Hubert Lampo

Toon alleen recensies op Leestafel van Hubert Lampo in de categorie:
 

Hélène Defraye Hélène Defraye


Wanneer je mij de vraag zou stellen, wie de hoofdpersoon uit deze roman (geschreven tussen 1942 en 1944) van Hubert Lampo is, dan zou het eenvoudigste antwoord de titelfiguur zijn. Maar dit is te eenvoudig. Eigenlijk zijn alle figuren die in het boek voorkomen (de familie Defraye, de familie Morée, de minnaar van mevrouw Defraye en Vera, tweede echtgenote van mijneer Defraye en tegelijkertijd de minares van zijn zoon) hoofdpersonen.

Het verhaal vangt aan met een uitvoerige beschrijving van Hélène Defraye en Herman Morée. Hubert Lampo wijdt hier twee hoofdstukken aan. Pas in het derde hoofdstuk zetten de gebeurtenissen zich in gang, met de vergadering ten huize Defraye: vader kondigt aan dat hij gaat hertrouwen met Vera. Hélène keert daarop terug naar Brussel, en wordt even later opgebeld door professor Morée. Enige tijd later volgt een ontmoeting met Herman Morée, zijn zoon. Langzaam aan ontwikkelt zich een relatie, alhoewel Hélène zich de vraag stelt, of zij nu niet de professor bemint via zijn zoon. Professor Morée woont al twintig jaar gescheiden van zijn vrouw en zoon, terwijl (wat al duidelijk werd hierboven) de vrouw van mijnheer Defraye al een aantal jaren overleden is. Het hele verhaal is opgebouwd uit een aantal spanningen, allen terug te voeren op "liefde", zowel van de oudere generatie als de jongere. Hierbij worden ook een aantal oude geheimen blootgelegd aan de hand van brieven en dagboekfragmenten. 
En dan breekt de Tweede Wereldoorlog in België uit (onwillekeurig moet ik hierbij ook even denken aan “Wierook en Tranen” van Ward Ruyslinck). De vrouw van professor Morlée sterft aan een hartfalen. Terwijl het grootste deel van het verhaal zich in Brussel afspeelt, krijgen we hier, door de vlucht, een verschuiving naar de Franse kust, waar de professor om komt in een bombardement. In een laatste biecht vertrouwt hij Hélène toe dat hij verliefd is geweest op haar, en hij vraagt haar om voor zijn zoon te blijven zorgen. Hélène begraaft hem op het strand.

De verteltijd is korter dan de vertelde tijd. De verteller is alwetend. Het grootste gedeelte van het verhaal is in de derde persoon geschreven, de brieven en dagboekfragmenten in de eerste persoon.

Het verhaal wordt ingeleid door twee motto's (die ik jullie niet wil onthouden, het eerste is van Jan van Nijlen, het tweede van William Shakespeare), en eindigt met een nawoord.

Van al de wijsheid die ons de eeuwen brachten,
Kortstondig laaiend in der tijden gloed,
Blijft slechts deze ene troostende gedachte:
Laat ons, o ziel eenvoudig zijn en goed!

Like as the waves make toward the pebbled shore
So do our minutes to their end:
Each changing place with that which goes before,
In sequent toil all forward do contend.


Hubert Lampo is vooral bekend vanwege zijn stijl, het magisch-realisme. Zonder hier verder te willen op ingaan, durf ik toch te beweren, dat de eerste aanzetten hiertoe ook al in dit debuut (dat in 1947 onderscheiden werd met de prijs voor de beste roman van de provincie Antwerpen) terug te vinden zijn. Een “stream of consciousness”, in de stijl van de “Ulysses” van James Joyce zou ik dit niet willen noemen, ook al kan je misschien af en toe wel die indruk krijgen. Als ik een genre zou kleven op deze roman, dan zou ik opteren voor sociaal gerichte psychologische roman. 

De motieven, of zoals je wilt, de thema’s in dit boek zijn: menselijke relatie’s, de dood (en wat erna ?), religie, droom versus werkelijkheid, solidariteit met de zwakkeren, … Hubert Lampo is er in geslaagd, al deze onderwerpen in een vlot (alhoewel in het begin wat saai aandoende) geschreven verhaal te verwerken, en uit te diepen. Regelmatig lees je tussendoor ook een aantal filosofische beschouwingen, bijvoorbeeld over de dood, en het leven na de dood. Werkelijkheid en droom lopen soms in elkaar over. En er wordt ook al wel eens opgemerkt dat er veel moeilijke of verouderde woorden gebruikt worden (bijvoorbeeld vakjargon uit de medische wereld), maar dit heb ik niet als storend ervaren. Men hoeft echt niet voor elk woord dat men niet begrijpt, onmiddellijk naar een dikke Van Dale te grijpen. Over sommige termen kan je gerust overheen lezen.


ISBN 9789029056953 | Paperback | 167 pagina's | Uitgeverij Meulenhoff | mei 1998
1e druk 1944

© Lezer100, 10 mei 2011


Lees de reacties op het forum en/of reageer: