Jef Aerts

Toon alleen recensies op Leestafel van Jef Aerts in de categorie:
 

Vissen smelten niet Vissen smelten niet


Als hij Jarno moest geloven, dan voelden vissen geen pijn. Dan kon je ze in de lucht gooien, op tafel laten verdrogen, erin knijpen en de schubben los krabben, zonder dat ze daar ook maar de minste last van hadden. Maar Matti wist wel beter. Vissen voelden niet alleen pijn, ze wisten zelfs in het donker wie er aan de andere kant van het glas stond. Dat had vader hem ooit laten zien.


Wat de moeder van de twaalfjarige Matti een goed plan vindt, ziet de jongen zelf helemaal niet zitten: Jarno, zijn achttienjarige neef, komt bij hen in huis wonen. Dat zijn moeder het prima vindt komt doordat zij aan vader niet veel meer heeft. Papa maakt glas-in-loodramen en daar is de klad in gekomen, nauwelijks werk meer. De man ligt al meer dan een jaar depressief te wezen. Sinds hij zijn laatste glas-in-loodramen kapot geslagen heeft, brengt hij zijn dagen zwijgend door op de bank.

Jarno is door zijn vader het huis uitgegooid, omdat hij niets terecht bracht van school en zelfs zijn boeken verbrandde. Maar handig is hij wel, dus als hij die lege kamer in huis krijgt, kan hij mooi met van alles helpen.
Maar Jarno plaagt Matti vaak en heeft hem de bijnaam ‘Spits’ bezorgd. Kan Matti er wat aan doen dat hij een muizig uiterlijk heeft! 

En die lege kamer is helemaal niet leeg: daar staat de verzameling van papa: de tropische vissen. Het zijn Siamese kempvissen, die niet samen in een aquarium kunnen, ze zitten allemaal apart in bijvoorbeeld weckflessen. Jarno had meteen een oplossing: de koudste nacht van het jaar komt er aan en dan is het altijd feest in het dorp. De supermarkt, het postkantoor en de school zijn dan dicht, de mensen komen bij elkaar, en dan willen ze vast wel wedden op een gevecht tussen twee vissen. Nu zegt mama wel dat Jarno ze op tijd uit elkaar zal halen, om ze dan nog te kunnen verkopen, maar Matti vertrouwt zijn neef niet. Wat kan hij doen?
Niets eigenlijk. Als papa daar maar blijft liggen, is het over en uit. Misschien kan hij die ene vis redden, die ze Sirius genoemd hebben? Dat gaat hij proberen...

Hij heeft een plan, en heeft uitgeprobeerd hoe hij de - immers tropische - vis, moet warm houden als hij in diezelfde koudste nacht over het meer naar de stad loopt. Over het ijs duurt de reis twee uur, om het meer heen dat kan hij niet lopen, dat is 87 kilometer. Maar hij is niet alleen op het ijs...

Het is vast de bedoeling dat dit een heel spannend verhaal is, over de redding van die ene vis. Maar eigenlijk lijdt de spanning onder de ontmoeting op het ijs. Het is veel meer een verhaal over die bijzondere ontmoeting, en de gevolgen van zijn reddingsplan. Over vriendschap. Over het feit dat je anderen niet zo snel moet beoordelen.

Het is een origineel verhaal in een vlotte en duidelijke taal en zit vol humor. Prima boek.

Jef Aerts (Leuven, 26 mei 1972) is een Vlaams schrijver en dichter. Dit boek staat op de shortlist van de Boekenleeuw 2014.


ISBN 9789045115986 | Hardcover | 160 pagina's | Querido | oktober 2013
Leeftijd: 10+

© Marjo, 09 april 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Groter dan een droom Groter dan een droom


‘En het was niet zomaar verdriet. Ik had dit altijd al gevoeld. Het was een oud verdriet zonder tranen. Het hing als behangpapier in alle kamers van ons huis. Het zat verstopt in de soep van mama, in het klussen van papa of in een muts voor de kou.'

Door het hele boek heen vliegen de vogels die we bij het openslaan van dit prachtige boek meteen al zien. De kleuren, in lichtheid en donkerte variërend, zijn zacht en dromerig, waardoor de uitstraling iets romantisch heeft. Maar al kun je het verhaal dat verteld gaat worden ‘romantisch’ noemen in een algemene literaire betekenis, het is niet een mooi onbekommerd verhaaltje over een leuke droom.

Het jongetje dat we namelijk op de eerste pagina-met-tekst zien zitten aan een enorme tafel is alleen. Erg alleen. Er is wel een poes, maar die ligt te slapen op een stoel en is voor het kind niet zichtbaar. Ook het beertje dat op de grond zit niet. Hij eet marsepein.
Maar dan, hij hoort iets.
‘Geen enkel geluid fluisterde zoals dit.’
Het is iemand die hem ‘broertje’ noemt. De zus die hij niet kent! Er hangt een zwart-wit fotootje aan de muur. Ze is dood, de jongen heeft haar nooit gekend.
Maar zus wil fietsen! Hij moet klaar staan voor haar, in de nacht, en de marsepein meenemen.

‘Nu weet ik best dat je veel kan als je dood bent. Je kan gesprekken doen stilvallen en mensen doen huilen. Je naam wordt plechtig uitgesproken en alleen al door aan jou te denken, vallen mensen elkaar in de armen. Maar fietsen?’


Die nacht staat er een meisje aan zijn bed, en ze neemt hem mee, en laat hem bijzondere plekken zien die in haar leven een rol gespeeld hebben. Een kerk, het ziekenhuis, het kerkhof, een park. Het is een wonderschone droom, maar ook echt een droom: de tekeningen geven dat duidelijk aan: de kerk is als een kathedraal, het ziekenhuis oogt niet als een ziekenhuis maar als een hotel.  Samen fietsen ze de nacht door, tot de maan ‘bijna tegen de grond hing’.
Als de jongen wakker wordt is ze weg. Natuurlijk is ze weg. Maar ze heeft troost gebracht voor het oude verdriet, en als hij beneden komt, is de grote tafel niet meer leeg...

Marit Törnqvist heeft prachtige tekeningen gemaakt, en Jef Aerts heeft een ontroerend verhaaltje geschreven, hun samenwerking heeft een fantastisch mooi boek opgeleverd.
Het is een twijfelgeval: is dit een prentenboek of is het een leesboek?
De leeftijd is op zes jaar gezet, hetgeen pleit voor een leesboek. Maar ik vind de woordkeuze soms wel moeilijk voor zo'n jong kind en sowieso heeft dit boek een onderwerp waar je een kind niet zonder begeleiding mee laat zitten. Ook wordt het verhaal in de ik-vorm verteld, dat vinden de meeste jonge kinderen niet prettig.
Ik zou pleiten voor samen lezen, samen genieten van de mooie tekeningen, de mooie kleuren en het romantische aangrijpende verhaaltje. Zeker als je dit boek leest vanwege het thema.

Jef Aerts is een Vlaams schrijver en dichter. Nadat hij vier romans en een dichtbundel voor volwassenen publiceerde, begon hij in 2012 te schrijven voor kinderen en jongeren.
Zijn fantasievolle werk wordt vooral geprezen omwille van de stilistische kracht, de grote emotionele verfijning en de onderhuidse gelaagdheid.

Marit Törnqvist stond nog maar aan het begin van haar loopbaan als illustratrice toen haar gevraagd werd de boeken van de beroemde Zweedse schrijfster Astrid Lindgren te illustreren. Zij mocht ook het Astrid Lindgren-verhalenhuis inrichten, waar scènes uit beroemde verhalen van deze schrijfster zijn nagebouwd. Törnqvist ontving tot nu toe een Zilveren Griffel en een Gouden Penseel.

Zie ook het inkijkexemplaar


ISBN 9789045114019 | Hardcover | 48 pagina's | Querido Kinderboeken | januari 2013
Leeftijd: 6+

© Marjo, 21 maart 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer: