Fouad Laroui

Toon alleen recensies op Leestafel van Fouad Laroui in de categorie:
Fouad Laroui op internet:

 

De kleine bedrieger De kleine bedrieger


Een jaar bij de Fransen
Fouad Laroui

De tienjarige Mehdi Khatib die opgroeide in Béni-Mellal, een klein dorpje in het Atlasgebergte, mag dankzij een beurs zijn opleiding vervolgen op het prestigieuze Franse Lycée Lyautey in Casablanca. 
De zaterdag voordat het nieuwe schooljaar begint, wordt hij bij het Lycée afgeleverd door Mokhtar, een kennis van zijn ouders. Onderweg wist Mokhtar nog twee levende kalkoenen te bemachtigen, het was wel zo netjes om een geschenk voor de directeur mee te nemen vond hij. En daar staat hij dan met zijn kleine koffertje en twee klokkende kalkoenen bij de balie niet wetend wat hij nu verder moet doen.


De kalkoenen zorgen natuurlijk voor de nodige hilariteit evenals zijn pyjama.
De kleine Medhi blijkt namelijk niet het aantal vereiste kleren bij zich te hebben, gewoonweg omdat zijn ouders daar het geld niet voor hadden. Hij krijgt van de vrouw uit de linnenkamer een roze pyjama die ze nog in de kast had liggen. - Die vrouw ziet er uit als een menseneter vindt Mehdi. -
Zij staat met Morel, een oudejaars, te praten over een film, Morel, in de veronderstelling dat Mehdi luistert naar het gesprek, vraagt aan Mehdi hoe de vrouw van de bakker ook alweer heette.

"Half in paniek pijnigde Mehdi zijn hersens af. Hij had de bakker van Béni-Mellal weleens gezien. Een norse kerel in alleen een hemd n een korte broek, die zwijgend de broden waarmee de gezinnen uit de buurt kwamen aanzetten in de gloeiende ferrane schoof. Hij wist niet eens hoe die man heette (hij werd moul' ferrane genoemd, 'de eigenaar van de oven'), laat staan dat hij de naam van zijn vrouw zou kennen. Had hij trouwens wel een vrouw? De meeste mannen in Béni-Mellal hielden hun echtgenotes opgesloten in hun huis... Onder de allesdoorborende blik van Morel, die op antwoord wachtte, verzon hij een naam die hem het meest waarschijnlijk leek: 'Fatima!' riep hij."


Vanaf die dag wordt Mehdi Fatima genoemd door Morel. Een van zijn andere bijnamen wordt flamingo dankzij de 'fijne' roze pyjama. 

De intelligente Mehdi is ontstellend verlegen, hij durft nauwelijks iets te zeggen, alleen in zijn hoofd geeft hij pittige antwoorden - waardoor het verhaal vaak komisch wordt. -  Zijn grootste liefde is lezen, hij kent hele citaten uit zijn hoofd. Associeert vaak klank en woord met een hele rij andere woorden. Hij is gek op nieuwe woorden en die hoort hij nu de hele dag door.  Hij verheugt zich op de muziekles want hij kent de woorden fuga, koraalzang, sonate, melodie, leprozenratel... maar wat ze vertegenwoordigen weet hij niet, alleen dat ze al zongen als hij ze uitsprak.
Groot is zijn teleurstelling dan ook als ze allemaal een xylofoontje krijgen en daar in de maat op moeten slaan.

Net als alle leerlingen wordt Mehdi geplaagd maar het is vooral zijn onschuld en naïviteit die hem overal uit weten te redden. Alles is zo vreemd en nieuw voor hem dat hij van de ene verbazing in de andere valt. Vaak tot zijn eigen schrik flapt hij er soms zomaar wat uit. Zoals tegen Morel die het over het mokkel van Chamayrac had.
Mehdi vraagt onder het eten aan een jongen of hij dat meisje van Chamayrac al eens gezien heeft. Ja hoor, ze is heel mooi en blond vertelt de jongen. 'Ben je dan naar Chamayrac geweest?' vraagt Mehdi vervolgens. De jongen begint te lachen. Het mokkel van Chamayrac blijkt de dochter van generaal Chamayrac te zijn, een van de surveillanten van de school. Nu hij dit weet staart de taalgevoelige Mehdi verbijsterd naar Morel. Hij flapt eruit dat Morel het verkeerd zei. 'Het is niet mokkel van Chamayrac maar dochter van Chamayrac!
De lichtelijk snobistische Morel reageert natuurlijk verontwaardigd, hij de oudejaars wordt te kijk gezet door zo'n nieuwkomertje uit het dorpje in het atlasgebergte. In plat Frans roept hij:

" 'Wel godsamme... [...] krèg nou wat... Fatima wil mij m'n eigenste moerstaal gaan leren... dat komp me daar uit z'n geberregte en dat wil mij m'n eigenste moerstaal gaan leren... [...]"


'Neem niet weg dat hij gelijk heeft!' zijn de woorden van Ramon Fernandez, een schoolgenoot. Een zin die Mehdi nooit meer zal vergeten!
Ramon en Mehdi moeten nablijven. Ook dat woord kent Mehdi niet. Na wát blijven? Kun je iets of iemand na blijven? Of gingen ze hem te na komen?
Ze zouden hem toch niet aan de schandpaal zetten?

Langzamerhand gaat al het nieuwe er vanaf en begint Mehdi zijn draai te vinden. De vreemde onderwijzers die hem in hun eigen bewoordingen aanspreken verbijsteren hem soms nog steeds maar jagen hem geen angst meer aan. De surveillanten hebben allemaal hun eigen manier van doen die ondertussen bekend zijn.
Toch blijft Mehdi de stille, schuchtere jongen die voor zijn plezier klassieke literaire werken leest. Zonder boek voelt hij zich verloren. Als Morel hem 'nonchalant' een schitterend boek cadeau geeft, kan hij zijn geluk niet op. Toch blijft er altijd het onderscheid. Mehdi blijft het Marokkaantje uit het gebergte. Hij is de enige die in het weekend niet naar huis gaat en nooit bezoek krijgt van zijn ouders. Als hij later bij een vriendje de weekenden mag doorbrengen laat de moeder merken dat ze het niet prettig vindt dat Mehdi bij Frans de beste van de klas is. Dat kan toch niet... een jongen van zulke eenvoudige komaf, de beste? Ook bij het kerstspel mag Mehdi niet het engeltje zijn, hij is toch niet blond? Engeltjes zijn altijd blond. Het is niet eerlijk, Mehdi was de beste van het toneelgroepje. 
En zo leert de kleine, schriele Mehdi dat eerste jaar op het Lycée veel, in allerlei opzichten, het zal een jaar worden die hem nog lang zal bijblijven.

Prachtig, ontroerend, beklijvend, lichtvoetig, fantasierijk en soms hilarisch verhaal!

Lees hier een fragment


ISBN 9789044518856 | Hardcover | 252 pagina's | Uitgeverij De Geus | januari 2012

© Dettie, 21 maart 2013


Lees de reacties op het forum en/of reageer: