft hij niet kunnen helpen, misschien kan hij wel iets doen aan de omstandigheden van dit kind, Ibtisam. Hij offert er zijn verlof aan op. Op deze manier kan Osinga ons een kant van onbekende Marokko laten zien. Hij begint zijn hoofdstukken met een stukje geschiedschrijving, en achterin vinden we ook een woordenlijst, en een wie-is-wie. Handig!

Zoals ik al zei: na het leven van dit meeslepende geromantiseerde verhaal ben je nieuwsgierig naar meer. Hoe verging het Marokko na deze episode? Hoe zat het met al die stammen? Dat alleen al is voldoende kracht in een boek, maar het is ook nog meeslepend geschreven, ook de beschrijvingen en de uitleg worden nergens droog en taai.

Hij draaide met zijn ogen. ‘Ik ben de klootzak? Allah vervloeke de religie van je moeder! Ik woon in mijn land, in mijn stad, en ik ben de klootzak?’
Vertel me waar ze is!’ riep ik.
'Ik heb haar verkocht. Ze weet nu wie ze is. Jij komt hier uit je Roumiland ( opm: Roumi is christen), en je neemt meisjes mee. Van hier naar daar, en die meisjes groeien op zonder dat ze weten wie ze zijn. Bij wie ze horen. Bij welke familie, welke religie. Ze worden schaamteloos. Jij komt uit jouw hondenland en je denkt dat jij alles kan doen zoals in jouw hondenland. Maar dit is mijn land, mijn stad, en hier gaat het even zoals het al eeuwen gaat. ‘


ISBN 9789046811924 | Paperback | 249 pagina's | Nieuw Amsterdam | november 2011

© Marjo, 12 december 2011


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Bor in Afrika Bor in Afrika


Bor, een jonge diplomaat solliciteert naar de post van tweede man in Boujouboujou. Zijn vriendin heeft zojuist de relatie verbroken, hij wil zo ver mogelijk weg.
In Boujouboujou komt hij aan op het vliegveld, en meteen worden hem zijn tassen uit de handen gerukt. Verdwaasd blijft hij om zich heen kijken naar het gekrioel, en hij ziet zijn spullen verdwijnen. Deze houding blijkt typerend: hij is geen daadkrachtig man, laat het leven maar een beetje over zich heenkomen.
Hij wacht op de auto van de ambassade, maar als een man beweert de chauffeur daarvan te zijn, hetgeen duidelijk niet waar is, stapt hij toch in diens auto. Ineens verschijnt alle bagage weer, en behalve een chauffeur blijkt hij ook een tuinman en een zwembadjongen gehuurd te hebben.

Bor maakt kennis met de ambassadeur, die hem vertelt: "niets doet het, alles wat het doet gaat kapot, en alles wat gerepareerd wordt doet het nog steeds niet, of althans niet op de manier die oorspronkelijk de bedoeling was. En de Afrikaan glimlacht: c'est l'Afrique" De ambassadeur heeft de moed (als hij die ooit gehad heeft) verloren. Hij laat Bor het werk doen, maar waarschuwt hem meteen om maar niet te proberen het land of zelfs de stad te bekijken, het heeft geen zin. Bor houdt zich lang aan dit advies, maar maakt wel kennis met een inheemse tovenaar, een inheemse muzikant en een inheemse schone..
Als de ambassadeur bericht ontvangt dat er in het NRC een bericht staat over een overstroming in de Delta, roept hij Bor op het matje: waarom weten wij dit niet? Bor gaat op onderzoek uit, maar niemand weet iets van een overstroming. Hij belt een inheemse journalist en de volgende dag staat er een bericht in de krant. De president van Boujouboujou vraagt wat Holland doet bij een overstroming. "Het leger inzetten? ok.." en in de Delta duikt het leger op. Ook Bor gaat naar het rampgebied, maar wordt er niets wijzer.
Als de ambassadeur van Tsjechië ook nog wapens verkoopt, lijkt de voorspelling van Van Beugel uit te komen, oproer in de Delta. Maar wat is er nu eigenlijk precies aan de hand?

Het is een grappig verhaal met serieuze ondertoon. Osinga heeft het boek gebaseerd op eigen ervaringen en die van ex-collega's, en al is het fictie, het verbaast mij niets dat Osinga zelf, ooit zelf werkzaam in de diplomatie, dat nu niet meer is.


ISBN 902147770X | Paperback | 239 pagina's | Querido | september 2003

© Marjo, april 2005


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Bor in Afrika


Achterflap:
Wanneer zijn vriendin hem totaal onverwacht laat zitten besluit de jonge diplomaat Bor de eerste de beste buitenlandse post te nemen die op zijn bureau komt. Slecht voorbereid komt hij aan in het kleine Boujouboujou in Afrika, waar hij Nederland op de hoogte moet houden van de ontwikkelingen.

Bor woont en werkt geïsoleerd op het rijkeluiseiland vlakbij de hoofdstad Boujouville. Zijn leven bestaat voor een groot deel uit feestjes en borrels met andere diplomaten, spelen met de vrienden van de Tsjechische ambassadeur en uitleggen aan iedereen waarom hij de enige diplomaat zonder zwembad is. Tussen de bedrijven door probeert Bor een nieuwe relatie op te bouwen met de donkere Funke, die de onhebbelijke gewoonte heeft te verdwijnen.

Als blijkt dat de Nederlandse media eerder op de hoogte, zijn van een overstroming in een uithoek van het land dan de ambassade, vraagt Bor zich helemaal af wat hij er nog doet. Tegen de instructies van de ambassadeur in gaat Bor toch op reis naar de Delta. Maar wat hij ook ontdekt, het is niet wat hij had verwacht. Boujouboujou geeft zich maar moeilijk prijs.

Met veel flair en gevoel voor humor weet Richard Osinga de Buitenlandse Dienst neer te zetten. Maar Osinga weet aan zijn luchtige stijl overtuigend een serieuze ondertoon te geven.

Mijn mening:

Een tijd geleden had ik de recensie van dit boek gelezen en toen leek het me al een leuk boek, en dat is het ook, een vermakelijk boek.
Bor is een luchthartig figuur, maakt zich over weinig dingen druk, laat alles over zich komen en neemt de dingen zoals ze zijn. Al bij aankomst in Afrika neemt hij bijvoorbeeld voordat hij zijn toekomstige huis gezien heeft een zwembadschoonmaker aan, een kok en een chauffer (allemaal kennissen van elkaar) Als blijkt dat er geen zwembad is dan wordt diegene toch gewoon tuinman. Lekker nuchter dus.
Bor begint heel optimistisch aan zijn baan, wil avonturen beleven maar de ambassadeur wil het liefst zijn rustige leventje houden. Zo gauw Bor een voorstel doet om en gebied te bezoeken wijst de ambassadeur dat wel met een of andere smoes af. Bor probeert op alle mogelijke manieren toch voor elkaar te krijgen dat hij weg mag, maar zo vindingrijk als Bor is in het vinden van aanleidingen om weg te kunnen, zo vindingrijk is de ambassadeur in het afwijzen. Erg grappig!
Om Den Haag tevreden te stellen schrijft Bor codes (soort memo's) en neemt steeds in deze code's op dat er spanningen zijn in Boujouboudou. Hij weet niet welke, vraagt overal in het rond, niemand weet iets, maar moet dit toch steeds vermelden.
Ook blijkt er ergens een overstroming te zijn (meldt Den Haag) maar in het land zelf weten ze nergens van, maar ja toch maar een code schrijven waar dan feitelijk ook niets in staat. Ze krijgen eerder vanuit Den Haag en via CNN te horen wat er in Boujouboujou aan de hand is dan omgekeerd.

Het is erg vermakelijk om te lezen hoe hij zijn dagen eigenlijk met niets vult. Bijv. Bor zoekt maar eens uit hoeveel Nederlanders eigenlijk in Boujouboujou wonen, dat blijken er 10!
Uiteindelijk breekt er toch een revolutie uit maar dan nog merken Bor en de ambassadeur er weing van. De ambassadeur vertrekt echter wel onmiddellijk naar Nederland en laat de boel gauw over aan Bor, maar Bor wacht met spanning het verdere verloop af, wat minder vrolijk is dan Bor voorzien had.


ISBN 902147770X | Paperback | 239 pagina's | Querido | september 2003

© Dettie, april 2005


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Wembley Wembley


Wembley is een Afrikaanse jongeman die er altijd al van gedroomd heeft om met een Europese voetbalploeg te kunnen spelen.
In het Afrikaanse dorp waar hij woonde wordt hij de hemel ingeprezen, hij moet wel een gouden toekomst tegemoet gaan. Hij is nauwelijks naar school gegaan, meer dan talent voor voetbal heeft hij niet. Zijn schoonvader zorgt ervoor (niet zonder bijbedoelingen, maar dat ontdekt hij later pas) dat hij de kans krijgt om te vertrekken. Wembley verlaat zijn dorp, zijn land, en komt na omzwervingen terecht in Nederland.
Hij weet Amsterdam te bereiken, de stad van Ajax, en bij zijn omzwervingen komt hij een medelander tegen: Leolo. Deze helpt hem aan onderdak, en aan de nodige papieren. Ook zorgt hij ervoor dat een voetbalclub hem aanneemt. Maar het is niet Ajax, het is een amateurclub. En Wembley wordt na verloop van tijd ongeduldig. Wanneer mag hij nu naar Ajax? Wanneer ziet hij centen voor de doelpunten die hij maakt? Leolo zorgt dat hij een baan krijgt, als beenhouwer. Hij moet varkensbuiken uitbenen, hard werk, en nu heeft hij tenminste geld om iets te kunnen kopen.

Maar op het gebied van zijn carrière wordt hij aan het lijntje gehouden. Leolo is steeds minder goed te bereiken.
Op zijn werk ontmoet Wembley nog een medelander. Hij raakt bevriend met hem, maar luistert niet naar zijn waarschuwingen dat Leolo alleen maar misbruik maakt van hem. Dat hij al lang te oud is voor een voetbalcarrière gelooft hij niet. En als hij ontdekt dat deze nieuwe vriend homoseksueel is, laat hij hem meteen links liggen. In Afrika werden homoseksuelen als niet-bestaand beschouwd.
Maar dan krijgt hij een bericht dat zijn leven helemaal zal veranderen.

Dit is een heerlijk boek. Osinga weet je te raken, hij heeft zich volledig verplaatst in de ziel van een asielzoeker en neemt zo ook de Nederlandse samenleving op de hak. Het verhaal over de kipmaaltijd, hilarisch, maar ook confronterend. Wat leven wij hier in Nederland toch eigenlijk in een rare wereld.. .en wij vinden alles heel gewoon.

"geen schaamte. Alles is te zien, vanaf de eerste uren van de dag, als alle kleuren grijs zijn, tot de avond, wanneer achter elk raam het licht van de televisie danst. Niets blijft verborgen. Alles, alles, alles. Geen geheimen- geen tradities, zegt Aboubakari."


"Metalen gebouwen in een lege straat, geen mens of dier te zien, deze wijk is behekst. Alles is levenloos, alles is gesloten. Je kunt nergens naar binnen kijken, nergens ramen. War er de huizen gebeurt mag iedereen zien, maar wat er in de fabrieken plaatsvindt is geheim. Hier wordt de rijkdom gemaakt en het geheim van zijn geld houdt ieder voor zich. Niets krijg je te zien."


“Dromen zijn gevangenissen,” zegt hij, “Ze sluiten je op, ontnemen je het zicht op wat werkelijk belangrijk is. Als je klaar bent met dromen dan kun je beginnen met leven. Je wordt wakker, je staat op, eet en gaat naar je werk. Dat is je leven.”


ISBN 9021476509 | Paperback | 195 pagina's | Querido | 2006

© Marjo, december 2006


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Klare taal Klare taal


Jacob is net een afgestudeerde econometrist. Hij was eigenlijk meer geïnteresseerd in de Arabische taal, maar wat moet je met zo'n studie, dus hij neemt dat als bijvak. Hij solliciteert op een baan bij de universiteit van Leiden, waar een onderzoeker gevraagd wordt. Hij denkt dat zijn exacte studie nuttig kan zijn om een taalanalyse te maken van de Koran.Hij krijgt de baan, en in dezelfde tijd ontmoet hij de Marokkaanse Asma. Het feit dat zij Marokkaans is, boeit hem zeer, maar ze blijkt uit een modern en geïntegreerd gezin te komen. Eén keer vrijen en zij is al zwanger. Zij wil een abortus, Jacob niet. Het is zijn plicht om te trouwen, vindt hij, zoals het dan ook niet meer dan juist is om zich te bekeren tot de islam.

Op een congres ontmoet hij een Duitse onderzoeker, samen schrijven ze een artikel in een New Yorkse krant over een andere, modernere interpretatie van de Koran. Naar aanleiding daarvan wordt hij steeds vaker gevraagd voor interviews en lezingen, des te meer als hij zijn bekering bekend maakt: het is de tijd na 11 september 2001. Een moderne moslim met een moderne kijk op de Koran is een welkome gast.

Door zijn populariteit is hij steeds vaker van huis, waar Asma met dochterLaila zit. Zij voelt zich veronachtzaamd, in de steek gelaten. Op een dag is ze verdwenen, terug naar haar ouders.
Jacob denkt haar terug te kunnen winnen door op de televisie te bekennen dat hij alleen maar tot de islam overgegaan is om met haar te trouwen. Maar dat heeft een onverwachte uitwerking.

Klare taal, dat is de Arabische taal die in de Koran gebruikt wordt. Klare taal is waar Jacob niet goed in is..Hij is een besluiteloos persoon, laat zich drijven door de gebeurtenissen, waardoor alles mis loopt. De enige bewuste beslissing die hij neemt werkt totaal anders uit dan hij bedoeld heeft.
Ik vind het een oppervlakkig verhaal. Op het moment dat hij valt voor de Marokkaanse verwacht je een culturele botsing, maar daar is geen sprake van. De problemen die dit echtpaar hebben kunnen in iedere relatie plaatsvinden. Het verhaal kabbelt gezapig door, ook de schokkende gebeurtenissen uit de recente geschiedenis (11 september, de moord op Pim Fortuyn) worden niet meer dan aangestipt, en hebben niet echt invloed op de hoofdpersonen. De onverwachte wending op het eind vind ik ongeloofwaardig...  Niet echt overtuigend, dit boek.


ISBN 9789021476469 | Paperback | 255 pagina's | Querido | december 2004

© Marjo, april 2005


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Klare taal


Dit was geen boek waar andere mensen mij op wezen of waarvan ik zelf het idee had dat ik het moest lezen. Maar ik kreeg het, en dan lees ik het ook. Achteraf kan ik zeggen dat ik vooral aangenaam verrast was door "Klare taal". In de pers is al een paar keer over de schrijfstijl van Osinga geschreven: korte, heldere zinnen. Je weet precies waar je aan toe bent, taal zonder veel franje. Als A.F.Th. van der Heijden het ene kant van het spectrum is, is Osinga het andere. Ik hou overigens erg van A.F.Th., zijn barokke stijl, zijn wijdlopigheid. Maar Osinga is ook zeer te pruimen. Klare taal dus, in dat boek van Osinga. Maar dat leest wél lekker: je ziet zonder veel moeite in het verhaal en het blijft boeien tot het eind.

Want dat is natuurlijk waar het om gaat: het verhaal. Nederlandse jongen maakt Marokkaans meisje zwanger, trouwt met haar en komt intussen terecht in het Nederlandse debat over integratie en de verlichte Islam tegen de achtergrond van 9/11 en de moord op Van Gogh. Hij is namelijk geïnteresseerd in oud-Arabische poëzie en gaat als onderzoeker werken aan de Leidse Universiteit met als doel de herkomst van woorden in die poëzie te onderzoeken. Hij pakt de Koran als vergelijk, en dat leidt tot ellende. Een aantal studenten verwijt hem dat hij die teksten niet zo mag gebruiken (het is immers openbaring). Maar anderen zien in hem een verlichte wetenschapper die kritisch durft te kijken naar de Koran. Alleen, het ging hem niet om de Koran maar om de poëzie. Door al het maatschappelijke gedoe raakt zijn relatie echter in het slop.

Wat opvallend is, is de manier waarop Osinga de integratiethema’s behandelt: zonder zwaar op de hand te zijn en zonder al te veel te vervallen in ofwel politiek correcte beschrijvingen of juist heel erg negatief te worden. Geen Balkenende en geen Hirsi Ali of Van Gogh, dus. Hij beschrijft gewoon een huwelijk tussen twee mensen, toevallig uit andere culturen, met alle problemen die daarbij horen. Die problemen ontstaan vooral door de keuzes die worden gemaakt of niet gemaakt.

Vooral de dilemma’s van Jacob zijn herkenbaar: het gebrek aan invoelingsvermogen, de passiviteit die dat opleveert, het zoeken naar evenwicht tussen werk en thuis zijn zeer herkenbaar. Zijn vrienden die zijn huwelijk niet begrijpen - hijzelf eigenlijk ook niet - en de werelden waartussen hij heen en weer geslingerd wordt. Hoe hij de meest cruciale dingen in zijn relatie - een echo van zijn ongeboren kind - vergeet, maar louter trivialiteiten (voetbaluitslagen uit de Gouden Gids Divisie) vakkundig onthoudt… Hoe hij vooral op zoek is naar een makkelijke relatie en zich afvraagt waarom hij er zo hard aan moet werken. Het kan niet anders of Jacob moet voor veel mannen heel herkenbaar zijn. Daartussendoor speelt dus het maatschappelijk debat, wat Osinga nu en dan aanroert, maar zonder stellig positie te kiezen.

Maar ook het opportunisme van Jacob’s vrienden is herkenbaar. Op het snijvlak van een studentenleven en een maatschappelijke carrière, krijgen ze maar moeizaam vat op hun leven. De één een politieke opportunist, die kamerlid wil worden voor het geld en zich daarom het minderhedendebat toeëigend omdat dat nu eenmaal scoort. De ander die gaat werken bij een actualiteitenrubriek van een commerciële zender en de oppervlakkigheid daarvan ontdekt.

Het klinkt allemaal heftig, maar zo wordt het niet beschreven. Het blijft allemaal redelijk oppervlakkig, zonder te vervelen of saai te zijn. Osinga schrijft nu eenmaal geen zware psychologische roman en hij werkt thema's niet uit tot de bodem.

Wat mij tot slot aansprak was de herkenbaarheid van de locaties: Leiden, de Witte Singel en de Universiteitsgebouwen daar, Amsterdam, het centrum, West, de VU: I’ve been there. Waar Jacob doorheen fietst of loopt, liggen ook mijn voetstappen. De treinen die hij pakt, heb ik ingezeten. De Burger King op Schiphol die een paar keer een rol speelt in het verhaal, daar forens ik wekelijks langs.
Kortom, een leuk boek.


ISBN 9021476460 | Paperback | 255 pagina's | Querido | december 2004

© sneuper, april 2005


Lees de reacties op het forum en/of reageer: