Arnon Grunberg

Toon alleen recensies op Leestafel van Arnon Grunberg in de categorie:
Arnon Grunberg op internet:
 

Onze oom Onze oom


De majoor uit deel 1 is een zielige figuur, zoals Hofmeester in 'Tirza' dat was: een man die het zo graag goed wil doen, maar keer op keer de plank mis slaat. Zo'n man met wie je dan ondanks alles toch mededogen krijgt. Het loopt niet goed met hem af, een logisch einde voor een man als deze.

Een van zijn vreemde daden is het 'redden' van een kind. Hij heeft als majoor de taak om missies te leiden die verdachte personen 'vijanden van het volk' moet arresteren. Op een nacht -want 's nachts is de beste tijd- loopt zo'n missie uit de hand. Een man en een vrouw zijn dood. En dan blijkt er nog een kind in huis te zijn. Het meisje Lina. Hij neemt haar mee. Zijn vrouw zal wel blij zijn, dan heeft ze eindelijk een kind. Hij is zelf namelijk onvruchtbaar. Maar niet alleen zijn zaad is fout, zijn gedachtegang ook. Natuurlijk is zijn vrouw niet blij met een vreemd kind. Dus als na een tijdje de majoor niet terugkomt van een van zijn missies, loopt het kind weg.

Na diverse omzwervingen vindt ze een nieuwe woonplaats: op een onherbergzaam oord in de bergen, waar men zich in leven probeert te houden door dag en nacht een eigenlijk al verdorde goudmijn te doorzoeken. Ook Lina helpt in de mijn, tot ze te groot wordt. Dan moet ze op kinderen gaan passen. Als de leider van de revolutie -want al wordt het nergens vermeld, het verhaal speelt klaarblijkelijk in een Zuid-Amerikaans land waar iedereen de dupe is van een eindeloze revolutie- daar een feest bijwoont, merkt hij haar op en neemt haar mee.

Iedereen neemt haar maar mee, denkt ze bij zichzelf. Maar dat is nu precies Grunberg: zijn hoofdpersonages lijken geen eigen initiatief te hebben. Ze doen wat men zegt of wat ze denken dat ze moeten doen. De majoor was een en al plichtsbetrachting, maar zelf nadenken, dat was veel te moeilijk. Daar kreeg hij maar hoofdpijn van. En Lina denkt ook nauwelijks na, ze laat zich leven. Blijkbaar is dat ergens veranderd, maar hoe en wat lezen we nergens. Uit de epiloog kan je opmaken dat ze ergens toch de draad van een eigen leven heeft opgepikt.

Maar dan is de aandacht van deze lezer allang verslapt. Ik heb geen moeite met de ironische toon, met de slapstickachtige scènes. Ik heb ook geen moeite met de zinloosheid, of de verdekte maatschappijkritiek. Ik heb wel moeite met het feit dat aan dit verhaal (verhaal??) kop noch staart zit. Het leidt nergens heen.
Het verdient niet die plek op de longlist van dit jaar.


ISBN 9789048801336 | Paperback | 639 pagina's | Lebowski Publishers | september 2008

© Marjo, 05 februari 2009


Lees de reacties op het forum en/of reageer:

 

Onze oom Onze oom


Dit boek is anders dan de andere boeken van Grunberg. Dat was ook de bedoeling, zo begreep ik uit een interview op televisie, maar de vraag is dan altijd of het de schrijver echt is gelukt. Wat mij betreft, is het antwoord hierop bevestigend.

Om te beginnen speelt het verhaal zich af in een andere wereld: een fictief land in Zuid-Amerika, dat onder de knoet van militairen leeft. Er is opstand en er is oorlog. Mensen worden er opgepakt en vermoord, de onderdrukking is totaal. In dat land leeft de majoor, de eerste hoofdpersoon van het verhaal. Hij leidt een eenheid die mensen moet arresteren en heeft de plicht daarbij een bepaald quotum te halen. Ongelukkigerwijs schiet zijn korporaal bij één van zijn operaties uit nervositeit een jong echtpaar dood, terwijl hun kind in leven blijft. De majoor, die onvruchtbaar is, neemt het kind, Lina, mee naar huis als cadeautje voor zijn vrouw. Die is daar helemaal niet blij mee. Zo gaat het met alles wat de majoor doet: hij is van goede wil, maar voelt de wereld om zich heen niet aan en alles loopt verkeerd. Uiteindelijk verdwijnt hij uit het verhaal.

Deze inhoud zou niet persé een breuk met de Grunberg traditie hoeven te betekenen en in het eerste deel lijkt het daar ook niet op. De majoor is een lachwekkende klungel en zijn echtgenote kan er ook wat van: zij is een gefrustreerde vrouw die het enige wat ze verlangt moet missen: een eigen kind. De majoor sluit haar regelmatig op in een kast als ze weer eens wat te wild wordt. Ze heeft een verborgen affaire met de luitenant-generaal, kennelijk het hoofd van de staat, die haar, als de oorlog voorbij is, een kind zal schenken. Maar voor dit moment heeft de luitenant-majoor alleen orale seks met haar om te voorkomen dat zijn imago wordt verpest door een buitenechtelijk kind. De echtgenote van de majoor zet bij één van die gelegenheden een douchekapje op, want haar kapsel wil zij niet verpesten. Tot zover is het echt Grunberg: de cynische humor, de treurige seks, de uiterste wreedheid.

Maar dan verdwijnt de majoor en neemt Lina het verhaal over. Zij is de tweede hoofdpersoon. Nadat de majoor verdwijnt, komt ze uiteindelijk terecht in een desolaat mijndorp (hetzelfde dorp waar de majoor verdwijnt al weet zij dat niet). Ze houdt zich staande met mijnwerk en hoereren en niets raakt haar. Ze is dood, zegt ze zelf. Totdat zij een kind krijgt van de opstandelingenleider.

Dit gedeelte over Lina is heel anders geschreven. Weg is de ironie en de welbewust overdreven ranzigheid. Die steekt alleen weer even de kop op als het leven van de leider, die Dirigent genoemd wordt, wordt beschreven.
Aan het einde van het boek is er een scène die zo aangrijpend en ontroerend is, dat ik de kaft nog eens goed moest bekijken om te zien of er echt wel Arnon Grunberg op stond. En ja, hij was het! Een mindere schrijver had van die scène sentimenteel geneuzel gemaakt, maar niet Grunberg: het is precies goed.
Al met al is het een goed en meeslepend verhaal. Ik ben benieuwd naar zijn volgende boek. Met het ouder worden wordt hij een steeds betere schrijver.
 


ISBN 9789048801336 | Paperback | 639 pagina's | Lebowski Publishers | september 2008

© PetraO, oktober 2008


Lees de reacties op het forum en/of reageer: