Jonathan Trigell
Jongen A
Het slachtoffer in dit boek is een meisje, dat wat ouder is dan James. Ze wordt vermoord aangetroffen onder een brug. De verdachten zijn twee jongens van een jaar of elf, twaalf. Jongen A, de oudste, is degene over wie het verhaal verteld wordt. Hij werd op school meedogenloos gepest, wat hij thuis niet durfde te vertellen. Als hij Jongen B ontmoet, die zo jong als hij is al een raddraaier is, raken ze bevriend. Na de moord belanden ze in een jeugdinrichting, en daar komt Jongen B op een verdachte manier om het leven.
Jongen A komt onder de hoede van een reclasseringsambtenaar, Terry, in wie hij een vaderfiguur gaat zien.
Een hoofdstuk is gewijd aan zijn echte vader, die zich schuldig zit te voelen in Thailand, en niet bij machte is om zijn zoon te geven wat hij nodig heeft. Het zijn clichés, maar het zat Jongen A dus niet mee, qua opvoeding en omgeving. De vraag is dan nog: hoe is zijn aard? Is hij van nature slecht, of was hij slechts een meeloper door omstandigheden?
Als hij vrijkomt zorgt Terry voor een nieuwe identiteit, Jack, en een nieuw adres in Manchester. Daar moet Jack zijn weg zien te vinden in een wereld die hem vreemd voorkomt. Hij maakt vrienden en krijgt zelfs een vriendin. Maar het valt hem steeds moeilijker om te doen alsof hij een ander is dan hij is. En ook de buitenwereld laat hem niet met rust. Het einde verrast niet, maar de lezer had het graag anders gezien.
Jonathan Trigell heeft een schrijnend verhaal geschreven. Hij laat de lezer heel lang in twijfel of Jongen A werkelijk schuld heeft, en roept vragen op omtrent schuld. Dat hij af en toe een zijweg inslaat heeft daar mee te maken. Er is dat hoofdstuk over de vader, en er zijn hoofdstukken over de reclasseringsambtenaar, en een van zijn vriendin. Hij geeft een spannende draai aan het verhaal, maar een thriller wordt het toch niet. Het is een spannende, boeiende roman.
Het is ook al verfilmd, vast ook de moeite waard!
ISBN 9789088530110 | Paperback | 278 pagina's | Uitgeverij Ailantus | november 2008
'Boy A' 2004 vertaald door Gerda Baardman en Wim Scherpenisse
© Marjo, 09 mei 2009