Willem van Zadelhoff
Een stoel
Er is geen absolute duidelijkheid over wie de stoel ontwierp. Was het Mart Stam, een Nederlander? Of Marcel Breuer, een Hongaar? Hierover zijn hele processen gevoerd en boeken/ proefschriften geschreven.
Van Zadelhoff heeft er een roman van gemaakt.
De Arnhemse wijnhandelaar Gerrit Kats droomt van een villa van licht en lucht. Zijn huidige woning aan de Velperweg is donker en bedompt. Hij koopt een perceel met uitzicht op de Rijn en gaat op zoek naar een architect. Hij belandt bij het Bauhaus, een architectenschool, waar hij de jonge Mart Stam en Marcel Breuer ontmoet. Zij zullen naar Arnhem komen en het huis ontwerpen.
Ze komen, zij het met flinke vertraging, en beginnen met een stoel... want, zegt Mart tegen mevrouw Kats.
"Als wij erin slagen een stoel te ontwerpen die niet alleen uw echtgenoot, maar ook u bevalt... als wij daarin slagen, dan is de rest, de villa, een peulenschil".
Zoon Frederik wordt opgedragen er voor te zorgen dat de mannen alles hebben wat ze nodig hebben, en ja hoor, na weken lang wachten komen de twee mannen aangezet met een stoel... Voor de villa van licht en lucht is het te laat, vader Kats gaat bijna failliet, en hij stuurt de ontwerpers naar huis...
De stoel is later het onderwerp van Frederiks scriptie en van zijn dissertatie, want de strijd over wie de ontwerper was is losgebarsten en de processen die gevoerd worden een prima onderwerp voor een rechtenstudent...
Stam en Breuer zijn voor verschillende architectenbureaus gaan werken. Stam ontwierp de ST12, en Breuer de B 33. Beiden stoelen waren gebaseerd op de Arnhemse stoel, maar vreemd genoeg heeft noch Stam, noch Breuer ooit verteld dat zij samen aan die stoel gewerkt hebben.
Als ook Frederik sterft, vindt zoon Robert de cahiers waarin zijn vader het hele verhaal vertelt. Robert, die ooit een boekje gevonden heeft van Bernhard Mörtenböck, (kunsthistoricus en museumconservator én personage in van Zadelhoffs boek "holle haven"), waarin beide stoelen afgebeeld staan, gaat op zoek naar zijn vaders stoel, die aan een museum in Berlijn geschonken is. Daarbij beleeft hij nog een persoonlijk avontuur, maar dat doet weinig ter zake. Het verlevendigt het boek, zoals ook de structuur dat doet. Van Zadelhoff springt heen en weer in de tijd. Behalve de historische achtergrond berust ook het verhaal van de stoel grotendeels op feiten (zie linken) waar ik tot nog toe niets vanaf wist.
Zie ook Freischwinger
ISBN 9059900065 | Paperback | 141 pagina's | Uitgeverij Meulenhoff | 2003
© Marjo, mei 2007