Eric Lichtblau
Nazi's in Amerika
Eric Lichtblau
Wie het boek Nazi's in Amerika van Eric Lichtblau, de Amerikaanse schrijver/journalist tot zich neemt, moet wel over stalen zenuwen en een sterke maag beschikken.
Wat er in het boek wordt verteld is dermate schokkend en nog maar zelden onthuld dat het grenst aan het ongelofelijke. Zo komen we te weten, dat de Amerikanen in de persoon van John Foster Dulles, de diplomaat, die later onder Eisenhower hoge functies bekleedde, onderhandelden met de nazi's. We hebben het dan - verbijsterend genoeg - over 1943. De nazi's hadden generaal Karl Wolff naar Zwitserland gestuurd om daar onder het genot van een cognacje van gedachten te wisselen met de Amerikanen over wat er na de oorlog zou moeten gebeuren. Wolff, generaal en hoge SS'er, was medeplichtigheid aan de moord op 300.000 Joden. In een brief van 13 augustus 1942 had Wolff als volgt bedankt voor hulp bij het afvoeren van de Joden uit het getto van Warschau: "Met bijzondere vreugde heb ik van uw mededeling kennis genomen dat nu al sedert 14 dagen dagelijks een trein met leden van het uitverkoren volk richting Treblinka rijdt"...
Maar hij werd door de Amerikanen gezien als een 'gematigde nazi.' De Russen waren niet van plan om met de nazi's te onderhandelen en ook de Engelsen onder Churchill aanvankelijk nog niet. Dat laatste zou overigens na de oorlog snel veranderen. De Amerikanen des te meer. Het waarom was in zijn eenvoud redelijk dodelijk. De Russen moesten worden tegengehouden in hun expansiedrang en daarvoor moesten er zoveel mogelijk hoge nazi's na de oorlog - Duitsland wankelde al - naar Amerika worden gesmokkeld.
De Amerikanen hadden een voorkeur voor raketdeskundigen, experts in verhoor- en martelpraktijken, maar ook in medische specialisten. Deze laatste groep waarvan Josef Mengele, de beruchte kamparts van Auschwitz, de bekendste exponent was, had onmenselijke experimenten op gevangenen verricht. De Amerikanen dachten voor hun militairen en vliegeniers waardevolle resultaten in handen te krijgen die ze bij noodlandingen in koude gebieden konden gebruiken. De nazi-artsen hadden gevangenen tot onder het nulpunt laten afkoelen en geobserveerd hoe lang ze dat konden volhouden.
Na de oorlog werkte Mengele onder een valse naam tussen 1945 en 1949 als boerenknecht in Mangolding, een dorp bij Rosenheim. In 1949 ontsnapte hij via Italië m.b.v. de Amerikanen naar Zuid-Amerika. Later woonde hij in Buenos Aires. Toen de Mossad (Israëlische geheime dienst) SS-Obersturmbannführer Adolf Eichmann arresteerde in Argentinië kwamen de geheimagenten ook Mengele op het spoor. De Israëlische regering verbood de Mossad echter hem ook mee te nemen, omdat de Amerikanen daadwerkelijk aan zijn ontsnapping hadden meegewerkt en dat een internationaal schandaal zou veroorzaken, wanneer het uitkwam. Onvoorstelbaar dus ook dat David Ben-Gurion, de toenmalige premier van Israel, de zaak maar liet rusten.
Na de oorlog ontsnapten honderden, wellicht duizenden nazi's naar Amerika, ook veel nazi's uit de Balkan, waar collaborateurs van divers pluimage met de nazi's hadden samengewerkt. In Kroatië was de marionettenregering van de nazi's onder leiding van Andrija Artukovic buitengewoon actief geweest met het vermoorden van Joden, zigeuners en Serviërs. Artukovic kreeg een verblijfsvergunning van de Amerikaanse emigratiedienst nadat men zijn dossier had 'opgeschoond.' Hij leefde bijna ongestoord 40 jaar in Amerika om pas in 1968 uitgeleverd te worden aan Joegoslavië. Joden, die na de oorlog Amerika wilden binnenkomen werd het vaak moeilijker gemaakt, dan de nazi's.
Bekendste nazi-geleerde was natuurlijk Wernher von Braun, de initiator van de V2-raket en de productiechef van deze raket, Arthur Rudolf, was met hem meegekomen. Deze laatste had gevangenen in erbarmelijk toestanden aan de raketten laten werken en menigeen vond daardoor een jammerlijke dood. Von Braun was gevlucht in het kader van het geheime project 'Paperclip,' waaronder de Amerikanen de nazi-geleerden en ander gespuis, hadden laten ontsnappen. Von Braun zou het NASA-project leiden dat uiteindelijk uitmondde in de vrolijke maanlandingen. De FBI o.l.v. J.Edgar Hoover deed er alles aan om de 'cover-ups' van deze misdadigers te regelen - sterker nog - ze ook aan geld, banen en huizen te helpen. In ruil moesten vooral de Balkannazi's spioneren tegen de Russen. Ze waren daar echter vaak onhandig in zodat het succes daarvan ook nog eens zeer marginaal was.
Pas in 1963 organiseerde de journalist Chuck Allen een anti-naziprotest en daagde hij nazi's voor de rechtbanken in Amerika. Zij werden echter bijna zonder uitzondering vrijgesproken, zelfs nadat Simon Wiesenthal, beroemd nazi-jager, dikke dossiers had samengesteld om hun wandaden te onderstrepen. Het bloed droop van de bladzijden, maar het resultaat was niet de veroordeling van de nazi's , die zich inmiddels hadden omgetoverd tot keurige huisvaders of in het bezit waren van chipsfabriekjes of garages.
De FBI achtervolgde intussen Allen zeer actief om hem het werken zo moeilijk mogelijk te maken. Ontluisterend om te lezen. Pas toen Joodse organisaties zich in de kwestie mengden en besloten enkele nazi's zelf maar op te blazen, bemoeide de Amerikaanse president Carter zich actief met de zaak. Maar een aantal misdaden was al verjaard en veel nazi's waren weer gevlucht naar Zuid Amerika, met hulp van de FBI.
Misselijkmakend zijn ook de hoofdstukken waarin Lichtblau onthult, wat er in de bevrijde concentratiekampen gebeurde na de oorlog. De Amerikanen wilden zo snel vertrekken weg uit deze ' voorportalen van de hel' en lieten - niet te geloven - soms nog dezelfde bewakers op het kamp passen, die dat in de oorlog ook hadden gedaan. Veel gevangenen pleegden na de oorlog nog zelfmoord omdat ze deze vernederingen niet meer aan konden. Alleen de Russen vermoorden op grote schaal veelal SS 'ers, maar ook gevangenen, die ze - ten onrechte - niet vertrouwden. Helaas speelde ook het Rode Kruis een dubieuze rol. Veel rantsoenen voor de ex-gevangenen vielen in verkeerde handen. De Amerikaanse generaal Patton, bekend als 'oorlogsheld en bevrijder,' schreef uiterst antisemitische brieven aan zijn vrienden na de oorlog. Hij vond de Joden viezeriken, die de holocaust aan zich zelf hadden te danken. In het openbaar sprak hij van de 'tragiek voor het edele Joodse volk."
Inmiddels is Eric Lichtblau na het verschijnen van zijn boek al een paar maal bedreigd. Na het lezen van dit boek verbaast mij dat niets, helaas. Een prachtig geschreven, maar gruwelijk document, dat mijn bevattings- en voorstellingsvermogen af en toe danig aan het wankelen bracht.
ISBN 9789029090735 | Hardcover | 368 pagina's | Uitgeverij Meulenhoff | juni 2015
Vertaald door Jevgenia Lodewijks
© Karel Wasch, 08 september 2015