Patricia McCormick

Toon alleen recensies op Leestafel van Patricia McCormick in de categorie:
Patricia McCormick op internet:

  Categorie: Recensies Volwassenen

Een zwarte pyjama Een zwarte pyjama


Arn Chorn-Pond is een ondernemend jochie in een Cambodjaanse stad. Hij probeert ijs te verkopen ‘niemand wil mijn ijs hebben omdat ik er uit zie als een zwerver’. Met gestolen bloemen of met gokspelletjes lukt het hem ook om aan geld te komen. Het gezin is arm; de vader heeft een ongeluk gehad en kan niet meer werken. Arn scharrelt en heeft plezier.
Er is wel een oorlog gaande, maar die is ver weg. In 1975 is de Vietnamoorlog die ook gestreden werd over de Cambodjaanse grens ten einde. Het is feest in de stad, een parade.

‘Ik weet niet wie ze zijn, die soldaten met hun geweren in die trucks, maar dat kan me niet schelen. De oorlog is afgelopen.’


Arn zal er snel genoeg achter komen wie de soldaten zijn, waar ze voor staan, en wat het voor hem, het gezin en alle mensen die geen soldaat zijn, betekent. Hij overleeft de tijd dat Pol Pot zijn schrikbewind had, en kon het navertellen. Het is een gruwelijk verhaal.

De ‘Killing Fields’? Pol Pot? De Rode Khmer? Wat weten we er nog van? Het is al zo’n veertig jaar geleden, het was ver weg, en er gebeurt zo veel. Men vergeet.
Maar het is niet voorbij. Het gebeurt nog steeds. Niet in Cambodja, maar het gebeurt.

Tussen 1975 en 1979 overheerste de Rode Khmer, onder leiding van Pol Pot. Hij was communist, en werd op de achtergrond gesteund door Mao. Wat heeft deze man, die opgeleid werd in een klooster en enkele jaren in Parijs studeerde, bezield?
Als communist kwam hij in opstand tegen prins Sihanouk, en in de bergen richtte hij zijn beweging op. Veel soldaten van de Rode Khmer waren bergbewoners, eenvoudige lieden. Pol Pot bedacht dat iedere Cambodjaan, ook de stedelingen, boer moest worden. De ware communist heeft immers geen bezittingen en werkt. Stads- en dorpsbewoners waren niet veilig meer. Hele groepen mensen meegevoerd, hun huizen vernietigd, hun bezittingen afgenomen.
Ze werden gedwongen om op rijstvelden te werken. Agrarisch socialisme heet dat. Ze leefden onder zeer slechte omstandigheden in een kamp, in bedwang gehouden door soldaten van de Rode Khmer. Alleen rijst om te eten en vaak dat ook niet. Slechte hygiëne en geen medische voorzieningen, één blik die verkeerd opgevat werd kon je dood betekenen.
En allemaal droegen zij dezelfde kledij: een zwarte pyjama.
Intellectuelen – en dat was je al als je een bril droeg – werden zonder pardon vermoord. Iemand die een bleke huid had? Die had niet gewerkt, en werd meegenomen. Zoals de jongen Arn heel koel zegt ‘die zagen we nooit meer terug’...

Bijna twee miljoen mensen kwamen om tussen 1975 en 1979.

Geschreven in een vlotte stijl lees je het verhaal als een avonturenroman, maar het is echt. Gruwelijk, aangrijpend. Het verbijstert je, je kunt er met je verstand niet bij dat dit kan gebeuren. Maar ik zei het al: we weten dat het nog steeds gebeurt.

Arn Chorn-Pond wijdt zijn leven nu aan het helpen van jonge oorlogsslachtoffers, met de door hem opgerichte organisaties Children of War en Cambodian Living Arts. Voor zijn werk heeft Arn o.a. de Amnesty International Human Rights Award en de Spirit of Anne Frank Outstanding Citizen Award ontvangen.

Patricia McCormick is een Amerikaanse journaliste. Haar boeken zijn journalistiek van aard, ze schreef eerder ’Ik ben Malala’ over de vijftienjarige Malala Yousafzai die in 2012 van zeer dichtbij in het gezicht geschoten werd door een talibanstrijder.


ISBN 9789044344462 | Paperback | 192 pagina's | The House of Books | augustus 2014
Vertaald uit het Engels door Jan Smit

© Marjo, 19 augustus 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Misschien morgen Misschien morgen


Elk jaar worden er bijna twaalfduizend Nepalese meisjes willens en wetens of uit onwetendheid door hun familie verkocht om een leven van seksuele slavernij te leiden in de bordelen van India. Naar schatting worden er wereldwijd jaarlijks bijna een half miljoen kinderen voor kinderprostitutie verhandeld.
Patricia Mccormick volgde als research voor dit boek de weg die veel Nepalese meisjes hebben afgelegd; van de afgelegen dorpen van Nepal naar de hoerenbuurten van Calcutta. Ze sprak hulpverleners die hen proberen uit de bordelen te redden en ze sprak met deze meisjes zelf.
Naar aanleiding van al deze verhalen schreef ze het fictieve, maar dus op ervaringen gebaseerde verhaal over Lakshimi.

Lakshimi is dertien als ze door haar stiefvader wordt verkocht. Ze heeft geen idee wat er staat te gebeuren. Ze verkeert in de illusie dat ze in de grote stad gaat werken als dienstmeisje voor een rijke dame zodat ze met het geld dat ze verdient haar moeder thuis kan ondersteunen en er eindelijk een golfplatendak op hun huis kan komen.
Ze wordt meegegeven aan een “Oom”, die haar per trein naar Inida vervoert, waar natuurlijk helemaal geen baan op haar wacht, maar waar ze rechtstreeks in een bordeel belandt. De eerste weken wordt ze daar mishandeld en uitgehongerd, om haar geest te breken en de angst voor wat er gebeurt als ze ook maar aan ontsnappen denkt goed aan te wakkeren. Daarna komen de mannen.
Nog steeds verkeerd Lakshimi in de veronderstelling dat een deel van het geld wat ze verdient bij haar moeder terecht zal komen, en dat alle verkrachtingen en ellende tenminste nog iets goeds opleveren. Als ze er achter komt dat ook dat niet het geval is, en dat ze het afbetalen van haar schulden zodat ze “vrij” zal zijn wel nooit kan bereiken knapt er iets in haar. Inmiddels heeft ze vernomen dat er Amerikanen zijn die een” fatsoenlijk “ huis hebben. Maar durft ze die te vertrouwen?

Het boek is weliswaar fictie maar geeft op een toegankelijke manier een goed beeld van hoe die wereld in elkaar zit. Naïeve en wereldvreemde meisjes uit achtergebleven bergdorpen worden uit wanhoop of onwetendheid verkocht en komen onder onmenselijke omstandigheden terecht in een wereld waar ze eigenlijk nooit meer uit kunnen komen. Ik heb wel eens documentaires gezien en de omstandigheden zijn in de werkelijkheid zo mogelijk vaak nóg gruwelijker dan hier beschreven. Bij ontsnapping of ziekte is teruggaan naar je familie of dorp door de schande van prostitutie geen optie zodat ook bij ontsnapping hun situatie uitzichtloos is. Een deel van deze meisjes komt op straat terecht een deel pleegt zelfmoord.

Ik denk niet dat er iemand is die een boek als dit voor zijn plezier leest. Ik heb me alleen maar verschrikkelijk kwáád gemaakt...  Dat dít soort dingen willens en wetens nog steeds gebeuren, dat er hele industrieën omheen gebouwd zijn en dat er nauwelijks iets tegen ondernomen wordt, het maakt me laaiend. En dat is vermoedelijk precies de bedoeling van dit boek.
Kinderen zijn kinderen, daar moet je áfblijven, die moeten in relatieve rust kind kunnen zijn en educatie kunnen krijgen, en niet als hoer misbruikt worden.


Een deel van de opbrengst van dit boek gaat naar de stichting “Stop kindermisbruik”. Een stichting die meisjes uit bordelen probeert te bevrijden, ze in veilige huizen onderbrengt en educatie geeft.
Meer dan tien miljoen kinderen werken wereldwijd in de prostitutie. Tien miljoen! Daar moet iets tegen gedaan worden.
Dus lees of koop dit boek. Niet omdat dán het probleem ineens opgelost is maar omdat ik denk dat alleen een nóg grotere wereldwijde morele verontwaardiging een keer in dit soort zaken kan brengen. En daar is een bewustzijn voor nodig dat dit soort dingen gebeuren. Ik denk dat het daarom belangrijk is dat boeken als dit, die hun weg naar een groot publiek kunnen vinden, verschijnen. Zelfs als ze niet leuk zijn om te lezen.


ISBN 9789049951641 | Paperback | 240 pagina's | Uitgeverij Mistral | oktober 2010
Vertaald door Jenny de Jonge

© Willeke, 16 november 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer: