René de Vries
Met een cello door Siberië
Het avontuurlijke leven van Lise Christiani (1827-1853) en haar Stradivariuscello (1700-heden)
Dit boek vertelt het verhaal van Lise Christiani, een celliste aan wie Felix Mendelssohn-Bartholdy een van z'n Lieder ohne Worte heeft opgedragen. Zelf heeft ze dit stuk overigens nooit op haar repertoire gehad.
Als Lise 14 is, begint ze met cellolessen. Daarvoor heeft ze een jaar pianoles gehad en zang en compositielessen gekregen. Na een jaar krijgt ze ruzie met haar celloleraar en daar ze van mening is dat er geen betere leraar is, dan de man met wie ze ruzie heeft gehad, besluit ze het uiteindelijk zonder leraar te proberen.
Op haar zestiende maakt ze haar debuut en dat is een groot succes, hoewel niet alle recensies lovend zijn. Dat kan ook te maken hebben met het feit dat men de cello geen geschikt instrument vindt voor vrouwen, omdat het instrument op dat moment nog tussen de knieën geklemd moet worden. De pin, waarop de cello tegenwoordig rust, was er toen nog niet.
Voor ze zeventien is, heeft ze genoeg geld verdiend om een Stradivariuscello te kopen. Ze noemt het instrument Antonio en gaat ermee op tournee. In 1845 reist ze naar Wenen en vervolgens geeft ze ook diverse concerten in Duitsland. Verder reist ze door Scandinavië en in 1846 reist ze weer door Duitsland.
Daarna begint het echte avontuur, want samen met Cecilie Thomas, een Duitse zangeres en haar man Georg Stückrad gaat ze naar Sint-Petersburg, om daar haar geluk te beproeven. Dit is het begin van het grote avontuur, waar een belangrijk deel van het boek aan gewijd is. In februari 1847 arriveert ze, samen met Cecilie Thomas en Georg Stückrad in Sint-Petersburg. Ze is op dat moment 19 jaar en ze begint concerten voor zichzelf te regelen.
In januari 1848 reist ze door naar Moskou en daarna reist ze verder door Rusland. Ergens moet je ongelofelijk veel respect hebben voor deze dame die deze, toch niet bepaald ongevaarlijke reizen onderneemt. Het reizen gebeurd over het algemeen in de winter, omdat in de zomer de wegen vrijwel onbegaanbaar zijn, door de hobbels en kuilen. In de winter ligt er sneeuw en is het reizen eenvoudiger. Het een en ander gebeurt dan met getrokken sleden. Een nadeel is natuurlijk wel de kou, want de temperaturen liggen soms wel op 30 graden onder 0. De cello wordt natuurlijk goed ingepakt, in een metalen koffer, die aan de buitenkant bekleed is met wolfsbont.
Het verhaal dat verteld wordt, is bijzonder interessant. Het is ook een roerige tijd in Rusland, waar men ook regelmatig in opstand komt tegen het gezag van de Tsaar. Ook wordt er oorlog gevoerd in Tsjetsjenië. Lisa komt uiteindelijk helemaal aan de oostkust van Rusland en keert van daar af weer terug naar Moskou. De hele route die ze reist is te volgen op een kaart die in het boek staat. In Moskou blijkt ze tuberculose te hebben en als ze weer opgeknapt is, reist ze met een pianist naar de Oekraïne. Daarna reist ze alleen verder naar de Kaukasus, waar ze onder andere de gast is van de bevelhebber van de Russische troepen, die tegen de Tsjetsjenen vechten. Na zes jaar zal ze terug keren naar huis, maar in Novotsjerkassk krijgt ze cholera, waar ze binnen een dag aan overlijdt.
Ondanks het boeiende verhaal dat verteld wordt, heb ik toch wel wat problemen met het boek. Er worden eigenlijk 3 verhalen door elkaar verteld. In de eerste plaats is er het verhaal van Lise Christiani, dat in de ik-vorm geschreven is en dat gelardeerd is met fragmenten uit brieven en andere geschriften. Dit verhaal wordt afgewisseld met stukken over de reizen van de auteur in het voetspoor van Lise Christiani. Verder wordt in twee delen de geschiedenis van de cello uit de doeken gedaan. Ik kan niet zeggen dat ik dit een gelukkige constructie vind. Het probleem is vermoedelijk dat er te weinig over Lise Christiani bekend is, om alleen haar verhaal te vertellen. De ik-vorm vind ik eerlijk gezegd ook wat gekunsteld aandoen. En dan zijn er nog de voetnoten, die naar boeken en artikelen verwijzen, die veelal op internet geraadpleegd kunnen worden. Er zitten ook nog voetnoten tussen in het Russisch, in Cyrillisch schrift, waar de lezer vermoedelijk dus helemaal niets aan heeft.
ISBN 9789038924595 | Paperback | 168 pagina's | Uitgeverij Elmar | september 2014
© Renate, 14 oktober 2015