Tessa de Loo

Toon alleen recensies op Leestafel van Tessa de Loo in de categorie:
Tessa de Loo op internet:

 

Kenau Kenau


Vrij naar de gelijknamige film
Tessa de Loo

De titel Kenau verwijst naar Kenau Simonsdochter Hasselaer, de vrouw waar we het woord kenau aan te danken hebben.
Kenau woonde in de zestiende eeuw in Haarlem waar ze na de dood van haar man zorg droeg voor de voortzetting van zijn scheepswerf en houtbedrijf. Met krachtige hand bestierde ze de bedrijven en met succes.

Het geromantiseerde verhaal over Kenau begint in 1572. Het land is in oorlog, de spanjolen rukken op.
Claes, een neefje uit Naarden, komt uitgeput aan bij het huis van Kenau en meldt dat de spanjolen, onder leiding van de Don Frederik, de zoon van de hertog van Alva, zijn hele familie en de rest van de bevolking uitgemoord hebben nadat deze zich verzameld hadden in het stadhuis om hun eed van trouw aan de koning van Spanje, Filips de Tweede, af te leggen. Het stadsbestuur had zich na een langdurige belegering overgegeven en had een flinke afkoopsom betaald opdat de burgers gespaard zouden blijven... Maar de spanjolen kwamen hun belofte dus niet na.
Claes wilde die eed niet afleggen en was thuis gebleven. Nadat hij ontdekte wat er gebeurd was, vluchtte hij in paniek naar zijn tante om hen te waarschuwen, want het volgende doel is Haarlem.


Haarlem bereidt zich daarna voor op de komst van de spanjolen. Kenau, zelf overtuigd katholiek, ontdekt tot haar verbijstering dat haar geliefde dochter Geertruide zich aangesloten heeft bij de calvinisten. Ze is verliefd geworden op de zoon van de charismatische, charmante calvinist Wigbolt Ripperda, de gouverneur van Haarlem.  Deze geloofsovertuiging kost haar dochter en zijn zoon het leven, beiden sterven op de brandstapel. Hun gezamenlijke leed schept een band...
Vanaf die tijd is het geloof van Kenau tanende en de haat tegen de spanjolen enorm. Kenau ziet Cathelijne, haar andere dochter, niet staan, zij is de dochter uit een eerder huwelijk waar Kenau liever niet aan herinnerd wordt. Dat haar dochter ook verdriet heeft om haar zus wil ze niet zien. Cathelijne keert zich dankzij de kille houding steeds meer af van haar moeder.


Uiteindelijk is het zover, de spanjolen staan voor de poorten van Haarlem en een langdurig beleg volgt. Onder geen beding wil Haarlem zich overgeven aan de gehate vijand. De verdediging is fel en krachtig. Het is ook dankzij deze verdediging dat Kenau de geschiedenis in gaat als de vrouw die aan de leiding stond van een door haar opgetrommeld vrouwenleger. Met hand en tand, beter gezegd, met zwaarden, kokende olie en teer verdedigen deze vrouwen hun geliefde stad. Het vreemde is dat Cathelijne van haar moeder niet mee mag helpen op de vestingmuren... Geeft Kenau dan toch meer om haar dochter dan ze wil toegeven?
Kenau doet nog veel meer om Haarlem te behouden en dwingt door haar handelingen bij het stadsbestuur respect af maar ook, tot haar afgrijzen, bij Don Frederik. De gevolgen zijn afschuwelijk.

Op zich is het een meeslepend verhaal dat prettig wegleest. Had Kenau niet daadwerkelijk bestaan dan was het mogelijk een fantasievol verhaal over een moedige vrouw geweest. Maar omdat je weet dat ze daadwerkelijk geleefd heeft en wat ze gedaan heeft, komt dit verhaal er niet mee weg. Juist omdat de nadruk wordt gelegd op het strijdbare van de vrouwen zijn de romantische toespelingen over Ripperda en Kenau nu misplaatst. Het lijkt of er romantische en seksuele spanning in het verhaal verwerkt móest worden om het allemaal wat aantrekkelijker maken en dat werkt eerder averechts. Het maakt van het boek een meer tegen het sentiment neigende roman dan een goed historisch verhaal over een enorm krachtige vrouw.
Bovendien lijkt Kenau mij interessant en vrijgevochten genoeg om het alleen te redden en was haar leven zelf al boeiend genoeg.
De vermeende gevoelens voor Ripperda en wat haar later overkomt halen deze sterke, moedige vrouw juist naar beneden. Kenau verdient meer dan dit. In mijn ogen was het beter geweest als Tessa de Loo een eigen roman had geschreven rond deze vrouw dan dit vrij zoetige aftreksel gebaseerd op de film.

Tessa de Loo (1946) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Ze werkte enkele jaren als lerares alvorens ze in 1983 debuteerde met de verhalenbundel De meisjes van de suikerwerkfabriek, waarmee ze onmiddellijk haar naam vestigde.


ISBN 9789029588461 | Paperback | 301 pagina's | De Arbeiderspers | oktober 2013

© Dettie, 17 april 2014


Lees de reacties op het forum en/of reageer: