Donna Milner

Toon alleen recensies op Leestafel van Donna Milner in de categorie:
Donna Milner op internet:

 

Regenlied Regenlied


Het boek speelt in Canada, in de jaren zestig. Hoofdpersoon is de elfjarige Ethel.

Het valt niet mee om je moeder te verliezen, maar voor Ethie is het nog moeilijker, omdat ze van haar vader, Howard, geen steun hoeft te verwachten. In de Tweede Wereldoorlog heeft hij onder andere vier jaar in een Jappenkamp gezeten. De kinderen - Ethie heeft nog twee broers - komen er al snel achter dat hun vader in het gareel werd gehouden door hun moeder. Hij dronk altijd al veel, en liep urenlang te wandelen als het regende - en het regent veel in Vancouver! - maar Lucy, zijn grote liefde, zorgde er voor dat hij het leven aankon.

'Aan zijn afwezigheid was ik gewend, aan de hare niet'


Nu ze er niet meer is, stort hij in. Frankie, de oudste zoon probeert de boel in economische zin draaiende te houden. De andere zoon is Kipper, drie jaar ouder dan Ethie, hij heeft het Syndroom van Down. Hun moeder probeerde hem een zo normaal mogelijk leven te laten leiden, ondanks alle tegenwerkingen vanuit de maatschappij. Op school bijvoorbeeld wilden ze hem niet. En haar eigen zus, Mildred zeurde maar door dat ze Kipper naar een inrichting moet doen, maar Lucy wilde dat niet. Kipper was misschien anders, maar hij kon veel. Hij had bijvoorbeeld een grote mensenkennis, een gevoel voor wie deugde en wie niet. Zijn vader noemt hij 'mijn mensenschifter'. Hij blijkt nu, juist door zijn eenvoud degene te zijn, die Ethie kan helpen.

Maar nu het er naar uit ziet dat Howard zijn gezin niet aankan, zal zijn schoonzus haar zin krijgen: die wil dat Kipper naar een inrichting gaat en dat Ethie bij haar komt wonen. Zij en haar man zullen de studie van Frankie betalen. Zij ziet dit als de beste oplossing. Maar Ethie wil niet bij haar tante wonen, en Kipper in een inrichting??

Dit is de eerste verhaallijn. In flashbacks krijgen we ook het verhaal van Howard wederwaardigheden in de oorlog te lezen. Een hard, en ontroerend verhaal, over een compagnie Canadese soldaten die naar Hongkong gestuurd worden, om daar de kolonie en de Chinezen te ondersteunen in de strijd tegen de Jappen. Een verhaal over vriendschap en onderdrukking, over liefde en wreedheid. Door dit verhaal wordt duidelijk waarom Howard is wie hij is.
Maar wie is toch dat meisje dat een aantal ochtenden aan de overkant van de straat staat? Een jong meisje, van oosterse afkomst. Ze staat zomaar te kijken. Ethie probeert er achter te komen wie zij is, zoals ze ook probeert de oorzaak van haar moeders dood en de reden van haar vaders toestand probeert te vinden.

Het is een meeslepend verhaal geworden, met een haast thrillerachtig element vanwege de geheimzinnigheid van het meisje. Donna Milner schrijft met een goede dosering van dialogen en verhaal, ze heeft oog voor details, en laat je niet los tot je het boek uit hebt. Het boek is fictief, behalve het verhaal over de Canadezen in Hongkong, en de slag in 1941. Daarvoor heeft ze uitgebreid gesproken met veteranen, en ze eindigt haar boek met de uitspraak van Dwight D. Eisenhower:

 'Niemand haat de oorlog zo als de soldaat die hem heeft meegemaakt en getuige was van de wreedheden, zinloosheid en stompzinnigheid ervan.'


ISBN 9789032511777 | Paperback | 300 pagina's | Uitgeverij De Kern | september 2010
Vertaald door Jan Smit

© Marjo, 01 oktober 2010