Rashid Novaire

Toon alleen recensies op Leestafel van Rashid Novaire in de categorie:
Rashid Novaire op internet:

  Categorie: Recensies Volwassenen

Zeg maar dat we niet thuis zijn Zeg maar dat we niet thuis zijn


Na zeven jaar wil Milan den Hartog, bijna dertig, alleenstaand, wel eens wat anders dan mensen begeleiden bij de begrafenisondernemer. Milan wil mensen helpen, hij is meelevend en gedienstig, blijft altijd rustig. Zijn werkgever ziet hem niet graag gaan, en vraagt hem om nog een laatste week. De week begint met een ontmoeting in de trein.

‘Toen ik aanbood om haar alsnog te helpen het trapje af te dalen of te bestijgen, begon ze een warrig gesprek. Ze was onderweg naar een adres dat ze vergeten was, zei ze, maar ze wist zeker dat ze op gevoel het huis in Weert zou vinden. (-)
‘Bedankt voor je hartelijkheid. Nee, corrigeerde ze zichzelf, je menselijkheid.’
En daarna geheimzinnig: ‘Onthoud maar. Alles gebeurt in drie dimensies.’


De woorden van een onbekende vrouw aan wie hij zijn hulp aanbiedt blijven in zijn hoofd rondspoken. Drie dimensies? Welke dan? Ook zou hij graag iemand hebben die op de tast zijn huis zou kunnen vinden.

Zijn eerste zaak betreft een repatriëring. In Diemen-Zuid overlijdt een Koerd, Mohammed Jahangir.  Vanuit zijn doodskist schrijft hij e-mails aan Milan, ‘de Nederlander die hem gaat helpen’, die Milan echter niet bereiken. Ze blijven steken in de spambox. De man is een vluchteling. Hij wil begraven worden in zijn geboortestreek, in het noorden van Iran. Milan heeft vaker zulke zaken bij de hand gehad, maar de papieren kloppen niet. Jahangir heeft ‘een wit leugentje’ gebruikt bij zijn aanmelding in Nederland.
Een ander sterfgeval betreft een jonge man van Molukse afkomst, waarbij de moeder Milan een tas in handen duwt met de woorden: ‘wat er in zit is behoort mij niet toe. U mag er mee doen wat u wilt’.  Maar er zit geld in, 30.000 euro. Hij neemt het aan, maar wat moet hij er mee?
En dan is er nog de warrige zaak van de verdwenen oma. Mevrouw Al-Khattabi is gerepatriëerd naar Marokko, maar haar kleinzoons willen haar terug in Nederland hebben.
Terwijl hij druk doende is deze drie zaken tot een goed einde te brengen, denkt hij na over zijn privé-leven. Is er iemand die op de tast zijn huis kan vinden?

Het verhaal is, omgeven als het is door magie, ietwat bizar. De zaken van drie allochtone mensen verlopen niet volgens de regels. En de arme Milan, zelf half allochtoon, doet zijn best iedereen iedereen te helpen. Maar mensen hebben een eigen, soms ludieke, oplossing voor hun problemen.
‘Zeg maar dat we niet thuis zijn’. Is het een aanklacht? Is de Nederlander niet thuis als vreemdelingen om hulp vragen? Is die vraag buitensporig, moeten de regeltjes misschien niet altijd zo strikt opgevolgd worden?

Het is een prachtig veelomvattende roman. Het zet je aan het denken. Zijn wij te strikt en te star?  Maar, wat als je je niet aan de regels houdt?
Gelukkig geeft de heer Jahangir aan dat hij blij was veertien jaar in Nederland te hebben gewoond...

‘Ik ben overleden op u, Nederland, maar ik ken u niet zo goed. Nederland is natuurlijk wel een leuk land met veel culturen. Er zijn allerlei soorten inwoners. Er is ook nog de cultuur van de Hollandmensen zelf. Die zitten in cafés die er een beetje donker uitzien van binnen. Ik ben er niet geweest. Ik heb nooit zo goed gelet op Nederlandse mensen.
Sorry. ‘


ISBN 9789041425799 | Paperback | 176 pagina's | Ambo|Anthos Uitgevers | augustus 2015

© Marjo, 10 augustus 2015


Lees de reacties op het forum en/of reageer: