Louisa Young

Toon alleen recensies op Leestafel van Louisa Young in de categorie:
Louisa Young op internet:
 

Mijn liefste ik wil je vertellen Mijn liefste ik wil je vertellen


De verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog zijn intussen wel bekend. Zelfs in Nederland, dat neutraal was in de jaren 1914-1918, zijn er in dit honderdste jaar na het begin van de strijd, herdenkingen en speciale tentoonstellingen gepland.

Om je kennis uit te breiden, is er ook een andere prettige manier (voor zover dat mogelijk is): je kan deze roman lezen van de Engelse schrijfster Louisa Young, waarin ze heel veel aspecten van de oorlog aan de orde brengt. Achter in het boek laat ze ons weten dat ze onderzoek gepleegd heeft en een aantal feiten uit de werkelijkheid in haar verhaal verwerkt heeft. Sommige personages zijn niet verzonnen. Met name het Queen’s Hospital in Sidcup (Kent), waar de chirurg majoor Gillies wonderen verrichtte, krijgt veel aandacht. Ook is duidelijk dat ze foto’s gezien heeft; ze noemt  in het verhaal het gehalveerde paard dat in de boom hangt, hetgeen een een bekend beeld is.

Deze feiten heeft ze verweven in een romantisch verhaal over twee mannen en twee vrouwen, wier leven met elkaar verbonden raakt op een manier die vóór het uitbreken van de oorlog onmogelijk zou zijn geweest. Want dat is dit verhaal ook, het verhaal van grote maatschappelijke veranderingen.
De mannen waren naar het front, en de vrouwen gingen aan het werk: in fabrieken bijvoorbeeld of als verpleegster. Het klassenverschil hield niet langer stand. Er was immers nauwelijks nog personeel te krijgen, de ‘upper class‘ moest net zo goed de handen uit de mouwen steken.
En toen de mannen terugkwamen, bleef de verandering doorzetten, zoals we nu allemaal weten.

De eerste hoofdpersoon is Riley Purefoy. Deze zoon uit een arbeidersgezin, uit een minder goede buurt in Londen, leert voor 1914 een kunstenaarsgezin kennen. Hij valt voor de dochter, Nadine, maar  hoe vrijgevochten het gezin ook is, er kan natuurlijk geen sprake zijn van een verbintenis. Riley wordt met zijn neus op de feiten gedrukt: hij is niets waard in hun ogen.
Vóór vanuit de overheid de mannen opgeroepen worden, neemt hij dienst, en hij komt terecht aan de Somme, onder de hoede van officier Peter Locke. En omdat officieren net als de soldaten en masse sneuvelden, werd Riley al snel gepromoveerd.

Julia, Peters echtgenote, probeert haar beste beentje voor te zetten, maar ze blijkt niet echt geschikt voor wat voor werk dan ook. Ze heeft alleen geleerd hoe ze zich mooi moet maken voor haar man, en heeft geen benul van de verschrikkingen in de loopgraven, waar hij zich bevindt.
Peters nicht, Rose, werkzaam in het Queen’s hospital, kan daar niet omheen. Al snel krijgt ze de zorg voor oorlogsslachtoffers, waaronder zich op een gegeven moment Riley bevindt. Als Nadine - ook verpleegster, maar in een ander ziekenhuis-  dat ontdekt, wil ze hem bezoeken, maar hij laat haar wegsturen en schrijft een afscheidsbrief, met bemiddeling van Rose.
Jawel, de uitgezette romantische lijntjes komen bij elkaar, maar eigenlijk zijn ze slechts bijzaak.

Zoals gezegd geeft dit boek een goed en duidelijk beeld van wat deze oorlog betekende voor zowel de soldaten als voor het thuisfront. In dit geval Engeland, maar het geldt voor vele Europese landen.
Behalve Nederland dan.


ISBN 9789061124276 | Paperback | 383 pagina's | Karakter Uitgevers | april 2011
Vertaald uit het Engels door Vanja Walsmit

© Marjo, 22 februari 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer: