Hans Kuyper

 

Achter de draad Achter de draad


Behalve non-fictieboeken verschijnen er in deze jaren van terugblikken ook romans en jeugdverhalen die spelen in of rond de Eerste Wereldoorlog.
Omdat onlangs bij de etappe in de Tour de France, die van Ieper naar Arenberg Porte-du-Hainaut, ging opnieuw bleek dat de meeste Nederlanders weinig tot niets van die oorlog weten kan dat absoluut geen kwaad.

Hans Kuyper besteedt aandacht aan één bepaald thema: de Dodendraad. Al vanaf het begin van de oorlog is het de Duitsers een doorn in het oog dat zoveel mensen, burgers én soldaten, vluchten naar het neutrale Nederland. Ook neemt het smokkelen steeds maar toe, al willen ze daar wel eens een oogje toeknijpen, als het in hun eigen voordeel is. Toch besluit de vijand om langs de gehele grens, 180 kilometer lang, van Cadzand tot Vaals een versperring aan te brengen. Op de draad die gespannen werd, onderbroken door volthuisjes en wachtposten, stond 2000 volt, een dodelijke spanning voor dieren en mensen die niet wisten dat zoiets bestond.

Hans Kuyper plaatst het verhaal in een fictief gebied, dat sterk overeenkomsten vertoont met het gebied rondom Neerpelt en Hamont-Achel. Hoofdperoon is de dertienjarige Mars. Hij woont sinds zijn moeder gestorven is samen met Geert in de ouderlijke boerderij. Of Geert zijn vader is weet hij niet. Hij begint dat zich nu pas af te vragen eigenlijk, zoals dat gaat als je puber wordt.
Geert heeft hem niet veel te vertellen, maar verwacht wel dat Mars hem en de andere smokkelaars helpt, als uitkijk. Dat doet hij dan maar, maar eigenlijk wil hij meer. Hij wil ook naar België, zelf smokkelen. Maar voor hij dat kan vragen komt er een grote verandering in zijn leven. Geert heeft deze keer een meisje meegenomen, en dat meisje is hoogzwanger. Ze blijft op de boerderij en bevalt daar van een meisje. Opnieuw wordt Mars geconfronteerd met de echte wereld. Opnieuw blijven antwoorden uit. Maar met Lijne heeft hij goede gesprekken.

‘Alles heeft een doel,’ zegt Lijne. ’De mier heeft een doel, en zelfs de pluisjes van de paardenbloem. Je blaast ze weg en daar gaan ze. En allemaal willen ze paardenbloem worden. Een mooie, stevige paardenbloem met van dat dikke bittere vocht in de steel. En sommige lukt dat ook nog.’ ‘En andere...’
Mars maakt de zin niet af. Hij heeft opeens medelijden met de pluisjes die nooit een paardenbloem zullen worden. Belachelijk natuurlijk. Maar dat komt door het verdriet in Lijnes stem.
‘Het is net als de jacht,’ zegt Lijne. ‘De haas heeft een doel, maar jij ook en jij hebt pijlen. De haas kan nog zo zijn best doen, als jij hem raakt is het afgelopen. Dan heb je jouw doel bereikt en de haas heeft pech.‘
‘Ik kan ook missen,’ zegt Mars.
‘Precies. En dàt bepaalt God. Zo werkt het ongeveer. Denk ik,’ zegt Lijne, ‘Nou ja het klopt geloof ik niet helemaal’.


Dit gesprek blijft Mars bezighouden, als het leven een wending neemt die hem ineens erg zelfstandig maakt, en de verantwoording geeft over een baby. Hij moet nu de grens over, door de Dodendraad...

Het is een filosofisch getint coming-of-ageverhaal dat speelt in een harde tijd, waar kinderen af vroeg met de realiteit geconfronteerd werden. Over de keuzes die mensen maken, en dat het maken daarvan niet altijd even simpel is. Over verder kijken dan je neus lang is, en nadenken voor je iets doet. Een gedegen verhaal in een spannende setting.

Hans Kuyper (1962 te Oostvoorne) studeerde een aantal jaren kunstgeschiedenis in Amsterdam en haalde daarna zijn horecadiploma.  Werkte als acteur, sprak de stemmen in bij buitenlandse tekenfilms en was radiomaker. Vanaf 1998 schrijver en vertaler van beroep.


ISBN 9789025864965 | Hardcover | 160 pagina's | Uitgeverij Leopold | april 2014
Leeftijd vanaf 13 jaar.

© Marjo, 11 juli 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Operatie Noorderlicht Operatie Noorderlicht
De fluisteraars: Deel 4


Het vierde en laatste deel. De avonturen van Lev en Roz zijn voorbij. Of alles weer goed komt, tja... dat laat ik even buiten beschouwing.
In hun wereld, waar het dagelijkse leven zo sterk bepaald wordt door alomtegenwoordige camera’s, is vrijheid ver te zoeken. In de drie vorige boeken hebben zij al strijd geleverd, en nu komen ze eindelijk bij de grotere groep mensen die het gezamenlijk willen gaan opnemen tegen ‘big brother’.
Lev heeft eigenlijk vooral gezocht naar zijn ouders, die hem steeds voor waren. In ‘het woud van de wind’ hebben hij en Roz hen eindelijk gevonden, maar… Sophie en Herman verdwijnen weer uit hun zicht. Nu gaat de reis naar Noorwegen. Daar zou de bewaking minder streng zijn, hopen ze.
Het ergste is de toestand in Engeland. Daar staan ook de computers opgesteld die de satellieten bedienen, en de informatie van de geïmplanteerde chips opvangen en verwerken. De strijd moet zich dus vooral richten op Birmingham, het centrum van alles. Zal het Lev en Roz lukken, om samen met Levs ouders en verwante zielen de macht te breken?

In dit laatste deel van ‘de fluisteraars’ doet  Lev ook nog een verrassende ontdekking, die het leven wat makkelijker maakt voor hem. Want hij is naast alle gevaren en avonturen ook een gewone jongeman, een tiener die verliefd wordt. Hij heeft maar liefst de keuze uit twee dames. Houdt hij nu meer van Roz, of wil hij toch liever met Celeste verder?

In een nawoord vraagt de schrijver aan de lezer om goed na te denken: dit verhaal speelt dan wel vijftig jaar in de toekomst, maar die toekomst begint nu:

‘Denk na. Vrijheid is een groot goed. We hebben er eeuwen over gedaan om onze vrijheid te verkrijgen. Gooi haar niet weg. Vrijheid betekent dat je kunt gaan en staan waar je wilt. Denken en zeggen wat je wilt. En anderen mogen dat net zo goed. Ook de anderen die minder aardig zijn dan jij. Daarom betekent echte vrijheid ook dat je niet altijd en overal veilig bent. Dat je een beetje moet opletten. En dat je soms, heel soms, werkelijk gevaar kunt lopen. Dat hoort erbij.’


ISBN 9789025852924 | Paperback | 133 pagina's | Uitgeverij Leopold | februari 2009
Leeftijd: 11+

© Marjo, 14 februari 2011


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Woud van de wind Woud van de wind
De fluisteraars: Deel 3


Lev is het land waar hij geboren en getogen is, ontvlucht omdat iedereen daar continu in de gaten wordt gehouden door middel van camera’s. Er is geen vrijheid. Kinderen gaan niet naar school, maar moeten thuis lessen volgen met behulp van een computer.  In deel een van deze serie hebben we kennis gemaakt met een ondergrondse beweging, de fluisteraars, die ook letterlijk onder de grond woont. Maar ook daar is niet wat Lev zoekt: zijn ouders blijken nog verder gevlucht te zijn, naar IJsland. Dààr wil Lev heen. Hij krijgt gezelschap van Roz, die geen familie meer heeft.

Op Walviseiland (verteld in deel twee) hebben ze allerlei avonturen beleefd. Ze hebben er vrienden gemaakt, maar ook zijn ze vijanden tegengekomen. Lev vindt het erg moeilijk om te besluiten of iemand die hij net ontmoet heeft en die hulp aanbiedt te vertrouwen is. Nu ze in IJsland zijn, valt het ook niet mee. Hij beoordeelt mensen een paar keer verkeerd. Ook Roz begrijpt hij niet. Als hij naar een andere lek op het eiland wil, blijft Roz achter. Wat moet zij met die jongen? Ze hebben wel wat anders te doen dan verliefd te worden. Hij moet zijn ouders vinden, hij moet zorgen dat de vijand hem/hen niet te pakken krijgt.

Het is weer een spannend avontuur, daar in die ijzige IJslandse kou. En dan zijn er ook nog vulkanen, akelige kloven tussen huiveringwekkende gletsjers, en het is er donker.
En het avontuur gaat weer verder in een deel vier ...

Een definitief oordeel volgt na deel vier, maar ik vind dit een heel goede serie. De personages gaan echt leven, ze ontwikkelen zich zoals de lezers dat doen. Niets wat menselijk is, is hen vreemd.
En de spanning stijgt ...


ISBN 9789025852108 | Hardcover | 135 pagina's | Uitgeverij Leopold | april 2008
Leeftijd: 11+

© Marjo, 29 januari 2011


 

Walviseiland Walviseiland
De fluisteraars: Deel 2


Lev en Roz willen naar Ijsland. Daar zijn de mensen vrij, zegt men, en misschien zijn de ouders van Lev daar wel. De opa  van Lev zorgt er voor dat schipper Nonni Vissenbek hen meeneemt op zijn schip, voor veel geld. Roz  wordt Teus, want aan boord moeten de kinderen doorgaan als scheepsjongens. Ze worden ook aan het werk gezet, vis schoonmaken,  of netten maken. Het is riskant, want er is een controleur aan boord.

 Hij liep met grote passen naar de hut van Lev en Roz.
‘ Teus, kom eruit!’, brulde hij en hij bonkte op de deur.
‘ Kalm aan!’ gilde Roz. ‘Ik zit te plassen!’.
Tja.


Eerst lijkt alles goed te komen, Nonni Vissebek laat de controleur gevangen nemen. Maar al gauw blijkt dat ze onder één hoedje spelen. De kinderen worden overboord gezet, in een gammel bootje,  overgeleverd aan de golven en aan een nieuwsgierige walvis. Daarom noemen ze het eiland waar ze aanspoelen het Walviseiland. Er lijkt niemand te zijn.
Hoe komen ze nu in Reykjavik?


ISBN 9789025850890 | Hardcover | 148 pagina's | Uitgeverij Leopold | april 2007
Ook dit tweede deel heeft kaarten, eentje van het eiland, en een ‘viskaart’.Beide delen van de fluisteraars zijn ook als e-book verkrijgbaar. | Leeftijd: 11+

© Marjo, 15 december 2010


 

De fluisterkelders De fluisterkelders
De fluisteraars: Deel 1


Lev woont met zijn opa in de haven. Waar zijn ouders zijn weet Lev niet.
Het is 2062 en de wereld is niet helemaal meer zoals wij hem nu kennen. Iedereen wordt steeds in de gaten gehouden, overal hangen camera’s en iedereen is gechipt. Kinderen gaan niet naar school,  maar krijgen les via de computer.

Lev denkt dat hij toch één plekje heeft waar hij niet gezien wordt, onder aan de kade. Zijn opa weet ervan, maar ook al is hij bewaker in  de haven, hij laat Lev zijn gang gaan.
Als op een dag een grote storm opsteekt en de kade afbrokkelt, ziet Lev dat zijn verstopplekje weg is. Er is een gat nu, het hek voor de oude rioolbuis is weg. Als Lev eens gaat kijken blijkt dat hij in een wereld onder de stad terecht is gekomen. En daar treft hij een meisje dat hij al eens rond heeft zien fietsen. Zij is op zoek naar haar moeder die onder de stad woont.
Ze worden betrapt en meegenomen naar de Raad. Oorspronkelijk zijn dat mensen die wilden ontsnappen aan de wereld boven. Ook Levs ouders hoorden er bij hoort hij. Maar die zijn ook ook uit deze wereld ontsnapt, want het motto waar de fluisterkelders op gebaseerd waren, blijkt niet echt meer te gelden:
‘Niemand is meer waard dan een ander.’ was dat motto.
Maar Lev en Roz zien dat het onderkomen van de voorzitter van de Raad veel luxer is dan dat van anderen…en er zijn geheimen, de bewoners weten niet alles wat ze zouden moeten weten.
Bovendien is de moeder van Roz niet echt een moederfiguur. De kinderen willen weg, maar dat mag niet.
Dan  verzint Lev een list...

Dit boek wordt vervolgd in  ‘Walviseiland’…
 


ISBN 9789025851019 | Hardcover | 120 pagina's | Uitgeverij Leopold | april 2007
Met kaarten, eentje van de wereld boven, eentje van de wereld onder de stad. | Leeftijd: 11+

© Marjo, 09 december 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Kat in 't bakkie, rijmen is een makkie Kat in 't bakkie, rijmen is een makkie


Soms kom je het ene na het andere mooie boek tegen, en dit zijn blijkbaar mijn weken. Ik zit in mijn kinderboekenperiode en vond als amateur –poëzie- liefhebber het volgende boek om je vingers bij af te likken; Kat in t bakkie, rijmen is een makkie.
De titel alleen is al geweldig, en let op... de versvoeten kloppen.
Dat wil zeggen, het ritme klopt, of zoals Hans Kuper zou zeggen... de zinnen huppelen.
Dat ik überhaupt wéét wat dat zijn, ‘versvoeten ’ komt door dit boek. Het is een kinderboek over poëzie schrijven, oftewel versjes maken. De schrijver begint bij het begin, hij legt uit wat dat nu eigenlijk is, een versje, en vertelt over de verschillende vormen en technieken.

“Een versje is een klein verhaaltje dat rijmt en dat huppelt. Dat is een versje.
Het verschil tussen een versje en een verhaal is dat een verhaal ergens naar toe gaat.
En een gedicht staat stil.
Daarom gaat poëzie heel vaak over’ dingen waar je even bij stil staat’
Of waar je bij stil zou moeten staan. Gevoelens bijvoorbeeld. Of een heel mooi plekje op deze aarde, of een bijzonder mens .Een goed gedicht zet de wereld even stil”


Het leuke van dit boek is dat Kuyper de moeilijke woorden en termen niet bepaald schuwt; alliteratie, eindrijm, gepaard rijm, verspringend rijm, strofes, en enjambement, het komt allemaal voorbij.
Moeilijk?
Welnee, de meeste dingen blijken namelijk helemaal niet zo ingewikkeld te zijn als ze klinken.  Een strofe is bijvoorbeeld gewoon een couplet,.
Enjambement is een zin die doorloopt in een volgende regel
En alliteratie is een beginrijm;

“Paul” zegt pap, “wat zie je pips”
“Tja , pap..ik zit tjokvol chips”

Alliteratie.

Ieder hoofdstukje begin met een gedicht. Erg leuke gedichten overigens. In dat gedicht wordt een bepaalde vorm of techniek gebruikt en daarna wordt het uitgelegd. Met het gevolg dat je dat gedichtje dus nóg een keer gaat lezen, met inmiddels méér kennis, en dus met andere ogen.
Het leukste van dit boek is toch wel het aanstekelijke enthousiasme waarmee de schrijver vertelt en uitlegt. Het plezier spat er van af en je wordt aan alle kanten aangemoedigd om ook te gaan schrijven. Het hoeft niet perfect te zijn, al doende leert men. Als het maar huppelt, dan kom je een heel eind.

Ik word altijd jaloers op de kinderen van nu bij een boek als dit ... Had ik vroeger maar zo’n boek gehad. Maar waar heb ik het over, want ik heb het nú, en ook voor mij viel er héél wat te leren.
Ik denk trouwens dat er bij kinderen wel enige begin-interesse nodig is, maar heb je een kind met gevoel voor taal in je buurt…laten lezen dit boek,

En aan de slag, met vallen en opstaan ... als het maar huppelt.
De illustraties zijn overigens van Georgien Overwater, en erg grappig. Ze maken het boek helemaal af en nóg toegankelijker.


ISBN 9789025852498 | Hardcover | 45 pagina's | Uitgeverij Leopold | augustus 2008
Leeftijd: 9+

© Willeke, 10 september 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

De watermensen De watermensen


In dit boek staan drie verhalen - sproken - over het ontstaan van Flevoland. Ze gaan over watermensen, mensen met hele lange benen en grote voeten met zwemvliezen tussen hun tenen, waarmee ze zich in water razendsnel kunnen bewegen. Heel soms, als je geluk hebt, kun je er een tegenkomen. 

Het eerste verhaal speelt in 1942. Op Urk hoort de tienjarige Dubbele de buurman praten over een vreemd wezen dat hij in zijn visnetten had gekregen: 'Grote voeten en glad als een aal'. Dubbele wil zo'n wezen wel eens zien, het is vast een zeemeermin! En als hij er nu eentje vangt dan brengt hij het geluk weer terug in huis en hoeft zijn vader niet meer te zeggen dat de dag dat Dubbele geboren werd een ongeluksdag was. Nu kon Dubbele er niets aan doen dat hij net geboren is op de dag dat de Afsluitdijk helemaal af was, maar hij vindt het niet leuk dat zijn vader het steeds zegt. En dan zal Dubbele het geluk terugbrengen en niet die nieuwe baby die er aan komt. En zo vaart Dubbele in zijn eentje het water op en zal hij de held van het watervolkje worden. Want zonder zijn hulp zou het watervolk niet meer kunnen bestaan!

In het tweede verhaal is Christien de hoofdpersoon. Het is 1968. Christien is vanuit de stad verhuisd naar de boerderij in Swifterband. Ze vindt het er helemaal niet leuk, ze mist haar school, haar vriendinnen. En dan zit ze ook nog vaak alleen thuis, omdat haar vader en moeder op het land aan het werk zijn. Haar broertje is er ook wel, maar die is nog een baby. Maar dat broertje is wel de aanleiding dat ze de watermensen ontmoet, want als het joch zich snijdt met een mes dat helemaal niet in de box hoort te liggen, rent ze om hulp roepend naar buiten met het kind in haar armen en dan wordt ze geholpen door Nag, een watermens die haar later zal vragen om de groeten te gaan doen aan Dubbele.

Ook in het derde verhaal zit een link naar de andere verhalen. Dat verhaal speelt in Lelystad, het is 1999, en Christien heeft intussen een zoon, Jasper. Maar niet Jasper is de hoofdpersoon, dat is zijn twaalfjarige buurmeisje Gul. Zij vindt Jasper wel leuk, maar die ziet haar niet staan. Hij reageert niet eens als ze hem vraagt om zijn muziek zachter te zetten, hun kamers liggen naast elkaar. Dus zet ze de radio zelf maar heel hard aan, en dan hoort ze wondermooie muziek. Als haar buurvrouw dat ook hoort, vertelt zij haar dat ze geroepen wordt door de watermensen. Alleen Gul en Christien kunnen die muziek horen. Wat het betekent legt ze ook uit: er zal iets gebeuren, waarbij Gul maar het beste kan vertrouwen op de watermensen. Dat gebeurt inderdaad: een spannend en eigentijd avontuur volgt.

Drie leuke en spannende verhalen die over Flevoland gaan en veel vertellen over het nieuwe land en zijn mysterieuze bewoners.
Zie ook De watermensen


ISBN 9789080551510 | Hardcover | 106 pagina's | Lev. Uitgevers | 2000
Leeftijd: 10+

© Marjo, 13 januari 2010


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Kat in 't bakkie, rijmen is een makkie Kat in 't bakkie, rijmen is een makkie


met tekeningen van Georgien Overwater

Op de achterflap:
Als Hans Kuyper op bezoek is in een klas, vragen kinderen hem vaak: wat is het mooiste dat u geschreven heeft?'
Hij antwoordt dan meestal met een klein versje:

Ik was een ijsje, toch kreeg ik er geen.
Dat was ontzettend, afschuwelijk gemeen!
Maar ik moest huilend, en tegen mijn zin,
mokkend met mama een modezaak in.


Vooral die laatste zin, daar gaat het hem om. Zie jij waarom hij die zo mooi vindt?

Nu heeft hij een boek geschreven voor kinderen waarin staat wat een vers is, hoe je het maken kunt. Ook rijm hoort daarbij, in alle vormen, zelfs sinterklaasgedichten.
Hij legt uit dat het verschil tussen poëzie en proza net zo is als het verschil tussen een foto en een film.
"Een goed gedicht zet de hele wereld even stil"
Over de buitenkant van een vers valt ook veel te vertellen: de strofes, refreinen, het ritme, hoe je moet lezen. Over rijmschema's en scanderen. Natuurlijk staan er ook voorbeelden bij, een mooie vormgeving waarbij gewerkt wordt met kleuren en typografie. De prachtige tekeningen van Georgien Overwater maken het helemaal af.
Ook voor volwassenen die willen dichten is dit heel verhelderend. Als je het boek gelezen hebt ken je inderdaad het antwoord op de hier boven gestelde vraag.


ISBN 9025852491 | Hardcover | 45 pagina's | Uitgeverij Leopold | 2008
Vanaf 9 jaar

© Marjo, september 2008


Lees de reacties op het forum en/of reageer: