Cunera Buijs

Toon alleen recensies op Leestafel van Cunera Buijs in de categorie:
Cunera Buijs op internet:
  Categorie: Kunst Algemeen

A Passion for the Arctic A Passion for the Arctic
The Hans van Berkel Collection


Cunera Buijs, Frédéric Laugrand, Jarich Oosten, Cornelius Remie en Karel Stevens
Onder redactie van: Cunera Buijs en uitgegeven in samenwerking met Museum Volkenkunde in Leiden



Dit Engelstalige boek is een zogeheten Collectieboek van het Museum Volkenkunde in Leiden over de verzameling Inuit en Chukchi-kunst die aan het museum werd geschonken door Hans van Berkel.

De donateur Hans van Berkel groeide op in het katholieke Stiphout en na de lagere school werd hij opgeleid in de Broedercongregatie onze Lieve Vrouw van Zeven Smarten in Wellerlooi om daarna eventueel priester en docent te worden. Dat kwam er echter niet van omdat Van Berkel de verdeeldheid in de Nederlandse katholieke gemeenschap en de hiërarchie en autoritaire houding van de katholieke kerk steeds meer ging tegenstaan. Hij ging naar de Sociale Academie, waar hij zijn toekomstige echtgenote Marijke Bogers leerde kennen. Ze trouwden in 1970 in een crypte van de Sint Pieter in Rome.

De ouders van Marijke hadden tijdens de Tweede Wereldoorlog onderduik verleend aan de Oekraïense vluchteling Leonid Molodoshadin, die samen met zijn echtgenote Margareth na de oorlog naar Canada emigreerden en waar Leonid zijn naam liet veranderen in Leo Mol en uitgroeide tot een groot beeldhouwer.

Leo Mol was als een oom voor Marijke en toen haar ouders in juli 1969 omkwamen bij een busongeluk, werden zij en Hans uitgenodigd door Leo om naar Canada te komen om zich eventueel daar te vestigen. Dat vestigen in Canada hebben Hans en Marijke uiteindelijk niet gedaan, maar Hans maakte daar wel, via  Mol, voor het eerst kennis met kunstenaars van de First Nation en Inuit bevolking van Canada. Na dit eerste bezoek is Van Berkel blijven verzamelen waardoor een indrukwekkende verzameling is ontstaan en waarvan de eerste twee voorwerpen geschenken waren van zijn 'ome Leo'.

Dit boek over zijn collectie, waarvan Hans wilde dat die volledig in eigendom zou komen van het Museum Volkenkunde in Leiden en niet zou worden opgesplitst, vertelt verhalen aan de hand van de objecten uit de verzameling van Van Berkel. De collectie omvat beelden, gebruiksvoorwerpen, houtsnedes, tekeningen, kleding, muziekinstrumenten, miniaturen/modellen van gebruiksvoorwerpen zoals een kajak, een jagersstoel en een hondenslee. Ik als lezer ben zeer blij met deze schenking, want al sinds mijn lagere schooltijd, waarin ik het oriëntalistische MSC-jeugdboek Nouk het Eskimo'tje veelvuldig heb gelezen, ben ik altijd nieuwsgierig gebleven naar de Inuit.

Zeer bijzonder in de collectie is de verzameling zogeheten Tupilak, maar ook andere mythische figuren in beeld of afbeelding zijn bijzonder en vertellen ons veel over de gebruiken en het oorspronkelijke geloof en de gebruiken bij de Inuit. Transformatie van mens naar dier en van dier naar mens is een terugkerend thema in de mythologie van de Inuit. Op bladzijde 50 zien we een beeldje van een sjamaan die transformeert in een walrus. Uitgeschreven is de mythe over Sedna, sea woman, in 1996 vastgelegd door Alexina Kublu. Haar vader, genaamd Kupaaq, en een elder uit Iglulik, vertelt haar een uitgebreide versie van dit verhaal aan de lezer.

Getroffen ben ik ook vooral door de in de verzameling voorkomende en dus in dit boek afgebeelde tekeningen. Vaak van een verbluffende eenvoud, maar zeer raak getroffen. Hier zien we ook het thema van de verzameling, het dagelijks leven, veelvuldig terug, zoals een tekening met de titel Our Daily Bread, waarop een Inuit man met een spelend kind aan zijn zijde de vis schoonmaakt die hij zojuist heeft gevangen. Op twee tekeningen wordt ook de verzamelaar zelf afgebeeld, op een rendierslee en op een sjamanistische afbeelding.

In dit collectieboek wordt ook aandacht besteed aan de veranderingen waaraan de samenlevingen in het arctisch gebied hebben blootgestaan na de inmenging door de blanken. Het verspreiden van het christendom, de westerse gezondheidszorg en het idee dat er welvaart moest worden gebracht, heeft het welzijn van deze inheemse bevolkingsgroepen niet bevorderd. Ik was verrast om te lezen dat Cunera Buijs dit op dezelfde manier verwoord, zoals ik in 2011 heb gedaan in een essay dat ik schreef tijdens mijn opleiding antropologie voor het vak Cross-cultural studies in Emotions and Mental Health aan de Universiteit van Amsterdam. De mensen voelden zich, en met name de jongeren, zoals antropoloog Victor W. Turner dat noemt, betwixt and between.

De veranderingen haalden de oorspronkelijke structuren ondersteboven, waardoor de oude en de nieuwe generatie elkaar niet meer begrepen, terwijl ze daarvoor hecht waren en op elkaar aangewezen. Familiebanden waren heel sterk en belangrijk. Zoals Cunera Buijs schrijft in het hoofdstuk met de titel Arctic Women and the Art of Living, waren de leven van mannen en vrouwen sterk met elkaar verbonden en hun rollen waren complementair. Een jager was hulpeloos zonder een capabele vrouw die zijn kleding kon maken, de kinderen opvoeden en het vlees bereiden dat hij meebracht. De jonge generatie verloor, na de komst van de blanken, hun traditionele leefwijze en daarmee de waarden daarvan, maar de nieuwe moderne samenleving bood hen ook geen kansen.

Gelukkig heeft door nieuwe inzichten en door de veerkracht van de mensen zelf, de traditionele manier van leven en de uitingen daarvan in de vorm van kunst weer het respect gekregen wat het verdiend. De epiloog in dit boek is daar ook aan gewijd. Een derde van de Nunavut bevolking is afhankelijk van of heeft profijt van de productie van kunst. De afbeeldingen van prachtige hedendaagse kunstobjecten in de epiloog van dit boek, doen mij hopen dat dit goed komt.

Dit boek is een prachtig document geworden, zowel voor Hans van Berkel als voor ons als lezer. De laatste zin in het boek verwoordt dat door de schenking van Van Berkel, de objecten uit de opmerkelijke culturen van noord Canada, Groenland en Siberië, kunnen bijdragen aan de educatie van toekomstige generaties en ze door het Museum Volkenkunde goed bewaard kunnen blijven. Ik ben ook heel blij omdat ik als lezer de objecten kan gaan bewonderen in het museum waar ik altijd graag kom. De prachtige afbeeldingen in dit boek en de interessante begeleidende tekst daarbij hebben mij zeer nieuwsgierig gemaakt.  

Zie ook het Inkijkexemplaar

Over de auteurs
Cunera Buijs (1958) is antropoloog en sinds 1990 conservator van de arctische afdeling bij het Museum Volkenkunde in Leiden. Haar huidige werkveld is een complex gebied met verschillende culturen en 150 verschillende talen: Alaska, Canada, Groenland, Lapland en Siberië. In 2004 promoveerde Buijs op kleding en identiteit in Oost-Groenland. In 1982 ging ze voor haar werk voor het eerst naar het poolgebied, waarna nog vele bezoeken zouden volgen.

Frédéric Laugrand is professor aan de Université Laval in Canada, afdeling antropologie. Hij is samen met Jarich Oosten redacteur van een groot aantal boeken over diverse collecties van het Nunavut Arctic College.

Jarich Oosten, waarvan ik op het internet lees dat hij op 15 mei 2016 is overleden, was professor emiterus van de afdeling antropologie van de universiteit van Leiden. Hij heeft samen met Frédéric Laugrand het boek The Sea Woman geschreven over Inuit shamanisme en het christendom en Hunters, Preditors and Prey over de perceptie door Inuit van dieren.

Cornelius H.W. Remie was associate professor culturele antropologie bij de Radboud Universiteit in Nijmegen en gespecialiseerd in de Inuit cultuur totdat hij in 2005 met pensioen ging.
Karel Stevens is natuurkundeleraar aan het Eckhart college in Eindhoven. Hij heeft in 1989 Canuit geopend, een kunstgalerij die gespecialiseerd is in kunst van de Inuit. Hij organiseert regelmatig tentoonstellingen.


ISBN 9789460224140 | Paperback | 144 pagina's | LM Publishers | 2016

© Ria, 30 augustus 2016


Lees de reacties op het forum en/of reageer: