Joop Verstraten
Het graf van de dichter
Wilfred Owen meldde zich als jongeman vrijwillig aan voor het leger in 1917 en werd onmiddellijk naar Frankrijk gestuurd om daar in de bloedige Eerste Wereldoorlog terecht te komen. Daar was hij als romanticus helemaal niet op voorbereid. Opgezwollen lijken, verrotting en vooral de zinloosheid van het gebeuren shockeerden hem in hoge mate. Dat resulteerde in een shellshock en hij werd halsoverkop teruggebracht naar Edinburgh om daar bij te komen in de Craighlockart kliniek. Dat bleek een blessing in disguise te zijn want hier leerde hij Siegfied Sassoon (1886-1967) kennen. Deze dichter en luitenant zou later bekend worden door zijn anti-oorlogspoëzie zoals het beroemde:
Does it matter
Does it matter? – losing your legs?...
For people will always be kind,
And you need not show that you mind
When the others come in after football
To gobble their muffins and eggs. (...)
Hij ontfermt zich over Owen, herkent in hem de dichter en stimuleert Owen om veel meer te gaan schrijven. Maar wanneer de shellshock genezen is moet de arme Owen weer onder de wapenen, en vertrekt naar Frankrijk. Veel hogere officieren in het Britse leger keken neer op shellshock-patiënten, ze vonden het maar aanstellerij en simuleren en Owen krijgt na aankomst meteen allerhande nare baantjes en taken te verstouwen. Bij een krankzinnige actie in het Sambre- Oise kanaal sterft hij door vijandelijk mitrailleurvuur. Sassoon zorgt voor uitgave en heruitgave van Owens gedichten, waarvan Anthem for Doomed Youth, bekend zal blijven. Owen was dus op het verkeerde moment op de verkeerde plaats.
Eenzelfde lot zal de Spaanse dichter en toneelschrijver Frederico Garcia Lorca ondergaan. Hij heeft rijke ouders en gaat na enige tijd compositieleer studeren, maar al ras gaat zijn werkelijke belangstelling uit naar toneelschrijven en dichten. Verstraten geeft in dit stuk over Lorca veel achtergrondinformatie over de Spaanse geschiedenis en dat doet hij beheerst en ter zake kundig.
Lorca gaat reizen naar Argentinië, waar hij zijn toneelstuk Bloedbruiloft regisseert. 'Toneel is poëzie, dat het boek ontstijgt!' zal hij verklaren en ook reist hij naar New York, maar voelt hij zich maar matig op zijn plaats. Terug in zijn lievelingsstad Granada, maakt hij het voorspel tot de Spaanse Burgeroorlog mee en hij staat aan de kant van de linkse regering. Met de schilder Salvador Dali sluit hij vriendschap en hij werkt aan Impressies en landschappen. Ook openbaart zich zijn homoseksaualiteit, een moeizame geaardheid in het Spanje waar machissimo de trend is. Verstraten gaat op zoek in Granada naar sporen van Lorca en dat verlevendigt zijn verhaal.
Uiteindelijk valt hij in handen van de milities van Franco, de fascistenleider en wordt gefusilleerd. Waarom vluchtte hij niet?
Een andere displaced person was de Welshe bard Dylan Thomas. Verstraten volgt zijn spoor terug naar Swansea het vieze provinciestadje in Wales. Hier gaf de vader van Dylan les op een school en was de familie half Engels in een Welshe gemeenschap. Dylan verlaat al vroeg de school en gaat werken bij de krant, komt ook in een toneelgezelschap terecht, waar men echter zijn gebrek aan discipline niet op prijs stelt. Zijn smoezen wanneer hij te laat komt, worden legendarisch, van 'er vloog een meeuw in m'n oog' t/m 'de trein deed er te lang over,' terwijl er naar het theater in de verste verte geen trein reed.
Hij leert al op jonge leeftijd wat poëzie is van zijn vader en van een oom hoe je moet voordragen. De oom is predikant en kan dat als geen ander. Bij de krant wordt hij ontslagen omdat hij een cricketwedstrijd laat winnen door een team dat verloren had. Hij zat tijdens de wedstrijd in de pub zoals later veel vaker zou gebeuren. En zijn eerste bundel gedichten wordt een succes. Zijn carrière neemt een aanvang. Hij mag radioprogramma's verzorgen voor de BBC en wordt nog populairder door zijn prachtige stem en sublieme voordrachten.
Eén van zijn lievelingsdichters is de eerder vermelde Owen. In begin jaren '50 vertrekt hij door toedoen van zijn literaire agent Brinnin naar de V.S. voor lange tournees langs theaters en universiteiten. Hier gedraagt hij zich als een popster avant la lettre, drinkt meer dan ooit en gebruikt pillen om overeind te blijven ondanks zijn maagzweer en diabetes. Het stemmenspel Under Milk Wood dat hem na zijn dood onsterfelijk zal maken, rondt hij pas een uur voor de première van het stuk af.
Tijdens zijn laatste tournee door Amerika belandt hij in het Chelsea Hotel in New York, waar veel beroemde en beruchte literatoren en later popiconen hun intrek zouden nemen. Hij gaat voor een wandelingetje naar The White Horse Tavern en komt in verwarring terug. "Ik heb zestien whisky's op!" stamelt hij en stort in. Zijn maîtresse belt een dokter, die hem een verkeerde injectie toedient en hij raakt in coma. Zijn vrouw Caitlin komt pas twee dagen later uit Wales aan en maakt zijn dood mee. Hij bleek niet opgewassen tegen zijn roem en raakte in Amerika verdwaald ver van zijn vaderland. Verstraten neemt ons ook in dit verhaal mee naar de krochten van de ziel van een dichter, die niet tegen het leven opgewassen was en nooit naar Amerika had moeten gaan.
Een mooi boek waarin aannemelijk wordt dat talent, gevoeligheid en naïviteit niet altijd leiden tot geluk, maar veel eerder tot een vroegtijdige dood. Verstraten weet bovendien de valkuil van sensatie behendig te omzeilen. Hij is zeer goed gedocumenteerd en heeft bovendien een fraaie schrijfstijl tot zijn beschikking.
ISBN 9789089549204 | Paperback | 240 pagina's | Uitgeverij Elikser | december 2016
© Karel Wasch, 19 januari 2017