Roedel
Annemarie Bleeker

‘Ik was niet zielig. Ik was nooit zielig geweest. Als achtjarige had ik geleerd me te wapenen tegen die blik. Die blik van o, wat zielig, wat triest, wat sneu, zo jong, zo... Ik was groot, heel stoer en al helemaal niet zielig.‘

Als de 32-jarige Moon – afkorting voor Monique – door haar vriendin Zara meegesleept wordt naar Parijs, zit ze vol twijfels. Waarom is ze meegegaan? Ze zat goed daar op haar kamertje, alleen. In het donker, met alleen maar de wandelingetjes naar de badkamer of de wc. En met de dichtbundel van Marnix die ze steeds maar las en herlas. Maar Zara dringt haar kamer binnen en neemt haar mee. Moon gelooft er niets van dat het voor haar bestwil is. Zara heeft vast een eigen agenda. Maar eigenlijk interesseert haar dat niet. Ook in Parijs verdwijnt ze in herinneringen: aan de tijd met Marnix, aan haar jeugd. Tot haar achtste jaar was ze een vrolijk kind, vol levenslust, nieuwsgierig, spontaan. Maar na de dood van haar moeder had ze die eigenschappen weggestopt. Ze leek op haar oma, ook overleden.

‘Zijn gedrevenheid, zijn fantasie, zijn gekte. Ik weet dat ook ik dat in me heb, maar langgeleden heeft iemand hardhandig de deur dichtgesmeten, de deur op slot gedraaid en de sleutel mijlenver weggegooid.’

Met die herinneringen veilig weggeborgen had ze haar school doorlopen, was ze naar Amsterdam getrokken en een carrière als fotografe nagestreefd. En daar ontmoette ze Marnix. Marnix, de zon in haar leven, ( ‘Ik straal als de zon op een kindertekening’) de man die haar weer tot leven kon wekken, die de sluier over haar leven zou weghalen.
Marnix die haar wil toevoegen aan zijn roedel: want hij is getrouwd…
Zara heeft hem nooit ontmoet, maar uit Moons verhalen heeft ze wel begrepen dat het geen goede relatie is. Ze wil haar weer op de been krijgen, maar Moon zegt dat ze er niets van begrijpt. Kan hun vriendschap stand houden? Moon zwelgt in zelfmedelijden, maar wil ook wel veranderen. Ze weet alleen niet hoe.
Aanvankelijk is het verhaal een beetje warrig, omdat er niet duidelijk aangegeven wordt  in welke periode van haar leven we ons bevinden. Het heden, de tijd met Marnix en haar jeugd, lopen door elkaar.  Ook is er nog een tijd die ze in New York heeft doorgebracht.
Hoe een jonge vrouw na een aantal akelige ervaringen toch weer probeert op te krabbelen, is vaker verteld. Liefdesverdriet, niets nieuws. Maar door in het personage van Moon te duiken beleeft de lezer haar leven. Haar gevoelens, het worstelen om weer boven te komen maakt indruk. Daarom is dit een boeiend boek.

ISBN 9789046809662 | Paperback | 159 pagina's | Nieuw Amsterdam | februari 2011

© Marjo, 25 juli 2011

Lees de reacties op het forum en/of reageer: