Monsterologie
Het Complete Fabeldierenboek
Dugald A. Steer

In navolging van Charles Darwin trekt de bioloogwetenschapper Ernest Drake er op uit om monsters te zoeken. Op zijn schip ‘de Hydra’ vaart hij over de wereld, en hij schrijft een boek voor zijn opvolgers: studenten in de monsterologie.
Natuurlijk weet de lezer dat monsters niet bestaan. Al zou je bij het lezen van dit prachtig vormgegeven boek er hard aan gaan twijfelen! Soms geeft de schrijver zelf aan dat een waarneming niet echt geweest kan zijn:

‘Columbus schreef dat hij tijdens zijn ontdekkingsreis naar Amerika in 1492 zeemeerminnen had gezien, en dat ze niet zo aantrekkelijk waren als hij verwacht had. Misschien waren het geen meerminnen die hij zag, maar lamantijnen.’

Het boek zit vol met humor:

‘Ik heb een keer pootafdrukken gevonden van een Yeti. Maar toen ik het dier had opgespoord gaf het me met gehuil te kennen dat het met rust gelaten wilde worden.’
‘De feniks heeft wel iets weg van een adelaar, hoewel die nooit zijn nest in brand zou steken.’

Het fokken van hippogliefen is lastig, omdat de eieren er hetzelfde uitzien als die van griffioenen. Dus moet je, zegt Drake, zowel paardenvlees als haver klaar hebben liggen, want hippogriefjongen raken door vlees totaal van streek.

Het is een boek waar de liefhebber van fantasyboeken eens kan naslaan over wat voor dieren er geschreven is. Al is het soms lastig zoeken, en zijn schrijvers van die boeken ook vrij in het toekennen van eigenschappen die te pas komen in hun eigen verhaal.

Er zijn kaarten, om de habitat aan te geven; flapjes met aparte boekjes; tekeningen en zelfs foto’s! (maar als je die ziet…) De dieren zijn mooi getekend en ook de pagina’s worden versierd.

Erg leuk, maar kwetsbaar: er zitten specimens in het boek, van bijvoorbeeld haar uit de manen van een twaalfjarige eenhoorn, of huid van een zeeslang. Achterin vind je zelfs een hele doos vol specimen! En er zijn appendices voor de toekomstige monsterologen met tips: doe de ‘beestenbop’ als je carnivoren wil oproepen (danspassen getekend) en zing dan: ‘stom beest! Kom beest!’ en ze zullen niet lang op zich laten wachten, zeker niet als ze honger hebben..

Zulke dingen, daar zit het boek vol mee, en daarom is het een ontzettend leuk boek, mooi om in te neuzen, maar ook om eens lekker te lachen. Want serieus kun je dit niet nemen natuurlijk.

ISBN 9789047507475 | Hardcover | 32 pagina's | Uitgeverij Unieboek | Het Spectrum | juni 2009
Vertaald uit het Engels door P de Bakker | Leeftijd: 10+

© Marjo, 31 augustus 2012

Lees de reacties op het forum en/of reageer: